Huisarts vindt staken maar lastig

Array

Veel patiënten houden zelf al rekening met huisartsenstaking

Staken gaat niet gemakkelijk als je afspraken hebt gemaakt.

Om negen uur staat Irma Hammer aan de balie van Gezondheidscentrum Bloemendaal in Gouda-Noord. Haar jongste dochter doet eindexamen vmbo. ,,Zij heeft echt examenvrees”, en krijgt daar bètablokkers voor. Haar oudste van 18 op het VWO wil ze nu ook. ,,Ik weet dat de dokter staakt”, zegt ze. ,,Maar mijn dochters hebben nú eindexamen.” De doktersassistente geeft haar een recept mee.

Pieter Goudsmit (53), met een eenmanspraktijk in de Van Baerlestraat in Gouda-Zuid, werkt vandaag wel. Voelt hij zich een stakingsbreker? ,,Een beetje. Maar ik doe mijn eigen werk, niet dat van een ander.” Hij wordt gék, zegt hij, als hij al zijn patiënten moet afzeggen. Dan komen ze allemaal volgende week. Hij heeft gisteren gestaakt. En er vallen al zoveel dagen uit door cursussen en vergaderingen.

Heel veel huisartsen werken vandaag, morgen en vrijdag niet, omdat ze het gezondheidsbeleid van minister Hoogervorst te zakelijk vinden.

Marc Rutten (34) maakt zich zorgen over zijn praktijk. Een deel van zijn inkomen van nu krijgt hij volgend jaar misschien niet meer. De zorgverzekeraars mogen dat deel (90 miljoen euro) zelf over huisartsen verdelen. In gezondheidscentrum Bloemendaal werken nog drie huisartsen. ,,We gaan verbouwen en betalen dan twee keer zoveel huur. Kunnen we dat straks nog wel opbrengen?”

Om acht uur komt bij Pieter Goudsmit de eerste patiënt binnen, een jongeman. Pieter Goudsmit moet hem keuren voor een levensverzekering. In het kantoortje van assistente Akkelina van Velzen gaat elke paar minuten de telefoon. ,,Nee”, zegt ze. ,,Het is niet drukker dan anders. En niemand die vraagt of de praktijk wel open is.” Alleen gisteren belde er iemand. Of de afspraak van vandaag doorging.

,,Ik heb er wel even aan gedacht, hoor”, zegt de vrouw die om half negen binnenkomt en in de wachtkamer gaat zitten. ,,Maar de dokter had gezegd dat ik vandaag moest terugkomen. Dus ben ik er.” Ze is overspannen, vanaf half maart al. En ze heeft nu ook nog een ontstoken oog. ,,Hoe gaat het verder?”, vraagt Pieter Goudsmit als ze aan de beurt is. ,,Tot vorige week vrijdag ging het wel aardig”, zegt ze. ,,Maar toen belden ze me van m’n werk en toen kreeg ik toch een regiment ellende te horen. Mijn man zat te zwaaien: verbreek de verbinding nou. Maar dat doe je ook niet hè. En nou kan ik weer niet slapen.”

,,Wel positief dat ze je bellen”, zegt Pieter Goudsmit. De mobiele telefoon van de vrouw gaat. Het is haar baas. ,,Michael, ik zit bij de dokter”, zegt ze. ,,Nou even niet.” Ze praat door over haar zorgen – ze snapt niet wat er met haar aan de hand is. Na een kwartier zegt Pieter Goudsmit: ,,Klaar! Kom je over veertien dagen weer terug?”

Als ze de deur uit is, zegt hij: ,,Echt huisartsenwerk hè. Alles tegelijk.” Hij vindt het prachtig, zegt hij. Denkt hij dat hij zijn werk niet meer zo kan doen als de verzekeraars meer te zeggen krijgen? ,,Ach nee”, zegt hij. ,,We moeten ze nu even goed laten voelen dat we het niet met ze eens zijn. Maar als het allemaal toch doorgaat, dan moet je creatief zijn. Ik zorg wel dat ik mijn werk kan blijven doen zoals ik het wil.”

Bij huisarts Rutten (34) is de buitendeur is open, de tussendeur dicht. Zijn patiënten mogen bellen of op de tussendeur van de praktijk kloppen als ze een spoedeisende klacht hebben. Wie meer van dezelfde medicijnen nodig heeft, kan met de verpakking naar de apotheek gaan. Die geeft dan voor de komende week medicijnen mee, dat hebben de huisartsen en de apothekers zo afgesproken. ,,Anders rammelt de telefoon aan een stuk door”, zegt Rutten. Nu is het stil. Zo stil, dat de assistente om half negen de tussendeur op een kier zet.

Rutten doet zijn administratie. Hij ziet alleen patiënten waarvan hij denkt dat hij ze moet zien. Een jongen die balkanker heeft gehad en vorige week opnieuw zijn bloed liet controleren. ,,Het lijkt op het eerste gezicht de goede richting op te gaan”, zegt Rutten voorzichtig door de telefoon. En als de jongen zegt dat hij graag zo even langskomt om te praten mag dat.

De doktersassistente zegt afspraken af. Een oudere mevrouw zou langskomen om haar bloeddruk te laten meten. Nu voelt ze zich prima. Volgende week zit ze op de camping, daarna komt ze voor controle. Ze vindt het wel een eng idee: dat als haar iets overkomt haar huisarts er niet voor haar is. De meeste patiënten vinden dat hun huisartsen mogen staken. Eén mevrouw was boos. Ze had oorpijn, en het lukte de doktersassistente maandag niet haar oren uit te spuiten. Dan is het advies: twee, drie dagen druppelen en dan nog eens proberen. Nu moet ze een week druppelen. ,,Ze zei: kom ik één keer in de vijf jaar bij de huisarts, is ie er niet.”

Peter van Zuijlekom (57) had een ontstoken talgklier op zijn rug, zo groot als een ei. ,,Ik ben een rugslaper, daarom wilde ik maandag nog voor de staking langskomen.” Huisarts Irene Brocke had hem gevraagd vandaag terug te komen, voor controle. ,,De huisartsen moeten staken tot ze hun zin krijgen”, vindt hij. ,,Als ik ergens last van heb, houd ik het wel op en als het ernstig is ga ik wel naar de huisartsenpost.” Die is in Gouda ’s avonds en ’s nachts open, net als anders.

Op de spoedlijn belt niemand met spoed. Patiënten bellen wel en zeggen dat het ze heel erg spijt dat ze van de spoedlijn gebruik maken en zeggen dan dat ze een nieuw recept willen, of last hebben van erge jicht. Een vrouw zegt dat ze nog meer keelpijn heeft dan vorige week, en nu ook oorpijn. Maar ze heeft geen witte spikkels in haar keel. Ze moet wachten tot maandag.

Een kwartier per patiënt neemt Pieter Goudsmit, omdat hij anders altijd uitloopt. ,,Je hoort: straks acht patiënten per uur om aan je inkomen te komen. Nou, dat doe ik niet. Dan verzin ik wel wat anders om aan mijn geld te komen.” Bron: NRC, Jannetje Koelewijn en Esther Rosenberg

Recente artikelen