Verkeerde geneeskunde

Array

Bij overgewicht zou je verwachten dat de behandeling met een maagbandje beschikbaar is zodra de stofwisseling uit de hand loopt. Dan kan iemand nog genezen en andere oplossingen zijn er niet. Maar de overheid stelt deze behandeling pas bij ziekelijk overgewicht beschikbaar. Gek, want de medische kosten van dit eindstadium van overgewicht zijn €10.000 per jaar per patient. Het voordeel van op tijd ingrijpen is ook dat de hersenen dan niet vervetten, wat goed is voor de arbeidsprestatie. De sociale lasten van overgewicht overtreffen de medische kosten vele malen.

Voor goede zorg moet VWS zelf actief worden, bijvoorbeeld bij de eerdere stadia van overgewicht. Nu werkt het ministerie met passieve procedures die de industrie dwingen hun onderzoek een bepaalde vorm te geven. Onbedoeld lijkt het tegen mensen met overgewicht te zeggen: eigen schuld, dikke bult. Terwijl overgewicht een ziekte is, die de patient niet op eigen kracht kan overwinnen. Gemotiveerd afvallen leidt tot jojoen, dat onherstelbare schade toebrengt aan de stofwisseling en leidt niet tot een blijvend lager gewicht.

De overheid kan beter mandaten verlenen aan het veld. Dan kan in zorgdomeinen met een publiekelijk belang, zoals vroege stadia van overgewicht, het gewenste onderzoek naar medische oplossingen uit de algemene middelen worden betaald. Behaalde resultaten moeten met elkaar vergeleken worden. Patienten en verwijzers kunnen zich zo informeren over de waarde van de diverse manieren van aanpak, zoals op eigen kracht afvallen, psychotherapie, pillen en opereren. Publiekelijk verantwoording afleggen over de resultaten is de enige manier om goede geneeskunde te krijgen.

De zorg moet overstappen op resultatensystematiek. Op het internet is meer informatie te vinden over wasmachines dan over de resultaten van medische behandelingen. Het zou de sector ten goede komen als de geleverde zorg op haar merites beoordeeld kon worden. Competitie op resultaten zorgt voor dynamiek. Het stelt burgers in staat om te kiezen voor de betere behandelingen. Beleid dat eerlijke concurrentie op zorgkwaliteit stimuleert, biedt de overheid een kans de sector op afstand aan te sturen en is de enige weg naar betaalbare zorg voor iedereen.

Bron: FD 20 juni 2011

Huppes Kemp

Wim Huppes kreeg in april 2008 te horen dat hij prostaatkanker had in een vergevorderd stadium. Zijn prostaat werd operatief verwijderd, en wat hem betrof stopte de reguliere behandeling daar. Met zijn kennis van de geneeskunde, hij werkte tot 1989 als internist in een ziekenhuis, ging Huppes experimenteren met medicijnen.

Na twee experimenten met andere middelen probeerde hij dichloorazijn.

Huppes kwam niet zelf op het idee om het middel te proberen. ‘Twee neven raadden het me aan, onafhankelijk van elkaar. De een leidt een medisch laboratorium, de ander is een alternatieve arts.’ Huppes kocht het middel bij een chemische groothandel. Huppes mocht daar grondstoffen kopen omdat hij eerder als onderzoeker in een biotechnologisch laboratorium werkte.
Belangrijker is dat hij nog leeft. Waar met reguliere bestraling en chemotherapie de dood volgens hem misschien enkele maanden zou zijn tegengehouden, is hij inmiddels ruim een jaar na de diagnose kanker nog steeds in leven en weer aan het werk.

Zijn ziekte bleek, ironisch genoeg, een voorbeeld te zijn van wat er mis is in de reguliere zorg – waarover hij voor hij kanker bleek te hebben een boek aan het schrijven was. We zijn de klos verscheen in april. In het boek stelt Huppes dat in het huidige zorgstelsel de ontwikkeling van nieuwe behandelingen niet goed mogelijk is omdat het stelsel te bureaucratisch is en verstrikt in een ‘doolhof van regels’.

Volgens Huppes, kennismedewerker bij het College voor Zorgverzekeringen, is het gevolg dat de zorg geen innovatieve sector is en dat dus iedereen een standaardbehandeling krijgt. Die is voor zo’n 85 procent van de zieken niet optimaal. Sterker nog: ‘Artsen werken volgens richtlijnen en schrijven patiënten behandelingen voor die zij vaak niet op zichzelf zouden toepassen.’ Bij mannen met uitgezaaide prostaatkanker wordt het bekken bestraald, ook als hun levensverwachting nihil is. ‘De patiënten hebben daardoor 13 procent minder kans op pijn in het bekken maar moeten er wel vaak voor naar het ziekenhuis en ervaren vervelende bijwerkingen, zoals pijn en bloed bij de ontlasting en tijdens het plassen. Bovendien staat de uitkomst vast: mensen gaan hoe dan ook dood.’

Huppes stelt voor om ook alternatieve methoden te testen in de kennisbanken. ‘Als mensen positieve effecten melden van behandelingen, kunnen deze wat mij betreft worden toegepast. Volgens mij kan dit eenvoudig omdat de door mij voorgestelde kennisbanken gaan monitoren en rapporteren wat het effect, de veiligheid en het nut is van de zorg.’

Huppes schijft ook voor het Financieel Dagblad

Recente artikelen