Negen miljoen voor effectievere tuberculosebestrijding

Array

Medicijnonderzoek ook investering in Afrikaanse instellingen
TBCDe afdelingen Longziekten en Apotheek/Klinische Farmacie van het UMC St Radboud hebben negen miljoen euro subsidie ontvangen van de Europese Unie voor het PanACEA-project. PanACEA onderzoekt in een aantal Afrikaanse landen of er een betere en snellere behandeling van tuberculose mogelijk is. Investeringen in Afrikaanse onderzoeksinstellingen, zodat ze blijvend hoogwaardig klinisch onderzoek kunnen uitvoeren, maken een wezenlijk onderdeel uit van het project dat in totaal bijna dertig miljoen euro kreeg toegewezen.

De Wereldgezondheidsorganisatie schat het aantal mensen met tuberculose op ruim veertien miljoen, dat is bijna de totale Nederlandse bevolking. Jaarlijks worden bijna negen miljoen mensen door de tb-bacterie geïnfecteerd en gaan er anderhalf miljoen aan dood. Tuberculose behoort met aids en malaria tot de grote infectieuze ´killers´, die vooral in de ontwikkelingslanden toeslaan.
Kortere behandeling
“De huidige behandeling met medicijnen is nog altijd heel effectief”, zegt Martin Boeree, longarts in het UMC St Radboud. “Van de patienten die de behandeling van een half jaar helemaal afmaken, geneest meer dan negentig procent.” Maar het probleem is, dat veel patienten voortijdig stoppen. Boeree: “De ziekteverschijnselen zijn na enkele weken verdwenen. Bovendien veroorzaken de medicijnen bijwerkingen, zoals misselijkheid, braakneigingen en leverontstekingen.”

Daar komt bij dat veel mensen niet alleen door tuberculose (tbc), maar ook door het aidsvirus (HIV) zijn besmet. HIV verzwakt het afweersysteem, waardoor tbc makkelijker kan toeslaan. Verder is tbc bij HIV-patienten niet alleen moeilijker op te sporen, maar ook moeilijker te behandelen. “De gecombineerde infectie en de neiging de tbc-kuur niet af te maken, zorgen voor meer multiresistente bacterien die we met de gebruikelijke middelen niet meer klein krijgen”, zegt Boeree.

Drie nieuwe medicijnen
De gebrekkige therapietrouw en dreigende multiresistentie hebben geleid tot het besef dat er meer gedaan moet worden aan de bestrijding van de drie grote ´killers´. De Europese Unie heeft nu 27 miljoen euro beschikbaar gesteld voor het Pan African Consortium for the Evaluation of Antituberculosis Drugs, kortweg PanACEA. Rob Aarnoutse, ziekenhuisapotheker in het Radboud en medeaanvrager van het project: “Dit consortium – Londen, München en Nijmegen – gaat de werkzaamheid van nieuwe medicijnen bij tb-patienten onderzoeken. Londen onderzoekt moxifloxacine, een medicijn dat nu voornamelijk voor longontsteking wordt gebruikt, maar ook goede resultaten laat zien voor tbc in dierexperimenteel onderzoek. München test een gloednieuw medicijn (SQ109) en wij onderzoeken het bestaande tbc-medicijn rifampicine, maar dan in een veel hogere dosis dan gebruikelijk.”


Rifampicine

Aarnoutse: “Rifampicine kwam eind jaren zestig op de markt in de laagste dosering die nog werkzaam was. We hebben aanwijzingen dat we met een veel hogere dosering de behandeling aanmerkelijk kunnen verkorten. Dat gaan we onderzoeken met lokale partners in Oeganda, Tanzania en Zuid-Afrika via de gebruikelijke klinische fases van het medicijnonderzoek. Aan het eind moet er dan een dossier liggen waarmee we direct toelating tot de markt kunnen aanvragen. Onze Duitse en Engelse partners volgen een vergelijkbaar traject voor die andere medicijnen.”

Biomarkers
Een belangrijk onderdeel van PanACEA, is capacity building. Boeree: “Waar nodig helpen we onze Afrikaanse partners om hun apparatuur, kennis en kunde up to date te krijgen. En na afloop van dit project houden we de infrastructuur in stand voor ander onderzoek naar medicijn- of vaccinontwikkeling of onderzoek naar zogeheten biomarkers waarmee we op termijn willen bepalen of iemand wel of niet gaat reageren op een bepaald medicijn. Ik hoop dat we over een jaar of vijftien de behandeling hebben teruggebracht naar twee weken en dat we dan met die biomarkers precies kunnen zeggen wie welk medicijn nodig heeft. Dat zou een enorme maatschappelijke impact hebben.”

Recente artikelen