Alternatief voor behandeling tegen cholesterol
ArrayCholesterol bestaat onder meer uit goede (HDL) en slechte (LDL) cholesterol. Om de totale en de slechte cholesterol te doen dalen – en in beperkte mate de goede te doen stijgen – worden meestal statines toegediend. Maar bij ongeveer 6% van alle patiënten die met een statine behandeld worden daalt de waarde van HDL-cholesterol. Dit kan men beschouwen als een “ongunstige” reactie op de behandeling met statines1. Vaak gaat het om mannen met overgewicht en hebben ze een verhoogd risico voor diabetes en hart- en vaatziekten. Onderzoek van Dr. Dirk Devroey (Vakgroep Huisartsgeneeskunde, Vrije Universiteit Brussel) toont aan dat een behandeling met een fibraat2 in de plaats van een statine bij deze patiënten tot een stijging van het HDLcholesterol van 49% leidt. De waarden van het totaal cholesterol en het LDLcholesterol verschillen slechts weinig van de resultaten met een statine. Dit gegeven leidt tot een veel gunstigere verhouding van het totaal cholesterol over het HDLcholesterol (-26%). Hieruit kan men concluderen dat mensen die ‘ongunstig’ reageren op statines een gunstiger verhouding van totaal cholesterol over het HDL-cholesterol vertonen tijdens de behandeling met een fibraat. Dit zou dan weer kunnen bijdragen tot het voorkomen van hart- en vaatziekten. Dr. Devroey adviseert om voor dergelijke patiënten het gebruik van een fibraat in overweging te nemen. In geval het om
patiënten met een erg hoge LDL-cholesterol gaat kan een combinatie van een fibraat en een statine overwogen worden. Deze vaststellingen moeten echter nog in een grootschalige klinische studie verder onderzocht worden. Maar als die de resultaten bevestigen dan is alvast een goedkoper alternatief gevonden voor de dure statine. Het
onderzoek van Dr. Devroey is in mei 2005 verschenen in het International Journal of Cardiology. Cholesterol is een onmisbare stof voor het menselijk lichaam. Het is nodig voor de opbouw van lichaamscellen, de productie van hormonen en het speelt een belangrijke rol in de spijsvertering. De meest gekende “slechte” cholesterol is wat men in wetenschappelijke termen “LDL-cholesterol” noemt. Deze slechte cholesterol veroorzaakt het dichtslibben van de bloedvaten terwijl de “goede” cholesterol (HDL-cholesterol) juist het omgekeerde doet. De verhouding tussen beide vormen van cholesterol bepaalt mede het risico om het slachtoffer te worden van hart- en vaatziekten zoals een hartinfarct of een beroerte. De slechte cholesterol moet zo laag mogelijk zijn en de goede cholesterol moet zo hoog mogelijk zijn. De gunstige invloed van de goede HDLcholesterol werd aangetoond door grote bevolkingsonderzoeken zoals de Framingham studie. Artsen gebruiken ook vaak risicotabellen om het risico op hart- of vaatziekten te berekenen. In de meeste van deze risicotabellen wordt met HDL-choleserol op een of andere manier rekening gehouden. De recente Europese richtlijnen verschaffen bijkomende risicotabellen waar met de verhouding totaal cholesterol over HDL-cholesterol rekening gehouden wordt. De meest gebruikte medicijnen om cholesterol te verlagen zijn statines. Ze verlagen op een spectaculaire manier de waarden van totaal cholesterol en LDL-cholesterol. De waarden van HDL-cholesterol stijgen meestal slechts in beperkte mate.
Bron: Vrije Universiteit Brussel