1e, 2e en 3e-lijns samenwerking klinisch chemische en hematologische diagnostiek en bloedtransfusie
ArrayHet laboratorium voor Klinische Chemie en Haematologie (LKCH) van het UMC Utrecht en Result Laboratorium BV zijn een intensieve samenwerking aangegaan. Hiermee is een uniek samenwerkingsverband ontstaan, waarbij de 1e, 2e en 3e lijns diagnostiek op een geïntegreerde wijze ter beschikking komen aan de patiënt en zorgverlener. De krachten van de twee laboratoria op het gebied van diagnostiek, onderzoek, innovatie, onderwijs en bedrijfsvoering worden gebundeld waarmee de kwaliteit en efficiency van de zorg wordt verbeterd.
Het ‘1-2-3 Laboratoria’-concept realiseert voor alle aanvragers een directe toegang tot zowel 1ste, 2e als 3e lijn expertise en faciliteiten. Hiermee wordt een breed diagnostiek pakket gegarandeerd, gesuperviseerd door een grote groep laboratoriumspecialisten die het volledige terrein van de klinische chemie beheersen en zo een goede consultatieve dienstverlening waarborgen. Daarnaast levert de samenwerking unieke mogelijkheden voor innovatie en wetenschappelijk onderzoek op en zal het onderwijs- en nascholingspakket kunnen worden uitgebreid.
Doorverwijzen niet altijd meer nodig
Een patiënt komt bij de huisarts en die besluit na onderzoek en gesprek laboratoriumonderzoek aan te vragen. Veelal komt de uitslag terug en kan de huisarts samen met de patiënt de beste behandeling kiezen. Maar soms blijkt de uitslag van het onderzoek te wijzen op een mogelijk ingewikkelder oorzaak dan aanvankelijk gedacht. Vaak wordt een patiënt dan doorverwezen naar een specialist, voor verder onderzoek. “Maar dit is lang niet altijd nodig”, zegt dr. Warry van Gelder, medisch directeur van Result laboratorium. “Dankzij het 1-2-3-concept hoeft de patiënt bij wijze van spreken geen stap buiten de spreekkamer van de huisarts te zetten, terwijl het bloedmonster in de meest geavanceerde laboratoria van Nederland wordt onderzocht.” De uitslag en de interpretatie daarvan komen terug bij de huisarts, die dan samen met de patiënt kan besluiten wat er het beste kan gebeuren. Soms betekent dat alsnog een afspraak bij een specialist, maar dit is dan lang niet altijd nodig.
Big data analyses
Dit samenwerkingsverband start in een verzorgingsgebied van circa 1,5 miljoen mensen, circa 9% van de Nederlandse bevolking. “Uiteraard hopen we dat dit initiatief navolging krijgt”, vertelt prof. Wouter van Solinge, hoofd van het LKCH van het UMC Utrecht. “Iedereen wil graag verzekerd zijn van de beste diagnose. De kracht van dit concept ligt in de directe toegang tot deze laboratorium experts, gecombineerd met en ondersteund door de nieuwste inzichten in het diagnosticeren van ziekten die big data analyses ons leren. De schaalgrootte van dit samenwerkingsverband biedt een schat aan gegevens die ons in staat stellen ziektes nog eerder op te sporen en de uitkomst van behandelingen beter te voorspellen”.
Bron: UMC Utrecht