Toenemend gebruik verpleging en verzorging zal steeds groter beslag leggen op de publieke sector
VeVeRa-IV. Actualisatie en aanpassing ramingsmodel verpleging en verzorging 2009 – 2030
Nederland vergrijst in de komende jaren snel. Steeds meer mensen worden ook zeer oud. Dat maakt dat ook de behoefte aan thuiszorg en de zorg in een verpleeg- of verzorgingshuis groter wordt. Voor het ministerie van VWS heeft het SCP de toekomstige ontwikkelingen in de sector verpleging en verzorging tot 2030 in kaart gebracht in het kader van het Programma Langdurige Zorg. Evenals in voorgaande rapportages blijkt dat het gebruik van verpleging en verzorging naar verwachting zal toenemen, maar minder snel dan op grond van de vergrijzing te verwachten is.
De uitgaven aan collectief gefinancierde verpleging en verzorging bedroegen 10,7 miljard euro in 2009, ofwel bijna 2% van het bruto binnenlands product. De vraag naar verpleging en verzorging groeit volgens het SCP minder dan op grond van de vergrijzing te verwachten is, omdat ouderen langer gezond blijven. Het gebruik zal jaarlijks met gemiddeld 1,2 procent stijgen, denkt het SCP.Naar verwachting zal het aantal gebruikers van verpleging en verzorging toenemen tot 1,6 miljoen gebruikers in 2030. Het zorggebruik neemt daarmee veel minder snel toe dan bijvoorbeeld het aantal 80plussers (2,5% per jaar).
De toekomstige uitgaven zullen als gevolg van alsmaar stijgende zorgprijzen naar verwachting veel sneller toenemen (met 4,1% per jaar) dan het gebruik.
Dit zijn enkele conclusies uit het SCP-rapport VeVeRa-IV. Actualisatie en aanpassing ramingsmodel verpleging en verzorging 2009 – 2030, dat op vrijdag 20 januari jl. is verschenen. In het rapport presenteren dr. Evelien Eggink, Debbie Oudijk Msc. en dr. Klarita Sadiraj een raming van het toekomstige gebruik van verpleging en verzorging. Het onderzoek is verricht op verzoek van het ministerie van VWS.
Bijna 1,2 miljoen Nederlanders maken gebruik van een vorm van verpleging en verzorging
De sector verpleging en verzorging omvat in deze studie de thuiszorg en de tehuiszorg die via de AWBZ worden gefinancierd en de huishoudelijke hulp die via de Wmo wordt verstrekt (samen de collectief gefinancierde zorg). In 2009 maakten ongeveer 940.000 mensen gebruik van collectief gefinancierde thuis- of tehuiszorg. Dit is ongeveer 9% van de bevolking van dertig jaar of ouder. In 2009 beliepen de kosten van de collectief gefinancierde verpleging en verzorging 10,7 miljard euro, ofwel bijna 2% van het bruto binnenlands product. Daarnaast gebruikten 240.000 mensen informele zorg en/of particuliere zorg. Alles bijeen maken bijna 1,2 miljoen mensen (11% van de 30plus bevolking) gebruik van een vorm van verpleging en verzorging.
Basisramingen van het gebruik van verpleging en verzorging
De ramingen gaan uit van de situatie in 2009 en kijken vooruit tot 2030. De ramingen zijn ‘beleidsarm’, dat wil zeggen dat geen rekening wordt gehouden met veranderingen in het beleid, de technologie of de voorkeuren van gebruikers. Hiermee blijven ook trends als de extramuralisering en de maatregelen op het gebied van begeleiding en persoonsgebonden budgetten buiten beschouwing. Ten opzichte van de vorige SCP-raming (VeVeRa-III)is het huidige model uitgebreid met een raming van het kortdurende gebruik van thuiszorg. Het blijkt dat deze vorm van thuiszorg een wezenlijk andere groep gebruikers bereikt, en zich op een andere manier ontwikkelt dan de langdurige thuiszorg.
Toename zorggebruik minder snel dan toename aantal ouderen
In 2030 zullen naar verwachting ongeveer 1,6 miljoen van de ruim 11,5 miljoen 30-plussers in Nederland gebruik maken van verpleging en verzorging (14% van de 30 plusbevolking). Het zorggebruik groeit daarmee in de periode 2009 tot 2030 met gemiddeld 1,5% per jaar. Dit is minder snel dan we op basis van de verdergaande vergrijzing zouden verwachten. Zo bedraagt de groei van het aantal 65plussers meer dan 2% per jaar en die van het aantal 80plussers zelfs 2,5% per jaar. Het zorggebruik zal minder hard stijgen omdat mensen steeds langer in goede gezondheid verkeren. Ook mensen uit de hogere opleidings- en inkomensklassen vragen relatief weinig zorg.
Steeds groter beslag op de publieke middelen
De uitgaven aan publiek gefinancierde verpleging en verzorging bedroegen in 2009 10,7 miljard euro. Rekening houdend met de toekomstige prijsstijgingen zullen de reele uitgaven sterker toenemen (4,1% per jaar) dan het aantal gebruikers (1,5% per jaar). Hiermee zullen de verwachte collectieve uitgaven in reele termen toenemen van bijna 11 miljard in 2009 tot bijna 25 miljard euro in 2030. In totaal zullen de uitgaven aan deze sector sneller toenemen dan het bruto binnenlands product (BBP) en daarmee een steeds groter deel van de publieke middelen in beslag nemen.
SCP-publicatie 2012/5, VeVeRa-IV. Actualisatie en aanpassing ramingsmodel verpleging en verzorging 2009 – 2030. Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau, januari 2012, ISBN 978 90 377 0594 2, prijs € 14,90. Te bestellen of downloaden via: www.scp.nl
De kosten stijgen veel sneller, namelijk met gemiddeld 4,1 procent per jaar. Dat komt onder meer door hogere loonkosten.
Bron: SCP