Rekrutering voor INMARK gestart

Array

Rekrutering voor INMARK gestart: het eerste onderzoek naar het effect van Ofev® (nintedanib) op biomarkers voor het onderliggende fibrotische proces bij IPF-patiënten

  • Het eerste onderzoek naar het effect van Ofev op veranderingen in biomarkers voor het fibrotische proces in de longen1
  • INMARK bekijkt of veranderingen in deze biomarkers het klinische beloop van IPF eerder kunnen voorspellen1
  • Identificatie van de juiste biomarkers om het klinische beloop van IPF bij individuele patiënten vroegtijdig te voorspellen blijft een van de belangrijkste uitdagingen bij de behandeling van patiënten1

Alkmaar, 30 juni 2016 – Boehringer Ingelheim maakt vandaag bekend dat de eerste patiënt is opgenomen in een nieuw onderzoek, INMARK, waarin het effect wordt beoordeeld van Ofev (nintedanib) op veranderingen in specifieke biomarkers in het bloed. Deze biomarkers zijn een maat voor de progressie van de verlittekening (fibrose) in de longen van patiënten met idiopathische pulmonale fibrose (IPF).1

INMARK

Biomarkers zijn meetbare indicatoren voor de aanwezigheid of ernst van een aandoening; ze worden gebruikt om het ziektebeloop bij patiënten te monitoren en te voorspellen zodat een passende behandeling kan worden gegeven.2 INMARK meet veranderingen in diverse biomarkers voor de turnover van de extracellulaire matrix (ECM*) waarvan al is aangetoond dat deze bij IPF-patiënten de ziekteprogressie voorspellen.1,3 De ECM-turnover maakt deel uit van de normale instandhouding van gezond weefsel.4 Een ongecontroleerde of buitensporige turnover is echter een belangrijke oorzaak van de structurele veranderingen in de longen die bij IPF worden waargenomen, resulterend in progressieve verlittekening en achteruitgang van de longfunctie.4

IPF

IPF is een invaliderende en fatale longziekte met een hoge mortaliteit, die na verloop van tijd leidt tot blijvende verlittekening van het longweefsel en achteruitgang van de longfunctie.5,6 Vroegtijdige instelling van een behandeling kan cruciaal zijn om de ziekteprogressie te vertragen.7 Met het beschikbaar komen van specifieke antifibrotische geneesmiddelen als Ofev is er recentelijk vooruitgang geboekt in de behandeling van IPF. Van Ofev is in drie belangrijke onderzoeken aangetoond dat het de ziekteprogressie met ongeveer 50% vertraagt.8-11 Ondanks deze vooruitgang weten artsen echter nog steeds niet precies wanneer bij een individuele patiënt de behandeling moet worden gestart.1 Dit is het gevolg van de onvoorspelbaarheid en verschillen in ziekteprogressie bij patiënten met IPF en het ontbreken van biomarkers die aangeven hoe de ziekte zich bij een individuele patiënt zal ontwikkelen en wie het best op behandeling zal reageren.1

Biomarkers

“De start van dit nieuwe onderzoek markeert een belangrijke mijlpaal. Het onderzoek is van grote wetenschappelijke waarde in die zin dat het zal leiden tot meer inzicht in IPF en in de waarde van behandeling van nintedanib bij personen met een intacte longfunctie. Van belang is dat we voor het eerst het effect onderzoeken van een antifibrotische behandeling op veranderingen in specifieke biomarkers bij IPF,” aldus dr. Toby Maher, longarts in het Royal Brompton Hospital in Londen (GB) en hoofdonderzoeker. “Nu het mogelijk is biomarkers te bepalen die voorspellen hoe de ziekte zich bij een specifieke patiënt ontwikkelt, kunnen artsen zo vroeg mogelijk bij hun patiënten een passende behandeling instellen om de ziekteprogressie te vertragen. Het blijft een van de urgentste problemen voor een effectieve behandeling voor IPF-patiënten.”

