Nefarma-debat: zorgmarkt werkt alleen bij vertrouwen

Array

Een goed functionerende zorgmarkt ontstaat pas als er vertrouwen is tussen partijen en op basis daarvan concurrentie vorm krijgt. Maar er is nog een lange weg te gaan, bleek donderdagmiddag in een levendig Nefarma-debat in de Glazen Zaal in Den Haag.
Minister Schippers van Volksgezondheid liet kort geleden in het televisieprogramma Buitenhof weten genoeg te hebben van ideologische discussies over marktwerking, want ‘daaraan gaat de zorg kapot’. Volgens de minister gaat het niet om de vraag of je voor marktwerking kiest of de overheid aan de knoppen laat. “Allebei zijn nodig. Het gaat erom: hoe krijgen we de zorg weer aan de praat. Ik probeer een praktisch stappenplan te maken. Als je teveel doorschiet met concurrentie, kun je risicoselectie krijgen om kosten te vermijden en alleen maar overheidsregulering kan het inefficient maken.”

Eigen invalshoek
In de geest van de minister probeerde discussieleider Jeroen Smit de term marktwerking te omzeilen en het debat te sturen in de richting van pragmatische oplossingen. Dat bleek geen eenvoudige opgave. Het thema ‘inhoud geven aan markt en concurrentie in de zorg’ bleek erg breed en iedereen kiest daarbij zijn of haar eigen invalshoek. Renske Leijten (SP-Tweede Kamerlid) en directeur Marcel Joachimsthal van farmabedrijf GlaxoSmithKline (GSK) hadden, niet geheel onverwacht, een totaal andere kijk op de rol van commerciele partijen binnen de gezondheidszorg. Leijten, die via Twitter al had laten weten zich naar ‘het hol van de leeuw’ te begeven, roemde de ‘innige relatie’ die haar partij sinds jaar en dag heeft met de farmaceutische industrie, waarbij de insteek vooral was gelegen in het ‘beperken van de macht van de bedrijven’. “Geneesmiddelen zijn belangrijk en dus zijn deze bedrijven belangrijk. Maar door hun rol en omvang zijn ze ook veel te machtig. De schadelijke gevolgen daarvan worden niet opgelost door markt of concurrentie. Een grote rol van een sterke overheid is nodig om transparantie af te dwingen en te zorgen dat bedrijven meer doen dan alleen de dingen waarmee ze zoveel geld verdienen.”

Andere tijden
Leijten zette zich af tegen de marketingkracht van de bedrijven en constateerde dat de steeds forsere investeringen in innovatie steeds minder resultaten brengen. Joachimsthal (GSK) ging voor een deel mee in de kritiek van de SP’er in de richting van de businessmodellen van bedrijven in de sector. “Dit zijn andere tijden dan tien, twintig jaar geleden”, zei hij. “De samenleving verwachtte toen andere dingen van ons dan tegenwoordig. Wij zijn groot geworden door het ontwikkelingen en steeds beter maken van geneesmiddelen voor grote patientenpopulaties. Bedrijven die daar nog steeds dwangmatig op blijven inzetten, overleven niet. Slimme bedrijven richten zich op kleinere populaties met een duidelijke behoefte. Ik zie bij mijn eigen bedrijf een essentiele verschuiving van leverancier van middelen aan voorschrijvers naar leverancier van gezondheidswinst voor patienten”.

Epilepsie
Volgens hem betekent dit ook dat bedrijven de patienten veel meer moeten betrekken bij de ontwikkeling van nieuwe middelen. Al was het alleen maar omdat patient vaak een heel andere perceptie heeft van gezondheidswinst dan een behandelaar. Als voorbeeld noemde hij de behandeling van epilepsie. “Behandelaren willen elke aanval tegengaan en stemmen de medicatie daarop af, met als bijwerking dat mensen permanent wat suf zijn. Wij hebben het patienten gevraagd en zij geven aan liever af en toe een beheersbare aanval te hebben en verder een heldere geest. Dat betekent dat er andere medicijnen ingezet moeten worden”.
Op het punt van bemoeienis van de bedrijven met patienten verschilde Leijten met hem van mening: het lijkt haar funest als partijen met commerciele belangen zich mengen in wat zij omschreef als ‘het autonome proces tussen arts en patient in de behandelkamer’.

Hoog risicogehalte
Bestuurslid Henk Don van marktmeester NMa bracht in dat marktwerking in de zorg voor positieve prikkels heeft gezorgd. “De sector is veel meer in beweging dan vroeger. Als goede ontwikkelingen zie ik bijvoorbeeld de toegenomen klantvriendelijkheid, kortere wachtlijsten, verhoogde efficiency en lagere kosten.”
Farma heeft volgens Don vanuit mededingingsoptiek een hoog risicogehalte, vanwege de grote concentratie, het teruglopen van r&d en het feit dat meer geld naar marketing gaat dan naar onderzoek. Dat de Europese Commissie scherp inzet op het tegengaan van patentmisbruik, noemde hij een goede zaak. Ook de NMa beschouwt de farma als ‘prioritaire sector’.
De crux om te komen tot een goed functionerende zorgmarkt is, aldus Don, dat er voldoende concurrentie moet bestaan op de verkoopmarkt. “Dat geeft namelijk de garantie dat voordelen die aan de inkoopkant worden behaald, ook worden doorberekend aan de consument.”

In het debat werd voorts veel gesproken over de meetbaarheid van kwaliteit; een belangrijk uitgangspunt in een concurrerende omgeving.
Vanaf maandag 28 maart is een videoverslag van de bijeenkomst, met bijdragen van de drie inleiders, te zien op deze website.

Bron: Nefarma

Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

Recente artikelen