Aantal mannen met zaadbalkanker sinds 1989 verdubbeld

Array

Proefschrift over zeldzame tumoren in Zuid-Nederland
Het aantal mannen met zaadbalkanker is tussen 1989 – 2009 in Nederland verdubbeld. Gedurende deze periode steeg het aantal patienten met circa 4 procent per jaar. Deze stijging is vooral toe te schrijven aan mannen die na 1945 zijn geboren, zo blijkt uit een studie van Rob Verhoeven, epidemioloog bij het Integraal Kankercentrum Zuid (IKZ) in Eindhoven. Rob Verhoeven promoveert vrijdag 10 februari op een proefschrift over zeldzame tumoren van de mannelijke geslachtsorganen aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.

Hoewel zaadbalkanker relatief weinig voorkomt in Nederland, is deze ziekte wel de meest voorkomende tumorsoort bij mannen in de leeftijd tussen de 20 en 39 jaar. In 2009 ging het om 1,4 procent van alle nieuwe mannelijke, kankerpatienten. Uit de analyses die Rob Verhoeven maakte met behulp van gegevens van de Nederlandse Kankerregistratie, blijkt dat het aantal mannen met zaadbalkanker tussen 1989 en 2009 in Nederland is verdubbeld (van 336 naar 667). Aanvullend onderzoek in Zuid-Nederland wees uit dat deze ziekte tussen 1970 – 1987 nog relatief stabiel was.

 

Uit internationale, wetenschappelijke literatuur blijkt dat de toename van zaadbalkanker in andere Westerse landen eveneens optrad, maar in tegenstelling tot Nederland vaak al begon in de jaren ´60 en ´70. “Maar ook in andere landen is er geen duidelijke oorzaak voor de stijging gevonden. Mede omdat de onderliggende oorzaken van zaadbalkanker nog steeds niet goed bekend zijn”, aldus Rob Verhoeven.

 

Behandeling en overleving
In het proefschrift besteedt Verhoeven ook aandacht aan de behandeling van mannen met zaadbalkanker. Dit onderdeel laat zien dat de overlevingskansen van patienten in Zuid-Nederland met zaadbalkanker met het type ´seminoom´ steeg naar 95 procent in 2002. In de jaren zeventig was dat nog maar 81 procent. Voor patienten met het type ´non-seminoom´ nam de overleving toe van 54 tot 92 procent. “Deze verbeteringen zijn vooral te danken aan de introductie van betere chemotherapie aan het einde van de jaren zeventig. Mede daardoor is het sterftecijfer voor zaadbalkanker aanzienlijk gedaald.”

 

De behandelresultaten in Nederland liggen globaal genomen op gelijke hoogte met patienten met zaadbalkanker in de VS en elders in Europa, zo blijkt uit een ander hoofdstuk. Tevens bleek dat patienten van 50 jaar of ouder in zowel Europa als Amerika een lagere owverleving hebben dan jongere patienten. Voor seminoom-patienten lag deze in het tijdvak 2003-2007 circa 2 tot 5 procent lager. Voor non-seminoom-patienten vanaf 50 jaar was deze zelfs 5 tot 9 procent lager in vergelijking met jongere patienten.

 

De oorzaak van deze lagere overlevinskans kan volgens Rob Verhoeven worden gezocht in een verder gevorderd stadium van de ziekte op het moment van diagnose, verminderde verdraagzaamheid van de  (chemo)therapie en/of andere biologische kenmerken van de tumoren. Maar ondanks deze kanttekening blijkt dat de overleving van oudere patienten met zaadbalkanker over het geheel genomen tussen 1993 en 2007 wel is toegenomen. Toekomstig onderzoek naar achterliggende oorzaken kan hierin verder verbetering brengen.

 

Penis- en scrotumkanker
In het proefschrift wordt ook aandacht geschonken aan nog zeldzame geslachtstumoren, zoals penis- en scrotumkanker. Scrotumkanker kwam vroeger vooral voor bij schoorsteenvegers, zo ontdekte Sir Percival Pott in 1775. Later werd deze ziekte ook frequenter aangetroffen bij mensen die met bepaalde steenkolen of olien werkten. Door verbeteringen van de werkomstandigheden in de jaren zestig en zeventig wordt deze ziekte tegenwoordig niet meer veroorzaakt door beroepsmatige factoren en komt daardoor nog zelden voor.  In 2009 ging het in Nederland om 17 patienten.

 

Hoewel ook zeldzaam, komt peniskanker in vergelijking met scrotumkanker relatief vaker voor. In 2009 werd deze ziekte in Nederland 143 keer vastgesteld. Bij elkaar opgeteld ging het om circa 2.000 patienten in de periode 1989 – 2006. Van de mannen die zich vroegtijdig met hun klachten meldden bij de dokter (stadium 0),  was circa 93 procent 10 jaar na behandeling nog in leven. Naar gelang de ziekte in een verder stadium was, namen de overlevingskansen duidelijk af. Bij stadium 1 was 89 procent van de patienten na 10 jaar nog in leven; bij stadium 4 was dat nog maar 21 procent na 2 jaar. Het onderzoek van Verhoeven laat zien dat de overlevingskansen voor peniskanker in zowel Europa als de Verenigde Staten sinds 1990 niet zijn verbeterd.

 

Over het IKZ

Het Integraal Kankercentrum Zuid (IKZ) is een kennis- en kwaliteitscentrum op het gebied van de oncologische en palliatieve zorg in Noord-Brabant en Noord-Limburg. In deze regio wonen 2,3 miljoen mensen. De werkzaamheden van het IKZ zijn onder meer gericht op onderzoek en het ondersteunen van zorgverleners, patientenverenigingen en beleidsmakers. Ook biedt het IKZ begeleiding aan ziekenhuizen en andere zorginstellingen bij het opzetten en invoeren van innovaties. Op die manier wordt een actieve bijdrage geleverd aan het realiseren van de best mogelijke zorg voor mensen met kanker in de eigen regio.

 

  • De promotie van Rob Verhoeven op het proefschrift ‘Epidemiology of uncommon male genital cancers’ vindt plaats op vrijdag 10 februari 2012 om 11.30 uur in de Senaatszaal van de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Promotoren zijn prof. dr. J.W.W. Coebergh en prof. dr. L.A.L.M. Kiemeney.
Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

Recente artikelen