Langetermijneffecten van levende nierdonatie
ArrayMensen die bij leven een nier doneren zijn bovengemiddeld gezond. En na donatie wordt de relatie met de ontvanger vaak hechter. Dat blijkt uit een groot onderzoek van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC).
Levende nierdonoren zijn zowel voor als na de donatie gemiddeld genomen gezonder dan de algemene populatie. “Dat kan te maken hebben met de screening, waar mensen waarvoor de donatie een te groot gezondheidsrisico zou zijn, niet doorheen komen”, licht onderzoekster dr. Perla Marang toe. Ongeveer 12-18 procent van de donoren rapporteert na de donatie wel een minder goede kwaliteit van leven, dan die van de gemiddelde Nederlander. Of dit met de donatie te maken heeft is op grond van dit onderzoek niet te zeggen. Wel bleek dat deze mensen voorafgaand aan de donatie vaker rookten en ook meer overgewicht hadden dan de groep die een hogere kwaliteit van leven rapporteerde. Ook had deze groep hogere verwachtingen over de gevolgen die donatie zou hebben voor hun eigen gezondheid, bijvoorbeeld een positief beeld van de hersteltijd.
Frequenter contact
De onderzoekers wilden ook weten of de relatie tussen de donor en ontvanger veranderde door de donatie. Ongeveer een kwart van beide groepen gaf aan dat dat het geval was. Ze rapporteerden vooral frequenter contact, meer betrokkenheid, toegenomen begrip en betere gesprekken. “Maar niet iedereen oordeelt hier positief over. Sommige mensen waarderen het frequentere contact niet, omdat ze dat als bemoeizucht ervaren”, aldus Marang.
Levende of overleden donor
Een andere uitkomst is dat het voor de kwaliteit van leven op de lange termijn niet uitmaakt of de nier van een levende of een overleden donor komt. Op de korte termijn vergaat het ontvangers van een nier van een levende donor wel beter, maar dat effect is na vijf jaar weg. “Nieren van overledenen hebben gemiddeld meestal een wat minder goede nierfunctie, vooral vlak na transplantatie”, verklaart Marang. Maar dit kon het verschil in kwaliteit van leven niet verklaren, zoals de onderzoekers vooraf verwachtten.
Bron: LUMC