De uitdagingen van een therapeutische werkrelatie via chat
ArrayDe dagelijks praktijk van Tele-Onthaal Vlaanderen (anonieme chathulp voor mensen met een psychische nood) bevestigd wat onderzoek reeds bewees, namelijk dat goede chathulpgesprekken staan of vallen met een goede therapeutische werkrelatie (Bocklandt, 2011). De dagelijkse praktijk van psychotherapeuten Karolien Vermeiren en Marjan Vertommen leert tevens dat het opbouwen van een goede therapeutische werkrelatie een verfijning en verbreding van gespreksvaardigheden vraagt.
Kracht van het getypte woord
Een prille relatie ontstaat binnen een face-to-face gesprek via oogcontact, de handdruk. Iemands klederdracht, de manier waarop iemand zich begeeft in de therapiekamer, geeft je heel wat informatie. Als hulpverlener reageer je hierop, bijvoorbeeld door een houding te spiegelen, je toon aan te passen. Jouw verwarring, twijfel, meeleven, irritatie is meestal af te lezen aan je ogen, je houding etc. Onderzoek geeft aan dat 70% van het resultaat van wat je communiceert afhangt van je non-verbale communicatie. Non-verbale communicatie heeft dus een immense impact op de therapeutische werkrelatie. Binnen chathulpgesprekken beschik je noch als therapeut noch als hulpvrager over deze veelheid aan informatie.
Een therapeutische werkrelatie groeit naarmate een cliënt zich erkend, gehoord en begrepen voelt. Als chathulpverlener voel je vaak mee met de cliënt. Maar aangezien de hulpvrager dit niet kan zien aan jouw non-verbale signalen is het essentieel dit meevoelen accuraat om te zetten in getypte woorden.
IJle bubbel
Anderzijds kan je soms geïrriteerd zijn, een gebrek aan contact voelen,… Als hulpverlener is het belangrijk je bewust te zijn van wat er in je omgaat. Gezien de non-verbale signalen bij chatgesprekken ontbreken, is de kans groter dat jouw reacties mede bepaald worden door jouw interpretaties, jouw geschiedenis. In de ijle bubbel schieten projecties en interpretaties vrijelijk heen en weer. Lange pauzes kunnen bijvoorbeeld zeer anders geïnterpreteerd worden: ‘hij is even naar toilet’ versus ‘het interesseert hem niet’ versus ‘de persoon is te emotioneel om te praten’. Het is dan ook essentieel om je bewust te zijn van je eigen gevoelens en gedachten. Actief en expliciet afstemmen op de hulpvrager is belangrijk bv ‘Ik merk dat er lange pauzes zijn. Wat gebeurt er?’. Dit expliciet afstemmen is soms nodig om de therapeutische relatie gezond te houden. Het is echter geen sinecure dit op een zorgvuldige manier te doen, om de juiste woorden en toon te vinden. Te grote afstand leidt tot koelte, te grote nabijheid is tevens funest voor het therapeutisch proces. Kortom; doseren is essentieel.
Tekens, tempo en taalgebruik
In de getypte woorden wordt door de cliënt vaak heel beperkt weergegeven hoe hij het contact ervaart. Als chathulpverlener word je dan ook uitgedaagd om zeer accuraat te leren lezen. Want in het gebruik van tekens, het tempo en het taalgebruik zitten wél signalen over de therapeutische werkrelatie. Het herkennen van deze signalen enerzijds en anderzijds het expliciet bespreken (beschrijven/ benoemen) van deze signalen is noodzakelijk voor een goede therapeutische werkrelatie. Metacommunicatie helpt om goed af te stemmen. Zo geef je woorden aan hoe het contact verloopt en open je het gesprek over wat er nodig is om dit contact goed te laten verlopen.
Van afstand naar nabijheid
Dus enerzijds stelt het medium je als hulpverlener voor een beperking en een extra uitdaging om een goede therapeutische werkrelatie op te bouwen. Maar anderzijds biedt het net ook mogelijkheden! Chathulpverleners getuigen immers hoe snel het contact intens en intiem wordt. Vaak zelfs sneller dan face-to-face. Hoe de ijle bubbel snel plaats maakt voor een warm bad. De afstand die inherent is aan het medium biedt duidelijk mogelijkheden tot nabijheid. Ook cliënten getuigen zich veiliger te voelen binnen een chatcontact. Ze geven aan gemakkelijker moeilijke onderwerpen ter sprake te brengen via chat dan in een face-to-face of telefonisch contact (Barack, 2005 & Suler, 2004).
Intens contact
Kortom, als chathulpverlener is het belangrijk om op elk moment de relatie tussen jezelf en de hulpvrager in het vizier te houden. Sluit wat er ontstaat in het contact aan bij de nood van deze hulpvrager? Voelt de hulpvrager zich begrepen en erkend in wat voor hem of haar op dit moment op de voorgrond is? Chathulpverleners worden uitgedaagd om vaardigheden te ontwikkelen om op een adequate manier met het intense chatcontact om te gaan. Vaardigheden die een antwoord bieden op de valkuilen van het chat medium.
Aan de slag?
Tijdens het Congres Online Hulp 2013 (31 oktober a.s.) geven Marjan Vertommen en Karolien Vermeiren de workshop De therapeutische werkrelatie binnen chathulpgesprekken. Vanuit hun dagelijkse ervaring in het voeren van chathulpgesprekken en het trainen en begeleiden van vrijwilligers bieden ze tijdens de workshop handvatten om op een goede manier om te gaan met de therapeutische werkrelatie binnen chathulpgesprekken. Thema’s als empathisch reageren binnen een chatgesprek, omgaan met eigen hypothesen en gevoelens en afstemmen op de nood van de hulpvrager komen aan bod.