Chemoradiotherapie bij maagkanker
ArrayUit het onderzoek van radiotherapeut-oncoloog Edwin Jansen bij maagkankerpatienten blijkt dat de chemoradiotherapie wordt verbeterd door middel van beter gerichte bestraling en meer intensieve interactie tussen de celdodende middelen en bestraling. Jansen onderstreept in zijn studie de noodzaak van betere bestralingstechnieken en maakt de beschadigende effecten op de nieren door bestraling van de bovenbuik duidelijk.
Van de mensen bij wie maagkanker wordt geconstateerd, is na vijf jaar slechts 20% nog in leven. Daarmee is maagkanker een zeer ernstige ziekte. Tot voor kort bestond de behandeling uit een operatie waarbij het aangetaste deel van de maag en de omliggende lymfklieren verwijderd werden. In de jaren ’80-’90 liepen pogingen om hierin verbetering te brengen met uitgebreidere operaties, aanvullende behandelingen met celdodende medicijnen en/of bestraling uit op teleurstellende resultaten. In 2001 werd er een onderzoek uit de VS gepubliceerd waaruit bleek dat aanvullende behandeling, met gecombineerde en gelijktijdig toegediende bestraling en chemotherapie (chemoradiotherapie) na de operatie, wel een langere overleving tot gevolg had.
Een eerste analyse van Jansens beschreven behandeling laat veelbelovende resultaten zien ten aanzien van de kans op het terugkeren van de ziekte. Er is door een groep onderzoekers, waar Jansen deel van uit maakt, inmiddels een grote internationale studie gestart die de werkelijke waarde van deze strategie zal aantonen. Hiervoor wordt een vergelijking gemaakt met de huidige standaardbehandeling bestaande uit chemotherapie (zonder bestraling) en operatie.
# Datum 14-04-2010
# Tijd 13.45
# Locatie Aula
# Tite lChemoradiotherapy in gastric cancer
# Spreker E.P.M. Jansen
# Promotor prof.dr. M. Verheij prof.dr. G.M.M. Bartelink
# Onderdeel VU medisch centrum
Bron: VU