Voorzichtigheid bij gebruik nanomaterialen in botvervangers
Nanomaterialen kunnen de eigenschappen verbeteren van materialen die gebruikt worden om verloren gegaan botweefsel te vervangen. Er is echter nog weinig bekend over de mogelijk schadelijke effecten van deze materialen op cellen en weefsels. Daarnaast is het heel moeilijk om de nanodeeltjes waar te nemen in het lichaam wanneer deze vrijkomen uit het botvervangende materiaal.
Promovendus Meike van der Zande deed onderzoek naar een nieuwe techniek, waarmee gelabelde nanodeeltjes, met behulp van MRI, in het lichaam zichtbaar gemaakt kunnen worden en gevolgd kunnen worden in de tijd.
Tevens onderzocht Van der Zande de invloed van deze nieuwe botvervangende materialen op het gedrag van botvoorlopercellen en de vraag of het zin heeft om een botgroeistimulerende factor aan het nanomateriaal toe te voegen. Deze resultaten, evenals bevindingen uit literatuuronderzoek, onderstrepen dat het gebruik van nanomaterialen om grote voorzichtigheid vraagt: er is nog veel onderzoek nodig voordat dergelijke materialen als botvervanger gebruikt kunnen worden.
Meike van der Zande (Delft, 1980) studeerde technische microbiologie aan het Hoger Laboratorium Onderwijs in Venlo en medische biologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Ze verrichtte haar promotieonderzoek op de afdeling Biomaterialen van het UMC St Radboud, binnen het onderzoeksinstituut NCMLS. Ze is momenteel werkzaam als postdoc bij RIKILT Voedselveiligheid in Wageningen.
Datum: donderdag 31 maart 2011
Tijd: 15:30
Locatie: Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2
Faculteit der Medische Wetenschappen
Promovendus: Mevrouw drs. M. van der Zande
Promotors: De heer prof. dr. J.A. Jansen
Copromotors: De heer dr. X.F. Walboomers
Titel promotie: Nanomaterials in synthetic bone grafts – growth factor release, MRI imaging and toxicity apects
Lees meer over dit onderzoek in www.ru.nl/wetenschapsagenda (vanaf 10 maart).
Bron: RU