Ziekteprogressie vertragen

Vroegtijdige diagnose van IPF is essentieel om patiënten te helpen omgaan met hun aandoening.7 De mediane overleving van IPF-patiënten na de diagnose bedraagt slechts twee tot drie jaar,5 wat het belang onderstreept van een vroegtijdige en nauwkeurige diagnose en van de essentiële rol van behandelingen om de ziekteprogressie te helpen vertragen.7 Aangetoond is dat Ofev de ziekteprogressie bij IPF-patiënten met circa 50% vertraagt (gemeten als achteruitgang van de longfunctie).8,9,12-16

Dr. William Mezzanotte, Therapy Area Head, Respiratory Medicine, Boehringer Ingelheim, verklaarde: “Bij een ziekte met een variabele progressiesnelheid is het essentieel biomarkers te identificeren aan de hand waarvan artsen de individuele ziekteprogressie en behandelsuccessen bij patiënten met IPF kunnen meten en monitoren. We hopen dat de identificatie van deze biomarkers, met name in het vroege stadium van de ziekte, in potentie de algehele behandeling van patiënten kan verbeteren en tot betere patiëntenzorg kan leiden.”

INMARK is een van de onderzoeken die recentelijk door Boehringer Ingelheim zijn gestart om artsen en wetenschappers belangrijke informatie te verschaffen over de veiligheid en verdraagbaarheid van Ofev in combinatie met andere geneesmiddelen en bij verschillende patiëntenpopulaties.17

Dit is onderdeel van de  continue inspanningen van Boehringer Ingelheim om de behandeling van progressieve fibrotische longziekten te verbeteren.

* De ECM is het netwerk van eiwitten en koolhydraten rondom een cel en maakt deel uit van alle levende weefsels.4 De ECM biedt niet alleen een structurele ondersteuning voor cellen maar speelt ook een rol bij de deling, groei en ontwikkeling van een weefsel.4 De ECM-turnover is onderdeel van de instandhouding van gezond weefsel. 4 Beoordeling van de ECM-turnover kan dienen als biomarker voor ziekteactiviteit en -progressie bij IPF. 4

Over INMARK

INMARK onderzoekt het effect van Ofev op veranderingen in de biomarkers voor de ECM-turnover in vergelijking met placebo bij patiënten met IPF.1 Twee derde van de patiënten wordt gedurende de eerste 12 weken van het onderzoek met placebo behandeld; één derde van de patiënten krijgt nintedanib (150 mg tweemaal daags).1 Na de placebogecontroleerde periode van 12 weken worden alle patiënten in het onderzoek verder behandeld met nintedanib gedurende 40 weken.1 Hierdoor kunnen patiënten die eerder placebo kregen, ook met een werkzame stof worden behandeld.1 Het is de bedoeling dat er in het onderzoek 350 patiënten worden opgenomen uit Australië, Azië, Europa en Noord-Amerika.1

Over Ofev (nintedanib)

Ofev, een klein-moleculaire tyrosinekinaseremmer ontwikkeld door onderzoekers bij Boehringer Ingelheim, is geïndiceerd bij volwassenen voor de behandeling van IPF.8 In 2015 is Ofev opgenomen in de bijgewerkte internationale behandelrichtlijnen voor IPF.18

Ofev vertraagt de ziekteprogressie met circa 50% (gemeten als achteruitgang van de longfunctie) bij een breed scala IPF-patiënten. 8,9,12-16  Hiertoe behoren patiënten met de ziekte in een vroeg stadium (minimale longfunctiebeperking: FVC > 90% van voorspeld),14 beperkte radiologische littekenvorming (geen honingraatvormige afwijkingen) met hoge-resolutie-computertomografie (HRCT)13 en emfyseempatiënten.12

De bijwerkingen met Ofev kunnen bij de meeste patiënten effectief worden behandeld, met diarree als meeste gemelde bijwerking.11

