NICE is niet zo nice en toch

In de Engelse gezondheidszorg functioneert het onafhankelijke National Institute for Health and Clinical Excellence (NICE). Het heeft als taak mono- en multidisciplinaire richtlijnen te ontwikkelen. NICE-richtlijnen zijn internationaal bekend en worden niet alleen in Engeland gebruikt. Een concept-richtlijn van het Nederlands Huisartsen Genootschap of voor een medisch specialisme wordt altijd wel vergeleken met die van NICE, voordat deze in Nederland gaat gelden.

Voordat ik verder ga met dit verhaal: de prachtige NICE website www.nice.org.uk bevat uitstekende informatie. In Engeland heeft het NICE een status die te vergelijken is met de Nederlandse Gezondheidsraad: gedegen, wetenschappelijk en onafhankelijk. In Nederland ligt de verantwoordelijkheid voor het maken van richtlijnen niet bij een instituut als NICE maar bij de beroepsgroepen. Zo ontvangt de Orde van Specialisten van elke DBC vijftig cent voor richtlijnontwikkeling. Die halve euro levert in totaal een bedrag van tien miljoen euro op, die wordt versleuteld over de wetenschappelijke verenigingen. Ook het NHG ontvangt zo’n bedrag voor het maken en aanpassen van huisartsgeneeskundige standaarden.

Vanuit wetenschappelijke kring is in het verleden vaker getracht om ook in Nederland een NICE op te richten. Jaren terug maakte het CBO richtlijnen voor de medisch specialisten. Maar de Orde heeft dat werk naar zich toegetrokken. De laatste weken signaleer ik in een serie gesprekken vier bezwaren tegen de Nederlandse manier van richtlijnontwikkeling. Het zijn in telegramstijl de volgende:

1. Er is nauwelijks geld voor verpleegkundige richtlijnontwikkeling
2. Multidisciplinaire richtlijnen voor huisartsen en specialisten tezamen, voor verschillende specialismen en voor de zorg aan chronische zieken komen moeizaam tot stand
3. Richtlijnen voor taakherschikking van artsen naar disciplines op HBO niveau komen nauwelijks tot stand, omdat ze het aanzien van het medisch beroep zouden verlagen
4. Snelle aanpassingen van bestaande richtlijnen aan de stand van de wetenschap zijn niet goed mogelijk.
Het voordeel van de Nederlandse (en tegelijk het bezwaar van de onafhankelijke NICE) aanpak is dat de kans op implementatie van een nieuwe medische richtlijn door individuele huisartsen en specialisten groter is. Want de eigen beroepsorganisatie is erbij betrokken. Daarom is NICE toch niet zo nice: het kind van de geaccepteerde richtlijn wordt met het badwater weggespoeld.

Toch blijven de  genoemde bezwaren reeel. Om die kleiner te maken heeft Minister Klink de Regieraad Kwaliteit van Zorg opgericht.  Hij deed dat op 19 mei 2009. In zijn woorden: De Raad zal […] voorstellen doen op welke terreinen nieuwe richtlijnen ontwikkeld of geïmplementeerd moeten worden. Ook zal de relatie met doelmatigheid nadrukkelijk worden gelegd.

Voor de totale installatierede van Klink klik hier. De hierboven genoemde vijf bezwaren zijn onderwerpen die leven in wetenschappelijke kring. Misschien zijn ze niet terecht of vallen ze wel mee. De Regieraad, het NHG en de Orde van Specialisten  zouden aan de slag kunnen om de omvang van de bezwaren te inventariseren. Op 2 juli 2010 organiseert het Julius Centrum een congres over recente ontwikkelingen in de ketenzorg. Ook dan komen de vijf bezwaren aan de orde. Want juist in de ketenzorg dient zich de noodzaak van multidisciplinaire richtlijnen en taakherschikking aan. Noteer alvast die datum van twee zeven.

Guus Schrijvers

Redactie Medicalfacts / Alida Budding - Hennink

Samen met mijn dochter Janine Budding verzorg ik dagelijks het online medisch nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant is. De rol en beleving van patiënt & Healthy Ageing, zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik heb jarenlang ervaring in diverse functies in thuiszorg.

Recente artikelen