KNVB en Diakonessenhuis bundelen krachten voor behandeling sportersliesbreuk
Het Sportmedisch Centrum van de KNVB (SMC) en het Liesbreukcentrum Nederland van het Diakonessenhuis Utrecht, Zeist, Doorn gaan samenwerken om een sportersliesbreuk sneller te diagnosticeren en te behandelen. Wetenschappelijk onderzoek naar de selectie, diagnose, behandeling en herstel van een sportersliesbreuk maakt onderdeel uit van de gezamenlijke aanpak.
Een sportersliesbreuk is moeilijk vast te stellen en wordt vaak niet herkend als oorzaak van langdurige liespijn tijdens het sporten. De klachten van sporters met deze blessure komen voort uit een zwakke plek in de buikwand. Een liesbreukoperatie kan hen helpen om weer pijnvrij te sporten. Door de samenwerking komen de kennis en expertise van de sportartsen van het SMC en de jarenlange ervaring van de chirurgen van het Liesbreukcentrum Nederland samen.
Eerste diagnose
Edwin Goedhart, manager sportgeneeskunde SMC: “2,5% van alle sportblessures bevindt zich in de liesstreek. Bij voetballers is dit zelfs 11%. Op dat gebied is zeker nog winst te behalen. Alle sporters met langdurige liespijn die niet overgaat na rust en/of oefentherapie, kunnen contact opnemen met het Sportmedisch centrum van de KNVB. Hier worden zij onderzocht door één van onze sportartsen. De sportarts kan op basis van de klachten en de uitkomsten van het onderzoek vaststellen of er mogelijk sprake is van een sportersliesbreuk. Als dat zo is of als het er op lijkt, dan verwijst onze sportarts door naar de specialisten van het Liesbreukcentrum Nederland.”
Vervolgonderzoek en behandeling
Ine Burgmans, chirurg bij het Liesbreukcentrum Nederland: “Onze chirurgen stellen op basis van aanvullend onderzoek een diagnose en maken een behandelplan. De behandeling van een sportersliesbreuk is gelijk aan een kijkoperatie die bij ons wordt gedaan voor een normale liesbreuk. Via drie sneetjes in de buik wordt het gehele liesgebied bekeken en de zwakke plek verstevigd met een kunststof matje. Onze patiënten worden voor de behandeling één dag opgenomen en kunnen dus ’s avonds weer naar huis. De meeste patiënten kunnen na één week weer werken en mogen dan ook het sporten weer rustig gaan opbouwen.”
Gezamenlijk wetenschappelijk onderzoek
Naast de gezamenlijke diagnose en behandeling doen het SMC en Liesbreukcentrum Nederland samen wetenschappelijk onderzoek. Een belangrijk onderzoeksdoel is om nog beter vast te stellen welke sporters met langdurige liespijn baat hebben bij een liesbreukoperatie. Het tweede doel is om meer inzicht te krijgen hoe snel sporters herstellen en hoe zij pijnvrij kunnen blijven sporten.
Bron: Diakonessenhuis