Koptarief voor geboortezorg: ja graag en liever voorlopig geen keten-DBC
ArrayDezer dagen stuurden vele verloskundige samenwerkingsverbanden (VSV’s) een verzoek naar ZonMw om haar samenwerking financieel te ondersteunen. Zij deden dat als onderdeel van een subsidieronde. Zonmw stelt dit bedrag beschikbaar voor de jaren 2012, 2013 en 2014. In wezen is dat bedrag een koptarief, dat wil zeggen een tarief dat betaald wordt om de samenwerking te bevorderen. De Nederlandse Zorg Autoriteit (NZa) zou alle professionals in de geboortezorg blij maken, indien zij als vervolg op het ZonMw-initiatief komt met een eigen koptarief voor het 2014 en latere jaren. Dit advies gaf ondergetekende afgelopen week aan twee medewerkers van de NZa. Zij spraken met mij (en vele andere experts) omdat de NZa in juni een eigen advies uitbrengt aan VWS over nieuwe soorten tarieven in de geboortezorg. Gesteld voor de keuze tussen koptarief, populatiegebonden bekostiging en keten-DBC koos ik voor de eerste. Een keten-DBC heeft pas zin, als de samenwerking tussen eerstelijnsverloskundigen en ziekenhuizen uitgekristalliseerd is. Want een keten-DBC biedt de mogelijkheid om binnen het budget voor geboortezorg te schuiven. Dat lukt alleen als er regels en gremia bestaan voor het vaststellen van de verdeling van de opbrengsten uit de keten-DBC’s. Die regels en gremia zie ik voorlopig nog niet ontstaan gelet, op de vaak nog negatieve beeldvorming over en weer tussen eerste- en tweedelijn. Aan het koptarief zou ik dan de acht vereisten van de inspectie willen verbinden, zoals ik heb opgeschreven in Nieuwsbrief 474 van 12 februari onder de kop “acht maal ja tegen ketenzorg: dan extra geldâ€. tot zover dit bericht. Voor de Julius Masterclass Geboortezorg hebben zich inmiddels negen deelnemers aangemeld. In deze opleiding komt de bekostiging uitgebreid aan de orde. Zie ook agenda onder aan deze Nieuwsbrief.