Aanleg voor eetstoornissen genetisch bepaald

Array

Mensen met een bepaalde genetische variatie hebben meer kans op eetstoornissen. Dat ontdekte promovenda Rita Slof-Op ’t Landt tijdens haar onderzoek waarop zij op 28 juni aan het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) promoveerde.

Tweelingstudies wijzen erop dat erfelijke factoren een rol spelen bij eetstoornissen, zoals anorexia nervosa en boulimia nervosa. Promovenda Rita Slof-Op ’t Landt onderzocht welke genen de kans beïnvloeden om anorexia en eetstoornissen die gepaard gaan met zelfopgewekt braken te ontwikkelen. Ongeveer 0,3 procent van de vrouwen tussen 15 en 29 jaar lijdt aan anorexia nervosa (stoornis gekenmerkt door ondergewicht en extreme angst om in gewicht aan te komen of dik te worden) en 1 procent aan boulimia nervosa (eetbuien gecombineerd met braken of gebruik van laxeermiddelen).

De onderzoekster vergeleek vier mogelijk bij eetstoornissen betrokken genen van patienten met die van gezonde mensen. Ze ontdekte dat één ervan, het gen voor tryptofaanhydroxylase 2 (TPH2) gekoppeld is aan de kans op de ontwikkeling van eetstoornissen. Bepaalde varianten van dit gen blijken de kans hierop te verhogen. Daarnaast bleek genetische variatie binnen dit gen ook betrokken bij impulsiviteit.
TPH2 speelt een belangrijke rol binnen het serotoninesysteem. Dat systeem is betrokken bij verschillende biologische, fysiologische en gedragsfuncties die een rol kunnen spelen bij de ontwikkeling van een eetstoornis. Zo is serotonine van invloed op de regulatie van lichaamsgewicht, eetgedrag, maar ook op psychische kenmerken zoals perfectionisme, impulsiviteit en obsessief gedrag”, aldus de promovenda. “Genetische variatie in TPH2 lijkt dus invloed te hebben op impulsiviteit, wat de kwetsbaarheid op het ontstaan van anorexia nervosa of eetstoornissen gekenmerkt door zelfopgewekt braken kan beïnvloeden.”

Rita Slof-Op ’t Landt promoveerde dinsdag 28 juni aan het LUMC op haar proefschrift Genetic determinants of eating disorders. Zij is werkzaam bij het Centrum Eetstoornissen Ursula in Leidschendam.

Ter gelegenheid van haar promotie vindt vandaag het symposium ‘Genen en omgeving in de psychiatrie: eetstoornissen als voorbeeld’ plaats.

Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC)
Als centrum van medische vernieuwing streeft het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) naar een (inter)nationaal erkende vooraanstaande rol in de verbetering van de kwaliteit van de gezondheidszorg. De kerntaken van het LUMC zijn onderzoek, onderwijs, patientenzorg, opleiding en bij- en nascholing. Het LUMC maakt deel uit van de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU). De NFU is een samenwerkingsverband van de acht universitair medische centra (UMC’s) in Nederland. www.lumc.nl

Centrum Eetstoornissen Ursula
Centrum Eetstoornissen Ursula is een groot gespecialiseerd behandelcentrum in Leidschendam voor mensen met een klassieke eetstoornis, zoals anorexia nervosa, boulimia nervosa of een eetbuistoornis. Het centrum draagt het TOPGGz keurmerk (www.topggz.nl). De behandeling vindt plaats in multidisciplinaire teams en bestaat uit een aantal poliklinische, deeltijd- en klinische zorgprogramma’s. Naast behandeling verricht het centrum in samenwerking met Universiteiten wetenschappelijk onderzoek. Dit om bestaande behandelmethoden te verbeteren en nieuwe behandelmethoden te ontwikkelen. De behandeling van mensen met overgewicht en obesitas wordt vervuld door een apart onderdeel van het centrum: Centrum Overgewicht en Obesitas.

LUMC

Als het centrum van medische vernieuwing streeft het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) naar een (inter)nationaal erkende vooraanstaande rol in de verbetering van de kwaliteit van de gezondheidszorg. De kerntaken van het LUMC zijn onderzoek, onderwijs, patiëntenzorg, opleiding en bij- en nascholing. Het LUMC maakt deel uit van de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU). De NFU is een samenwerkingsverband van de acht universitair medische centra (UMC’s) in Nederland.

Recente artikelen