Zorg: Legacy-probleem 2.0

Array

Als de zorg weer de regie willen voeren over EPD, EKD, EMD en eigen Zis is het voor hen belangrijk om met een open vizier en een open infrastructuur te gaan werken. Dat stelt Michiel Sprenger, nu nog hoofd informatica en architectuur in het VU medisch centrum maar binnenkort senior adviseur bij Nictiz, die in een interview met ICTzorg magazine dat deze week verschijnt. Volgens Sprenger abonneren een aantal ziekenhuizen is zich op een legacy-probleem in 2018. Mooi, zal u zeggen. Maar wat is dat? EWn wat betekent dit concreet voor onze organisatie? De onzalige geïntegreerde Ziekenhuis Informatie Systeem beperken de regiemogelijkheid namelijk. De noodzaak van een flexibiliteit is inmiddels voldoende aangetoond. Het om de haverklap wijzigen van regels in het zorgstelsel, het instellen en wachten op consensus op hoogst noodzakelijke open systemen zoals EPD, EKD en EMD. Het lukraak leggen van overvloedige en overbodige nota’s en ellenlange discussies over wie nu eigenaar van een dossier is en of onze privacy er niet mee in gedrang is en waar verder weinig mee gebeurt, is een onnodige economische schadepost.

Kernvragen blijven altijd: van wie is een medisch doessier, wie gebruikt het, wie heeft er een voordeel van, is privacy ondergeschikt aan het leven zelf, wanneer is het leven in gevaar en privacy een non-issue, wie bepaalt wat er in een medisch dossier mag en wie bepaalt daar de regels van?



Het medische dossier! Enig idee wat u er aan heeft en wie er nu over beslissen?

Als we nog steeds een papieren dossier zouden gebruiken, is de informatie slechts voor weinigen beschikbaar en ook van nut. Gebruiken we electronisch dossier, een usb medistick, een chipcard of een webbassed medisch dossier via het inter- of ethernet,dan zoeken de gebundelde datapakketjes via allerlei digitale snelwegen steeds de juiste afslag naar onze behandelende. Bedrijven die onze Zissen leverden moeten nog wel steeds zorgen dat dat oude Zis het
blijft doen. Een compleet andere techniek dan de EPD’s van deze wereld gebruiken. En een bedrijf dat overal nog geen webbased geintegreerde systemen heeft, zal die liefst investeringen in nieuwe open source technieken willen uitsrellen. Geen open source betekend geen concurrentie. Elke maand extra is winst. Het betekent wel dat er verschillende technieken tegelijk in stand moeten worden gehouden. En dat probleem heet een legacyprobleem en dat kost, uiteraard, geld.

Ook verouderde (legacy) en/of dure technieken blijven in gebruik, terwijl goedkope alternatieven veel meer voor de hand liggen. De papieren status was ooit bedoeld voor het eigen ziekenhuis of instelling, het Hissen en Zissen voor regio’s. Inmiddels gebruiken we het www ook voor datatransport.

datatransport is er een nieuwe technologie: glasvezel. Met een bijna oneindige capaciteit tegen lage kosten.
Ziekenhuizen slepen hun ZISverleden als een zak stenen mee, dat legacyprobleem beperkt hun flexibiliteit en de mogelijkheid nieuwe technieken toe te passen. Een grote softwareleverancier moet nog steeds infrastructuur overeind houden voor verouderde diensten, software en apparatuur en is daardoor gedwongen kostbare technieken toe te passen. Ook de
bestaande businessmodellen verhinderen nieuwe mogelijkheden. Laat staan dat ze de markt betreden. Geen ICT gaat een klus aan door open source Zissen of EPD’s te bouwen. Nee, alles willen we door de Nictizzen van deze wereld laten organiseren. Kleine open source aanbieders zijn individueel niet in bijvoorbeeld het ZiS netwerk te implementeren. Het is te lastig voor het configuratiebeheer van de ZIS leverancier en de financiele drempel is voor deze kleine bedrijven te hoog. Nieuwe aanbieders van opensource systsemen hebben die legacy problemen niet. Zij zouden direct de nieuwste en goedkoopste apparatuur en technieken kunnen toepassen. Nieuwe businessmodellen gebruiken. De verbinding simpel opschalen door een andere module of meer bandbreedte eraan te hangen. Dus kunnen zij (veel) goedkoper zijn voor de klant.

Een nieuwe technologie staat klaar om de oude te verdringen. De oude, machtige en rijke spelers kunnen proberen de ontwikkeling te vertragen, de nieuwe spelers op te kopen en de markt te monopoliseren. Of zij kunnen (desnoods met zachte dwang van bijvoorbeeld de overheid) wijselijk kiezen voor open standaarden en een open netwerk. Waardoor ook zij mee kunnen groeien in een nieuwe economische werkelijkheid.

Een marketingmanager, een verkoper en de manager heeft meestal een korte horizon. Deze discipline is namelijk getraind om het voordeel op korte termijn, met alle legale middelen, te maximaliseren voor de eigen organisatie. En zal dus geneigd zijn allerlei slimmigheden in contracten en onderhandelingen in te bouwen die dat voordeel versterken. Dat is niet erg, maar moet, vanuit maatschappelijke belangen gezien, gecompenseerd worden door andere maatschappelijke spelers zoals politiek en bestuur. Ik hoop dat Michiel Sprenger deze taak echt serieus gaat nemen!

Recente artikelen