VUmc heeft zeer laag sterftecijfer

Deze week heeft onderzoeksbureau Prismant de gestandaardiseerde sterftecijfers van ziekenhuizen over het jaar 2007 bekend gemaakt. Daaruit blijkt dat VU medisch centrum tot de ziekenhuizen behoort waar de minste sterfgevallen zijn. Alleen het Martiniziekenhuis in Groningen heeft nog minder sterfgevallen. Een resultaat om trots op te zijn en dat past bij de inspanningen die iedereen de afgelopen jaren heeft geleverd.


De sterftecijfers zijn gebaseerd op de Hospital Standardized Mortality Rate (HSMR). Deze methode, die in Engeland is ontwikkeld en in de VS en Europese landen wordt gebruikt als kwaliteitsindicator, geeft de verhouding weer van de werkelijke sterfte in een ziekenhuis ten opzichte van de verwachte sterfte. Het model is gebaseerd op 50 hoofddiagnosen die leiden tot sterfte in de Nederlandse ziekenhuizen. Een hoge HSMR kan wijzen op niet optimale zorgprocessen en mogelijk vermijdbare sterfte. Daarom is de Inspectie voor de Gezondheidszorg voornemens de HSMR te gebruiken als indicator voor kwaliteit van zorg en patientveiligheid; zo kunnen sterftecijfers van ziekenhuizen onderling vergeleken worden.


Goed veiligheidssysteem
Bij een HSMR kleiner dan 100 is de werkelijke sterfte lager dan het landelijk gemiddelde, bij een HSMR boven de 100 is de werkelijke sterfte hoger dan het landelijk gemiddelde. VUmc heeft over de periode 2005-2007 een HSMR van 64. Deze score ligt ook in van de verwachtingen, gezien de resultaten van het NIVEL/EMGO-onderzoek naar vermijdbare sterfte in het voorjaar van 2007. Zowel voor de totale periode 2005-2007 als voor het afzonderlijke jaar 2007 is de HSMR van VUmc lager dan het landelijk gemiddeld, aldus het rapport. ‘VUMc scoort goed. Het is een getal waar we trots op mogen zijn,’ reageert bestuurslid Jean Savelkoul. ‘Het is lastig aan te geven wat precies maakt dat VUmc zo laag scoort. Het is het gehele systeem dat de goede score maakt en niet de afzonderlijke elementen, zoals de continue aandacht voor veiligheid, de registratie van getallen, het werk van bijvoorbeeld de mip-commissie en dim-teams, en de zeer goed georganiseerde IC.

‘We vinden het nu belangrijk om verder te kijken wat de interne waarde van dit getal precies is. Zijn er bijvoorbeeld precieze aanknopingspunten om de veiligheid van patienten te verbeteren? ‘Bovenal’, vindt Savelkoul, is het belangrijk dat we ons richten op het vasthouden en nog verder verbeteren van de veiligheid, door hier blijvend op te sturen en het verder uitbouwen van het veiligheidsmanagementsysteem.’

Recente artikelen