Probiotica-ophef is paniekvoetbal

Array

Gewone probiotica veilig – Vraagtekens bij statistische verwerking onderzoek Utrecht

“Volstrekt onzinnig”, is de reactie van immunoloog prof. dr. Eric Claassen op de oproep van de Consumentenbond aan minister Klink om de veiligheid van probiotica te onderzoeken. Claassen reageert in een internetpublicatie van het tijdschrift gezondNU op de ophef die is ontstaan nadat bekend is geworden dat in een door het UMC Utrecht gecoördineerd probiotica-onderzoek patienten zijn overleden. Volgens de immunoloog wordt het onderzoek door de Consumentenbond “volledig uit zijn verband gerukt” en is er sprake van “paniekvoetbal”.
Claassen denkt bovendien dat de sterfgevallen niets te maken hebben met de probiotica. “Er dient nog eens goed te worden gekeken naar de statistische verwerking van de onderzoeksgegevens.”

De bijna driehonderd patienten die betrokken waren bij het onderzoek van de vijftien ziekenhuizen hadden allen een ernstige acute alvleesklierontsteking, een ziekte met een hoog overlijdensrisico. Zij kregen een speciaal voor het onderzoek samengesteld probiotica-preparaat dat bovendien rechtstreeks in de darmen werd toegediend. Probiotica die vrij verkrijgbaar zijn, zijn anders van samenstelling en worden oraal ingenomen. Hoewel de Voedsel en Waren Autoriteit liet weten geen reden te zien het gebruik van probioticadrankjes af te raden, luidde de Consumentenbond onmiddellijk de noodklok. Minister Klink van Volksgezondheid werd opgeroepen “op korte termijn opdracht te geven voor een diepgravend onderzoek. Vooral ook naar de vele drankjes, pillen en poeders op de consumentenmarkt.”
“Paniekvoetbal”, stelt immunoloog prof. dr. Eric Claassen onomwonden op de website van het maanblad gezondNU (www.gezondnu.nl). “Het Utrechtse onderzoek wordt volledig uit zijn verband gerukt. Deze studie wordt nu aangegrepen om vele honderden gecontroleerde klinische onderzoeken waaraan vele tienduizenden mensen hebben meegewerkt, overboord te gooien. Bij al deze onderzoeken is nog nooit één dode gevallen. In mijn ogen is de Consumentenbond het spoor volledig bijster. Het verzoek van de Consumentenbond is volstrekt onzinnig.”



[tk] 33 doden, conform de verwachting
Claassen vertelt op de site van gezondNU dat niet de veiligheid van probiotica ter discussie staat maar het onderzoek in Utrecht. De ervaring leert dat tien tot twintig procent van de patienten met een acute alvleesklierontsteking overlijdt. In het onderzoek stierf zestien procent (24 patienten) van de groep die probiotica kreeg en zes procent (negen patienten) van de groep die een controlemiddel kreeg. De totale sterfte tijdens het onderzoek bedroeg elf procent. Dat komt overeen met wat verwacht mag worden op basis van de statistieken.
Claassen: “Als de totale sterfte was uitgekomen boven de twintig procent, had ook ík gezegd: het moet de probiotica zijn. Nu zeg ik: het hoeft de probiotica niet te zijn geweest.”
“Laten we de getallen eens omdraaien: stel dat 24 patienten uit de placebogroep waren overleden en negen uit de probioticagroep. Dan had men gezegd: 33 doden, dat is conform de verwachting. De gegevens worden niet in het juiste perspectief geplaatst.”

