Eerste succes gentherapie bij hemofiliepatiënt AMC

Array

Voor het eerst is bij een hemofiliepatie?nt in Nederland succes geboekt met gentherapie. De patiënt is niet genezen, maar de ziekte is daardoor voorlopig teruggebracht van een ernstige naar een milde vorm. Dat maakt een enorm verschil: in plaats van twee keer per week een bloedtransfusie met stollingsfactor IX is er slechts in uitzonderlijke situaties een transfusie nodig. Bovendien heeft de patiënt vrijwel geen gewrichtsbloedingen meer, waardoor de gewrichten niet langer door de hemofilie zullen verslijten. Het is afwachten of het effect lang aanwezig blijft; de onderzoekers zijn voorzichtig optimistisch.

De patiënt – die aan hemofilie B lijdt – is in studieverband behandeld in het AMC. Het onderzoek wordt geleid en gefinancierd door het biotechbedrijf UniQure, dat is gevestigd op het terrein van het AMC. In totaal zullen er tien patiënten meedoen aan de studie – verdeeld over vier Nederlandse ziekenhuizen en centra in Duitsland, Denemarken en Italie?.

Hemofilie B is een ziekte waarbij het bloed niet goed kan stollen door afwezigheid van stollingsfactor IX. Door een defect gen wordt dit eiwit onvoldoende aangemaakt. Behandeling met gentherapie houdt in dat een goed werkend exemplaar van het defecte gen wordt ingebouwd in de levercellen van de patiënt. Hierdoor wordt het ontbrekende eiwit wél geproduceerd.
Het vinden van het juiste vervoermiddel (vector) voor het nieuwe, goed functionerende gen is de grootste uitdaging. Vasculair internist Michiel Coppens, in het AMC hoofdonderzoeker gentherapie bij hemofilie B: “Voor hemofilie B denken we een goed vervoermiddel te hebben gevonden waardoor het nieuwe stukje DNA op de juiste plek terechtkomt. We maken gebruik van het Adeno-Associated Virus, AAV. De meest succesvolle vector van dit moment.”

Wat wel kan gebeuren bij het gebruik van zo’n virus, is dat de afweer van de patie?nt er in de loop der tijd op gaat reageren. De levercellen die het nieuwe DNA hebben opgenomen, kunnen worden afgebroken door het afweersysteem, waardoor ook de factor IX eiwitproductie weer verloren gaat. Tot nu toe – de AMC-patiënt is in september vorig jaar behandeld – is dat nog niet gebeurd.

Coppens is dan ook voorzichtig optimistisch: “Als onze studie langdurige expressie laat zien van stollingsfactor IX, dan zou dit wel eens dé behandeling voor deze ziekte kunnen zijn. Maar dan moet blijken dat het een therapie is waarbij de meeste patiënten geen immuunreactie ontwikkelen in de eerste drie maanden en gedurende een lange periode het stollingseiwit produceren.”

Bron: AMC

Redactie Medicalfacts / Alida Budding - Hennink

Samen met mijn dochter Janine Budding verzorg ik dagelijks het online medisch nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant is. De rol en beleving van patiënt & Healthy Ageing, zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik heb jarenlang ervaring in diverse functies in thuiszorg.

Recente artikelen