Nieuwe crisisteams opgezet bij jeugdzorg
ArrayDe meeste bureaus jeugdzorg in Nederland zijn bezig interventieteams op te richten om bij crises in gezinnen met kinderen sneller hulp te bieden. Dat blijkt uit een rondgang langs de bureaus jeugdzorg. Na verscheidene gezinsdrama’s, zoals de zaak-Savanna (het driejarige meisje dat door haar moeder werd mishandeld en gedood) en onlangs de twee kinderen in Tolbert die gedood zouden zijn door de vriend van hun moeder, voelen de bureaus jeugdzorg de noodzaak om sneller in te grijpen. In navolging van de bureaus jeugdzorg Haaglanden, Amsterdam en Rotterdam, die al enkele jaren over een crisisteam beschikken, draaien sinds enkele maanden crisisteams in Gelderland, Groningen en Drenthe. In Overijssel en Friesland is men bezig teams op te zetten. In Limburg, Noord-Brabant en Flevoland staat een crisisdienst ,,op de agenda”. Bureau jeugdzorg Utrecht zegt ,,helaas” geen geld te hebben. In totaal zijn er vijftien bureaus jeugdzorg. Drie waren niet bereikbaar voor commentaar. Een crisisteam gaat buiten kantooruren naar gezinnen of kinderen met acute problemen toe. Hulpverleners schatten ter plaatse de situatie in. Als die onveilig is, wordt het kind direct uit huis geplaatst. Het crisisteam is snel en daadkrachtig, zegt teamleider Leon van Sassen-van IJsselt van bureau jeugdzorg Haaglanden. ,,We grijpen in als we de situatie niet veilig vinden. Zeker bij kleine kinderen nemen we het zekere voor het onzekere.” Sinds de nieuwe wet op de jeugdzorg van kracht is (begin dit jaar) zijn de bureaus jeugdzorg verplicht vierentwintig uur per etmaal paraat te staan. Hoe ze dat inrichten, kunnen ze zelf bepalen. Op het moment dat een crisis zich voordoet, zijn mensen eerder geneigd hulp te aanvaarden, leert de ervaring. ,,De eerste klap is een daalder waard”, zegt Cees Wierda, directeur bureau jeugdzorg Drenthe. En Brenda Oosterbaan, projectmanager spoedeisende zorg van bureau jeugdzorg Gelderland, zegt: ,,Als je niet meteen ingrijpt, zijn de verhoudingen vaak verhard. Dan is zwaardere hulp nodig om tot oplossingen te komen.”
Bron: NRC