[tk] Fout in statistische verwerking?
De immunoloog vermoedt dat er iets vreemds aan de hand is met het Utrechtse onderzoek. Hij pleit op gezondnu.nl voor een onderzoek en steunt het initiatief daartoe van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. “Neem het aantal van zes procent slachtoffers in de placebogroep. Dat is opvallend weinig. Dat had minimaal tien procent moeten zijn. Hoe kan dat? Er dient nog eens goed te worden gekeken naar de statistische verwerking van de onderzoeksgegevens.”
Claassen toont overigens begrip voor de Utrechtse onderzoeksgroep die diep door het stof is gegaan en geen poging heeft ondernomen het onderzoeksresultaat te relativeren. “Het is niet aan het UMC Utrecht om sterfgevallen weg te rationaliseren. Ze moeten het aan anderen overlaten om dit in een context te plaatsen. Ik kijk vanaf een afstand en trek andere conclusies.”

[tk] 2,5 miljoen gebruikers
Ruim anderhalf miljoen Nederlanders van 13 jaar en ouder drinken één of meerdere malen per week gezondheidszuivel. Nog eens ruim één miljoen doet dat één of meerdere keren per maand. Bekende merken zijn Yakult, Vifit (Campina) en Actimel (Danone).
Naast de zuiveldrankjes is probiotica ook te koop in poedervorm (in capsules, sachets of potten) en druppels. Bekende merken zijn Yolac, Orthiflor, Aciforce, LacPure en Hylak Forte.

Bron:gezondnu.nl

Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

2 thoughts on "Probiotica-ophef is paniekvoetbal"