Ofev richt zich op groeifactorreceptoren, waarvan is aangetoond dat ze betrokken zijn bij de mechanismen die longfibrose veroorzaken.8,19 Vooral belangrijk is dat Ofev de ‘platelet-derived growth factor receptor’ (PDGFR), ‘fibroblast growth factor receptor’ (FGFR) en ‘vascular endothelial growth factor receptor (VEGFR) remt.11,19,20 Aangenomen wordt dat Ofev de ziekteprogressie bij IPF en de achteruitgang van de longfunctie vertraagt door blokkering van de signaaltransductieroutes die een rol spelen bij fibrotische processen.11,20,21

Over idiopathische pulmonale fibrose

IPF is een invaliderende en fatale longziekte met een hoge mortaliteit,22 die wereldwijd voorkomt bij naar schatting 3 miljoen mensen.22,23 De progressie van IPF is variabel en onvoorspelbaar, maar in de loop van de tijd neemt de longfunctie van een IPF-patiënt geleidelijk en onomkeerbaar af.5

IPF veroorzaakt blijvende littekenvorming (fibrose) van de long, evenals ademhalingsproblemen, en verlaagt de hoeveelheid zuurstof die de longen kunnen leveren aan de belangrijke organen van het lichaam.6

Dit komt doordat in de loop van de tijd, naarmate de verlittekening toeneemt en het longweefsel dikker en stugger wordt, de longen hun vermogen verliezen om zuurstof op te nemen en af te geven aan de bloedbaan.6 Hierdoor hebben mensen met IPF last van kortademigheid, een niet-productieve hoest en krijgen ze steeds meer moeite met het verrichten van de dagelijkse lichamelijke activiteiten.24

Vroegtijdige en nauwkeurige diagnose van IPF is belangrijk maar kan lastig zijn. De gemiddelde tijd vanaf de eerste verschijnselen tot het uiteindelijk stellen van de diagnose IPF is één tot twee jaar.5 De mediane overleving van IPF-patiënten na de diagnose is maar twee tot drie jaar,5,25 wat het belang onderstreept van een vroege en nauwkeurige diagnose en de essentiële rol van behandelingen om de ziekteprogressie te vertragen.

