Wie zorgt er straks voor jouw ouders?

En wie voor je kinderen?
Meer vraag naar zorg en minder mensen om deze zorg te leveren. Een scenario dat beelden over wachtlijsten en premiestijgingen oproept. In 2030 zullen er ongeveer 140.000 mensen meer in de thuiszorg en in de verpleeg- en verzorgingshuizen ouderenzorg moeten werken om voor onze ouders te kunnen zorgen. Het Sociaal Cultureel Planbureau vraagt zich af of er voldoende aanbod van personeel zal zijn, zeker omdat de beroepsbevolking door de vergrijzing krimpt in hetzelfde tijdsgewricht. De vraag “Wie zorgt er straks voor jouw ouders?” lijkt gerechtvaardigd.

Wij vinden dat de processen in zorginstellingen zodanig ontworpen moeten worden dat de zorg niets meer kost dan betaald kan worden. En dat kan. Met de Lean-methodiek.

Aan de vraagzijde van de zorg worden al heel wat mogelijke oplossingen gecommuniceerd. Zo kunnen we lezen over de toename van mantelzorg (lees; je zorgt zelf voor je ouders), de toename van technologische oplossingen (lees; de tv-verpleegkundige zorgt voor je ouders) en vele oplossingen op het gebied van preventie (lees; voorkomen dat je ouders een zorgvraag stellen) en de verhoging van de effectiviteit van zorg (lees; voorkomen dat ze van zorg afhankelijk worden). Aan de aanbodzijde is het echter nog mager. Als het aankomt op oplossingen tenminste. Terwijl de vraag simpel is. Hoe zorg je er nu voor dat onze huidige zorgprofessionals in de care en de cure meer mensen kunnen helpen? Kost niets meer in geld en ook niets meer in arbeidskrachten.

De belangrijkste elementen waar de Nederlandse gezondheidszorg zijn voordeel mee kan doen: verbetering van de veiligheid, de (ervaren) kwaliteit, het werkplezier en de verhoogde productiviteit van zorgprofessionals. Deze voordelen kunnen gelijktijdig worden gerealiseerd door het inzetten van een set van methoden (tools), principes (zoals continue verbeteren) en een integraal gedachtegoed met een sterke focus op gedragsverandering en leiderschapsstijl. Dit alles met jouw ouders als vertrekpunt, de ‘customer focus’, is de kern van de Lean-filosofie.

Een voorbeeld uit de cure om een en ander te verduidelijken: voor je vader is een zogenaamde ‘open buik-ingreep in een ziekenhuis noodzakelijk.

Veiliger Het kan in het ziekenhuis veiliger dan het nu gaat. Als artsen in het betreffende ziekenhuis kiezen voor een gestandaardiseerde wijze van diagnostiek, operatietechniek, instrumentarium, post operatieve medicatie, wondverpleging en reactivering ontstaat er de mogelijkheid om dit proces continue te verbeteren. Op basis van een standaard kunnen alle zorgprofessionals in dit zorgproces overleggen over verbeterdoelen en resultaten. Dit maakt het mogelijk om de input van alle zorgprofessionals te delen en te gebruiken om het werk iedere dag een beetje veiliger te maken voor ongeveer 80% van je patienten. Een standaard blijft tenslotte een standaard, waar ruim 20% van je patienten niets aan heeft omdat hun problematiek complexer is door allerlei factoren.

(Beleefde) Kwaliteit Als de patient centraal wordt gesteld is het vaak mogelijk om het aantal bezoeken aan het ziekenhuis te reduceren, de wachttijd tijdens die bezoeken te verminderen, het aantal verplaatsingen van de patient te verminderen, de informatieverstrekking aan de patient te verbeteren, de verblijfstijd te verkorten en de mate van gezondheid zoals de patient die ervaart bij ontslag te verbeteren. Je vader voelt zich beter behandeld en het kost hem minder tijd en energie. Het kan in de Nederlandse ziekenhuizen dus slimmer.

Werkplezier Het aantal handelingen per zorgprofessional kan aanmerkelijk dalen. Des te minder de patient komt, des te minder vaak je afspraken hoeft te maken, formulieren hoeft in te vullen en dossiers hoeft op te zoeken. Des te beter de standaard van het proces, des te minder voorraadproblemen, verplaatsingen, afstemmingsproblemen, zoeken naar materialen en onnodige controles. Minder onnodige handelingen geeft meer tijd voor patienten en minder irritatie. Een stuk leuker werken!