  1. De consument is nog niet bang
    zie dit filmpje

    http://www.hetlaatstenieuws.tv/see.php?id=2541&extern=RNN7” rel=”nofollow

  2. Verkeerde keuzes gemaakt?
    De verslaggevers Michael Persson en Ben van Raaij melden: “Probiotica-experts hebben al tijdens een congres in 2006 gewezen op een mogelijk risico van toediening van probiotica aan patiënten met acute alvleesklierontsteking. ……..Winclove noch de Utrechtse onderzoekers willen reageren op ‘speculaties’ zolang hun wetenschappelijke artikel over het Utrechtse onderzoek niet is verschenen”.
    Dat is toch zeer verwonderlijk. Dat de doorlaatbaarheid van de slijmvliezen van de ingewanden tijdens een alvleesklierontsteking toeneemt en de epitheliale resistentie (de natuurlijke barrière, die de beestjes tegenhoudt) bij een acute alvleesklierontsteking gereduceerd wordt hebben de klinische zelf vastgesteld en wereldkundig gemaakt. In een proefschrift http://igitur-archive.library.uu.nl/dissertations/2006-1206-200410/index.htm staat dat het bij alvleesklierontsteking juist de disfunctie van de darmmucosa en een disbalans van het immuunsysteem is, die een translocatie van de bacteriën in de darmruimte naar extra intestinale locaties veroorzaakt. De klinische onderzoekers waren zich er zich dus duidelijke bewust van en beoogde zelfs dat de probiotische bacteriën van het maagdarmkanaal ( de pijp zoals Martijn Katan dat noemt) in de intraperitoneale ruimte (waar de pijp doorloopt) terecht komen. “Bacteriële translocatie” noemden ze dit fenomeen. Er is geen reden om aan te nemen dat de kwalijke beestjes wel en de probiotica niet het darmlumen zouden verlaten. Het was dus te bedoeling om de probiotica uit de darm op de infectie plaats buiten de darm te krijgen. Want van probiotica (vooral melkzuur- en bifidobacteriën) was bekend dat ze een antimicrobieel effect op andere bacteriën hebben (kwestie van uw concurrenten uit te schakelen) en daarnaast dat bepaalde probiotica een vermogen tot immunomodulatie hebben en dat hadden de onderzoekers in Utrecht voor hun beestjes ook bevestigd in cultuurmedia. Er was bovendien eerder een bemoedigende buitenlandse studie verschenen: “Probiotics Prevent Complications in Pancreatitis” in British Journal of Surgery (2002; 89:1103–7) van de universiteiten van Michigan en Bastyr waarin gemeld werd dat een bepaalde melkzuurbacterie (Lactobacillus plantarum 299) de ontwikkeling van ernstige complicaties van alvleesklierontsteking kon voorkomen (85% vermindering in het aantal alvleesklierinfecties en 36% minder hospitaal verblijf). De Nederlandse studie is dus echt wel een spijtig vooral omdat het een potentiële nieuwe therapie ondermijnt. Het zou zeker niet onredelijk geweets zij om op die eerdere studie verder te bouwen en voorzichtig nieuwe probiotische bacteriële voor translocatie uit te testen om alvleesklierinfecties te bestrijden. Maar het is onbegrijpelijk dat hiervoor plots het grove geschut boven gehaald werd en de onderzoekers door Winclove Bio Industries (Amsterdam) een multispeciesprobioticapreparaat (Ecologic 641 – six viable and freeze-dried probiotic strains: Lactobacillus acidophilus W70 (LA), Lactobacillus casei W56 (LC), Lactobacillus salivarius W24 (LS), Lactococcus lactis W58 (LL), Bifidobacterium bifidum W23 (BB) and Bifidobacterium infantis W52 (BI)) laten aanmaken om na testen op ratten dit preparaat via een tube direct in de darm van de patiënten te brengen. Door deze toedieningswijze loopt de vitale bacteriële lading direct hoog op en betreft het hier een medicinaal behandeling (duidelijk te onderscheiden van voedingssupplementen). De toestemming voor klinische studies met combinatiemedicijnen is bij internationale instanties, zoals EMEA en FDA trouwens aartsmoeilijk. Er kunnen dus vragen gesteld worden over hoe dat de aanvraag van deze klinische studie door de ethische commissies aanvaard werd. Het gebeurt inderdaad eerder zelden dat de zogenaamde vriendelijke bacteriën zelf aan de basis liggen van infecties. Maar er zijn met name voor Lactobacillus acidophilus stammen en voor Lactobacillus salivarius stammen wetenschappelijke studies beschreven waar dat die ernstige infecties veroorzaken bv Lactobacillus acidophilus stammen die bij immuungecompromitteerde personen (een toestand die zich ook bij de patiëntgroep in deze klinische studie voordoet) necrotische esophagitis. veroorzaken (b.v. zie Reichart M, Busch O R, Bruno M J, Van Lanschot J J . Black esophagus: a view in the dark. Dis Esophagus 2000; 13: 311– 13 en A. B. M. Grudell, P. S. Mueller, T. R. Viggiano (2006) Diseases of the Esophagus 19 (2), 105–110.)) en is een Lactobacillus salivarius stam, die geïsoleerd werd uit bloed en galvocht bij een 70 jarige met acute infectie van de galblaas en bacteremia. Men kan zich ook vragen stellen over de relevantie van het ratmodel en waarom er direct een stap van een ratmodel naar de mens gezet werd. Ratten kunnen waarschijnlijk omwille van hun natuur heel andere soorten en ladingen bacteriën aan dan de mens. Een primatenstudie was niet overbodig geweest.

