Kamerbrief over ontwerpbesluit tijdelijke zelfstandige bevoegdheid klinisch technoloog

Inhoud van de brief van minister Schippers (VWS) aan de Tweede Kamer over het ontwerpbesluit tijdelijke zelfstandige bevoegdheid klinisch technoloog.

Bij brief van 3 oktober 2012 heb ik zowel de Tweede Kamer als de Eerste Kamer het ontwerpbesluit tijdelijke zelfstandige bevoegdheid klinisch technoloog (hierna: ontwerpbesluit) voorgehangen die haar basis vindt in artikel 36a van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG).

De Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (KNMG) heeft aan de Vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport een brief met vragen en opmerkingen toegezonden. De voorzitter van de vaste commissie heeft mij in de brief van 30 oktober, met kenmerk 151355.02U, verzocht een reactie te geven op de door de KNMG in haar brief geuite opmerkingen. In deze brief zal ik antwoord geven op de vanuit de KNMG gestelde vragen en opmerkingen.

Deskundigheidsgebied
De KNMG onderkent het belang van de klinisch technoloog in de gezondheidszorg. Echter zij meent dat het deskundigheidsgebied van de klinisch technoloog, zoals omschreven in artikel 6 van het ontwerpbesluit, zodanig ruim is geformuleerd dat dat leidt tot onduidelijkheid over de grenzen van de bevoegdheden tussen de verschillende beroepsbeoefenaren. De KNMG meent dat de technisch medische deelgebieden van de geneeskunst waarbinnen de klinisch technoloog bevoegd is om voorbehouden handelingen te verrichten nader aangegeven dienen te worden.

Ik ben niet met de KNMG van mening dat het deskundigheidsgebied te ruim is geformuleerd. Zoals het ontwerpbesluit beschrijft wordt tot het deskundigheidsgebied van de klinisch technoloog gerekend het optimaliseren van bestaande alsmede het introduceren van nieuwe technisch medische handelingen en het verrichten van complexe technisch medische handelingen binnen het technisch medische deelgebied van de geneeskunst. Het optimaliseren van technisch medische handelingen alsmede het verrichten van complexe technisch medische handelingen binnen het technisch medische deelgebied van de geneeskunst geven de grenzen aan van het deskundigheidsgebied.

Als de aangewezen handelingen buiten het betreffende technisch medische deelgebied van de geneeskunst liggen dan is de klinisch technoloog niet deskundig. De deelgebieden betreffen Robotica en Imaging, Medical signaling en Reconstructive Medicine worden in de nota van toelichting benoemd.

Vervolgens geldt dat indien binnen die deelgebieden voorbehouden handelingen worden verricht de klinisch technoloog niet alleen bevoegd maar ook bekwaam moet zijn tot het verrichten van voorbehouden handelingen, zoals dat ook geldt voor andere beroepsbeoefenaren die de bevoegdheid hebben tot het verrichten van voorbehouden handelingen (artikel 36a, tweede lid jo. artikel 36, vijftiende lid van de Wet BIG).

Technisch medisch handelen
De KNMG vindt dat de beschrijving van ‘technisch medisch handelen’ in artikel 6, tweede lid, van het ontwerpbesluit, niets met techniek te maken heeft. Het betreffen handelingen die eerder behoren bij de arts, verpleegkundig specialist of een physician assistant. Daarnaast merkt de KNMG op dat in het ontwerpbesluit de term ‘technisch medisch’ niet op eenduidige wijze wordt gebruikt.

Zoals de nota van toelichting beschrijft, zijn de handelingen algemeen omschreven. Zij vormen een invulling of aanvulling van het deskundigheidsgebied van de klinisch technoloog. Deze handelingen heeft de klinisch technoloog nodig om hem in staat te stellen te onderzoeken, te diagnosticeren en een behandelplan op te stellen en uit te voeren op het gebied van de medische technologie. Het is nimmer de bedoeling dat klinisch technologen, evenals artsen, verpleegkundige specialisten of physicians assitants buiten het deskundigheidsgebied handelingen verrichten.
Wat betreft het gebruik van de verschillende termen voor ‘technisch medisch’, zal ik het ontwerpbesluit aanpassen daar waar de termen ‘medisch-technisch’ en ‘medische technologie’ worden gebruikt.

Positionering
Vervolgens geeft de KNMG aan dat naast de bevoegdheid van de klinisch technoloog om binnen een specifiek deelgebied technisch medische handelingen te verrichten, deze werkzaam is in de patientenzorg. De KNMG merkt hieruit op dat onduidelijk is op welke wijze de klinisch technoloog is gepositioneerd ten opzichte van bijvoorbeeld de medisch specialist.

De klinisch technoloog heeft inzicht in de werking van het menselijk lichaam en de technologie en zal derhalve, met het doel de patient beter te maken, technologie gebruiken om tot nieuwe oplossingen te komen voor diagnostiek en therapie. En hij zal op basis van zijn eigen expertise oplossingen bedenken voor diagnostische en therapeutische problemen die, indien de oplossing een complex technisch medische handeling vereist is, de klinisch technoloog zelfstandig zal toepassen bij de patient als meest deskundige. De klinisch technoloog draagt de verantwoordelijkheid voor de eigen behandeling van de patienten. De klinisch technoloog werkt evenals de medisch specialist vanuit de eigen deskundigheid gezamenlijk aan de gezondheid van de patient.

In het ontwerpbesluit is wel bepaald dat de samenwerking met relevante zorgverleners onderdeel uitmaakt van het deskundigheidsgebied van de klinisch technoloog en is uitgewerkt in zijn competenties.

Bron: Rijksoverheid

Redactie Medicalfacts / Alida Budding - Hennink

Samen met mijn dochter Janine Budding verzorg ik dagelijks het online medisch nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant is. De rol en beleving van patiënt & Healthy Ageing, zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik heb jarenlang ervaring in diverse functies in thuiszorg.

Recente artikelen