Productiviteit Zorgprofessionals die hun werk leuker vinden en die gebruik maken van een slimme standaard die continue wordt verbeterd, zijn in staat meer patienten te helpen.

In dit voorbeeld is je vader dus niet alleen sneller geholpen omdat er geen wachtlijst was ontstaan, maar ook zijn premie is niet verhoogd want er zijn geen zorgprofessionals extra aangenomen om de wachtlijst te reduceren. Ongeveer 70% van de kosten van de Nederlandse gezondheidszorg betreft namelijk de lonen en premies voor de zorgprofessionals. Daarnaast is de internationaal veel geprezen kwaliteit van de Nederlandse zorg verder toegenomen door toegenomen managementaandacht voor veiligheid en (beleefde) kwaliteit.

Waarom gaat dit niet sneller? Een aantal redenen vindt hun oorsprong in de moed van de Nederlandse zorgbestuurders en een aantal in de moed van de Nederlandse overheid.

De zorgbestuurder. Het vereist moed om te kiezen voor een lifestyle change in plaats van een dieet. Het is makkelijker om een paar weken een streng dieet te volgen dan om de rest van je leven iedere week twee keer naar de sportclub te gaan en structureel te kiezen voor minder alcohol, vet en zoetigheid; voor velen de vreugden in hun leven. In een (zorg)organisatie is dat niet anders. De klassieke budgettaire kaasschaaf of een stevig kostenbesparingsproject met een consultant zijn in complexiteit te overzien, kort cyclisch en leveren verhoudingsgewijs snel resultaten op. Veel eenvoudiger dan je organisatie te doordringen van een nieuwe managementfilosofie, de leiderschapstijl van je managers te veranderen, het gedrag van je zorgprofessionals te veranderen en jaren te moeten wachten totdat het continue verbeteren zo ingebakken is, dat je ook de financiele vruchten van al je moeite plukt.

De overheid Het vereist veel moed om te kiezen voor een gedifferentieerde aanpak. Om de ene zorgorganisatie anders te behandelen dan de andere. Dit vereist het maken van keuzes. Keuzes die politiek slecht kunnen vallen, die tot juridische procedures kunnen leiden en die knagen aan de Nederlandse “gelijke monniken, gelijke kappen” mentaliteit. Ook een lifestyle change dus. Dit zou echter wel eens het verschil kunnen maken in de Nederlandse Zorg. Stel je eens voor dat de  aangekondigde macrokortingen niet gelijk verdeeld worden over alle zorgorganisaties in een bepaalde sector, maar dat de korting voor een zorgorganisatie met bewezen moed lager is dan voor een zorgorganisatie die deze moed niet kan opbrengen.

Zou het aantal moedige bestuurders in de Nederlandse gezondheidszorg dan niet toenemen? Zou een bewezen succesvol initiatief als Lean zich dan niet veel sneller verspreiden? Zou de eerstelijnsgezondheidszorg zich dan niet sneller ontwikkelen om centralisatie en functiedifferentiatie in de ziekenhuizen te ondersteunen? Zou de waarde die we toevoegen aan de patient/client met de hoeveelheid geld die we vandaag al in de gezondheidszorg stoppen dan niet toenemen?

Auteurs:

Prof. Frits van Merode; betrokken bij onderwijs en research op het gebied van optimalisatie van zorgprocessen verbonden aan het Maastricht UMC+.

Roelof Konterman; Lean-ervaringsdeskundige bij de enige Lean zorgverzekeraar in Nederland en directievoorzitter van Achmea Zorg.

Achtergronden:

Research op het gebied van Lean in de Zorg vindt u onder andere op www.createhealthcarevalue.com onder resources/research

Nederlandse initiatieven op het gebied van Lean in de Zorg vindt u onder andere op http://leandenkenindezorg.blogspot.com

One thought on "Wie zorgt er straks voor jouw ouders?"

  1. Harriet Messing, Zorgelijkjes

    Ongelooflijk goed verhaal! Is me uit het hart gegrepen. Meer LEAN wat mij betreft. Maar Klink heeft de kaasschaaf vandaag helaas ingeruild voor het botte mes….ben benieuwd hoeveel verhongerende en verwaarloosde bejaarden en met de stopwatch gecontroleerde verzorgenden dat meer op gaat leveren.

Comments are closed.

Recente artikelen