    De beestjes en ons immunsysteem

    Het gaat onder andere over het stimuleren van het immuunsysteem .
    Ons immune systeem is inderdaad afgesteld op zich activeren na het herkennen van bacteriële celcomponenten (van de celwand, bepaalde motieven in het genetische materiaal of oplosbare componenten). Dit is deel van ons afweermechanisme. Sommige pathogene bacteriën hebben dan weer componenten, die het immuunsysteem gaan onderdrukken.
    Met name van de stam Lactobacillus rhamnosus GG (die in de multispecies preparaat van de studie zat) is aangetoond dat bepaalde componenten zoals o.a. de CpG motieven in hun DNA een sterk immunostimulerend effect hebben. Men spreekt over immunobiotisch DNA.
    Maar dat werkt preventief voordat de infectie plaatsgrijpt en ik zie niet in hoe dat die dit in een immungecompromiteerde patiënt het immuunsysteem nog gaat aanwakkeren. De keuze van een multispecies preparaat en met name levende Lactobacillus rhamnosus GG voor deze kritisch zieke patiënten waar roekeloos.
    Verscheidene studies hebben aangetoond dat het immuunactiverende effect even goed effect van door hitte gedode stammen van Lactobacillus acidophilus nog beter preventief dan met de levende stammen werkt tegen infecties (o.a. in Journal of Applied Microbiology, Volume 102, Number 1, January 2007 , pp. 22-31(10). Levende lactobacilli kunnen echter nog andere karakteristieken hebben. Zoals als ze in de darmwand uitgroeien tot een beschermende kolonie op darmslijmvlies ter voorkoming van een kolonisatie van bacteriële en virale pathogenen. Maar hier ging het om patiënten waarvan de slijmvliezen van de ingewanden al doorlaatbaar en onder die toestand aan lactobacilli, die zelf opportunistische pathogenen zijn, aangeboden werd ( b.v. lactobacillemia (verspreiding in de bloedbaan en systemische inflammatie) is vooral na transplanties is een gekend fenomeen). Bovendien is door verscheidene studies en wetenschappelijke reporten aangetoond dat verscheidene lactobacilli stammen een invasieve ziekte kunnen veroorzaken waaronder pneumonie en diepliggende etterrijke abcessen. Bovendien kunnen ze zelf een ontstekingsreactie van het binnenste gedeelte van het hart (meestal de hartkleppen) veroorzaken (zie bv. Bayer AS, Chow AW, Betts D, Guze LB. Lactobacillemia—report of nine cases. Important clinical and therapeutic considerations. Am J Med. 1978; 64:808-813; Horwitch CA, Furseth HA, Larson AM, et al. Lactobacillemia in three patients with AIDS. Clin Infect Dis. 1995;21:1460-146.; Griffiths JK, Daly JS, Dodge RA. Two cases of endocarditis due to Lactobacillus species: antimicrobial susceptibility, review, and discussion of therapy. Clin Infect Dis. 1992;15:250-255; Husni RN, Gordon SM, Washington JA, Longworth DL. Lactobacillus bacteremia and endocarditis: review of 45 cases. Clin Infect Dis. 1997;25:1048-1055 and Aguirre M, Collins MD. Lactic acid bacteria and human clinical infection. J Appl Bacteriol. 1993;75:95-107).

    De klinische onderzoekers kende of zouden deze risicos moeten kennen. Probiotca kunnen waarschijnlijk nuttige medische toepassingen hebben. Maar nu er als maar meer van die beestjes het label ongevaarlijk, nuttig en gezond krijgen, zou mens eens wat kritischer kunnen over de toedieninsgvorm ervan, de gegevens over de specifieke stam en de preklinische werk voordat die zomaar onder het mom van ongevaarlijk voedingssupplement naar de mens gaan

    Toeval?

    Dat de uitkomst toeval was is evenmin statistisch bewezen. Daarvoor heeft de studie te weinig patiënten. Blijkbaar was dit een multicentrastudie. Zodat de kans op een methodische fout in het indelen van de patiëntengroepen kleiner is. Statistiek biedt hier denk ik geen verklaring over de morbiditeit van het probiotisch bacteriemengsel , tenzij ze naast mortaliteit nog andere eindpuntkriteria van morbiditeit in de studie ingebouwd hadden. Ik vraag mij af hoe dat de overlevende uit de probiotica groep gekomen zijn. Waren ze langer of minder lang in het hospitaal. Wat levert het pathologisch onderzoek op etc…..
    Als de wetenschap hierover een uitspraak zou moeten doen dan is het best na te gaan of er inderdaad voor ieder van de specifieke stammen uit het mengsel een bacteriële translocatie en/of bacteremia opgetreden is. En indien ja dat dit dan al dan niet positief correleert met de patiënten met de meeste morbiditeit of mortaliteit.
    Waarschijnlijk zijn er nog ergens bloedmonsters en hopelijk monsters van gal en alvleesklier. Een onafhankelijk onderzoek is alleszins aangewezen.

Comments are closed.

Recente artikelen