Referenties

  1. Data on File. Boehringer Ingelheim. Clinical Trial Protocol. Document Number c03495745-03. 2016
  2. Strimbu K, Tavel JA. What are Biomarkers? Curr Opin HIV AIDs. 2010 Nov: 463–466. doi: 10.1097/COH.0b013e32833ed177.
  3. Jenkins RG, et al. Longitudinal change in collagen degradation biomarkers in idiopathic pulmonary fibrosis: an analysis from the prospective, multicentre PROFILE study. Lancet Respir Med. 2015 Jun;3(6):462-72. doi: 10.1016/S2213-2600(15)00048-X. Epub 2015 Mar 12
  4. Cox T, Erler J. Remodeling and homeostasis of the extracellular matrix: implications for fibrotic diseases and cancer. Dis Model Mech. 2011;4, 165-178. Doi:10.1242/dmm.004077.
  5. Ley B., et al. Clinical course and prediction of survival in idiopathic pulmonary fibrosis. Am J Respir Crit Care Med. 2011 Feb 15;183(4):431-40. doi: 10.1164/rccm.201006-0894CI. Epub 2010 Oct 8.
  6. NHLBI, NIH. What Is Idiopathic Pulmonary Fibrosis? Accessed at: www.nhlbi.nih.gov/health/health-topics/topics/ipf/ Accessed May 2016
  7. Cottin V, Richeldi L. Neglected evidence in idiopathic pulmonary fibrosis and the importance of early diagnosis and treatment. Eur Respir Rev 2014; 23: 106–110 | DOI: 10.1183/09059180.00008613
  8. OFEV® Summary of Product Characteristics. Boehringer Ingelheim International GmbH. January 2016.
  9. Richeldi L, du Bois RM, Raghu G, et al; for the INPULSIS Trial Investigators. Efficacy and safety of nintedanib in idiopathic pulmonary fibrosis. N Engl J Med. 2014;380(22):2071-2082
  10. Richeldi L, et al. Pooled analysis of data from the TOMORROW and INPULSIS® trials. Resp Med 02/2016. DOI: 10.1016/ j.rmed.2016.02.001. Available at: http://www.resmedjournal.com/article/S0954-6111(16)30019-1/abstract
  11. Richeldi L., et al. Efficacy of a tyrosine kinase inhibitor in idiopathic pulmonary fibrosis. N Engl J Med. 2011 Sep 22;365(12):1079-87. doi: 10.1056/NEJMoa1103690.
  12. Cottin V, Taniguchi H, Richeldi L, et al. Effect of baseline emphysema on reduction in FVC decline with nintedanib in the INPULSIS® trials. Abstract presented at the 18th International Colloquium on Lung and Airway Fibrosis; Mont Tremblant, Canada, September 20-24, 2014. Available at: http://iclaf.com/conference/index.php/2014/ICLAF/paper/view/151. Accessed May 2016.
  13. Raghu G, Wells A, Nicholson AG, et al. Consistent effect of nintedanib on decline in FVC in patients across subgroups based on HRCT diagnostic criteria: results from the INPULSIS® trials in IPF. Poster presented at the 110th American Thoracic Society Conference; Denver, Colorado, May 15–20, 2015.
  14. Kolb M, Richeldi L, Kimura T, Stowasser S, Hallmann C, du Bois RM. Effect of baseline FVC on decline in lung function with nintedanib in patients with IPF: results from the INPULSIS® trials. Poster presented at the 110th American Thoracic Society Conference; Denver, Colorado, May 15–20, 2015.
  15. Costabel E., et al. Effect of baseline FVC on decline in lung function with nintedanib: Results from the INPULSIS™ trials. Abstract presented at European Respiratory Society International Congress 2014; Munich, Germany, September 6-10, 2014.
  16. Keating GM. Nintedanib: A Review of Its Use in Patients with Idiopathic Pulmonary Fibrosis. Drugs. 2015 Jul;75(10):1131-40. doi: 10.1007/s40265-015-0418-6.
  17. Boehringer Ingelheim Press Release – 14 December 2015. Initiation of first multinational study to evaluate safety of OFEV® (nintedanib) with add-on of pirfenidone in patients with IPF. https://www.boehringer-ingelheim.com/news/news_releases/press_releases/2015/14_december_2015_ipf.html. Last accessed May 2016.
  18. Raghu G, et al; An Official ATS/ERS/JRS/ALAT Clinical Practice Guidelines: Treatment of Idiopathic Pulmonary Fibrosis: Executive Summary. American Journal of Respiratory and Critical Care Medicine Volume 192 (2)238 – 248, July 2015.
  19. Hilberg F, et al. BIBF 1120: triple angiokinase inhibitor with sustained receptor blockade and good antitumor efficacy. Cancer Res. 2008;68:4774-4782
  20. Selman M, et al. Idiopathic pulmonary fibrosis: prevailing and evolving hypotheses about its pathogenesis and implications for therapy. Ann Intern Med. 2001;134:136-51.
  21. Wollin L, et al. Antifibrotic and Anti-inflammatory Activity of the Tyrosine Kinase Inhibitor Nintedanib in Experimental Models of Lung Fibrosis. J Pharmacol Exp Ther. 2014;349:209–220.
  22. Nalysnyk L., et al. Incidence and prevalence of idiopathic pulmonary fibrosis: review of the literature. Eur Respir Rev. 2012;21(126):355-361.
  23. Data on file. Boehringer Ingelheim. Worldwide prevalence 2016.
  24. Pulmonary Fibrosis Foundation. Symptoms. Available at: http://www.pulmonaryfibrosis.org/life-with-pf/about-pf. Accessed May 2016.
  25. Raghu G, et al; ATS/ERS/JRS/ALAT Committee on Idiopathic Pulmonary Fibrosis. An official ATS/ERS/JRS/ALAT statement: idiopathic pulmonary fibrosis: evidence-based guidelines for diagnosis and management. Am J Respir Crit Care Med 2011;183:788–824.

De studie is gefinancierd door Boehringer Ingelheim

Bron: Boehringer Ingelheim

 

Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

Recente artikelen