Eindeloos gezeul met moeilijke jongeren
ArrayMeer dan duizend kinderen en jongeren met gedragsproblemen wachten op een plaats in een internaat omdat zij niet langer thuis of bij een pleeggezin kunnen wonen. „Veel jongeren gaan op straat zwerven, net zo lang tot er iets afschuwelijks gebeurt.“ Ramon (11) ligt languit op zijn bed en speelt verveeld met een kapotte hengel. Hij heeft in het Amsterdamse opvanghuis het rijk alleen. Er is geen vader, moeder of ander familielid waar hij de vakantie kan doorbrengen. „Ik ben heel duur,“ zegt hij. „Alle kinderen zijn op stap en de groepsleider is er alleen voor mij.“ Ramons ouders hebben psychiatrische problemen, zijn vader kent hij nauwelijks en zijn moeder is ontheven uit de ouderlijke macht. Ramon (niet zijn echte naam) is iemand die baat heeft bij een internaat, in vakjargon een ‘residentiële opvang’. Niet te verwarren met een kostschool, maar een plaats waar jongeren met psychische of andere gedragsproblemen voor langere tijd terecht kunnen. Jongeren die te moeilijk zijn voor een gewoon pleeggezin en die soms al een psychiatrische behandeling achter de rug hebben. Maar ook jongeren voor wie het gevaarlijk is thuis te wonen, bijvoorbeeld omdat ze door hun ouders worden mishandeld. Door de lange wachtlijsten worden kinderen soms eindeloos rondgepompt. De meeste bureaus jeugdzorg bieden daarom een vorm van ‘ wachtlijstbegeleiding’ of ‘overbruggingshulp’ aan. Kinderen of hun ouders kunnen bijvoorbeeld alvast gesprekken krijgen met hulpverleners. Ze worden dus wel geholpen, maar niet op de beste plek. En net als in het ziekenhuis gaan crisisgevallen voor. Maar ook op crisisplaatsen kunnen kinderen maar kort blijven. In Amsterdam bivakkeerde een kind bijvoorbeeld een week op het kantoor van de hulpverleners. Ook de ouders zitten vaak met de handen in het haar. Hebben ze eindelijk de stap genomen hulp te zoeken, moeten ze nog wachten tot hun onhandelbare zoon of dochter elders kan gaan wonen. „De wachtlijsten verstoppen het hele systeem,“ zegt Van Leeuwen. Omdat er geen plaats is in de internaten blijven kinderen die een psychiatrische behandeling hebben afgerond langer in de kliniek. „Niet alleen houden zij daarmee een dure plaats bezet, ook is het heel demotiverend voor een kind om alle anderen te zien vertrekken. Jij bent wel heel moeilijk, dat jij nergens heen kan, is dan de boodschap.“
Bron: BN De Stem