Toezichtplan Cosmetische sector
ArrayDe Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft een toezichtplan opgesteld voor de cosmetische sector. Dit plan geeft weer hoe het toezicht op deze sector is vormgegeven. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft op 19 december 2014 het toezichtplan cosmetische sector aangeboden aan de Tweede Kamer.
De cosmetische sector is groot en divers en laat zich lastig vangen in een heldere afbakening. Cosmetische ingrepen (zowel operatief als niet-operatief zoals bijvoorbeeld injecties met fillers) kunnen leiden tot flinke schade, door slechte en onveilige producten, onbekwame behandelaren en de risico’s die er altijd zijn bij een ingreep. De consument kiest er zodoende voor om een per definitie risicovolle behandeling te ondergaan zonder een medische noodzaak. Behandelaars moeten altijd de risico’s van een ingreep afwegen tegen de (te verwachten) baten ervan. Dit ligt voor cosmetische ingrepen anders dan voor een behandeling van medische klachten, omdat hierbij geen sprake is van baten in de zin van gezondheidswinst. Dit maakt dat consumenten zich bij de keuze voor het ondergaan van een cosmetische ingreep in het bijzonder bewust moeten zijn van de hier aan verbonden risico’s.
In de cosmetische sector bestaat een grote diversiteit aan behandelaren, van plastisch chirurg, oogartsen en basisartsen tot huidtherapeuten en schoonheidsspecialisten. Voor de cosmetische sector bestaan nog onvoldoende kaders wanneer iemand bekwaam is voor een bepaalde behandeling. De IGZ heeft op basis van haar bevoegdheden in de huidige wetgeving geen toezicht op deze branche als geheel, maar wel op onderdelen daarvan.
In dit plan zijn niet alle cosmetische behandelingen opgenomen, maar is een selectie gemaakt van zowel operatieve als niet-operatieve cosmetische ingrepen en cosmetische behandelingen of producten waar een mogelijk risico voor de veiligheid van patie?nten/clie?nten wordt verondersteld. Daarbij dient opgemerkt te worden dat het resultaat van een behandeling bepaald wordt door drie samenhangende factoren:
- 1) de kwaliteit van de uitgevoerde behandeling door de behandelaar
- 2) de kwaliteit van het toegepaste product
- 3) de kenmerken van de clie?nt/patie?nt
In dit toezichtplan maakt de IGZ grofweg onderscheid tussen het product en de behandelaar of toepasser van het product. Een verdere onderverdeling is te vinden in de hoofdstukken 2 en 3 van dit plan. Bij elke groep toezichtobjecten gelden andere eisen en normen, is andere wetgeving van kracht en is het toezicht op een andere manier geregeld. De IGZ heeft dus niet bij alle groepen (dezelfde) bevoegdheden en zij kan uitsluitend binnen de kaders van haar wettelijke taken en bevoegdheden opereren.
Met de aangekondigde introductie van de Wet Kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) verandert er iets voor de IGZ. Zo wordt met het onderbrengen van onderdelen van deze branche bij het zorgtoezicht, het toezichtveld van de IGZ uitgebreid. De IGZ zal de risico’s voor de patie?nt/clie?nt bij de voor de IGZ nieuwe toezichtobjecten, zoals schoonheidssalons, nog moeten verkennen.
Hoe het toezicht op schoonheidssalons is afhankelijk van de aard van de uitgevoerde activiteiten vormgegeven. Bij het toezicht op delen van de cosmetische sector is ook de NVWA betrokken. De NVWA houdt hierop toezicht voor zover het gaat om producten (‘waren’) die hier worden toegepast en handelingen die vallen onder de Warenwet. Voorbehouden handelingen2 vallen onder het toezicht van de IGZ, evenals producten die medisch hulpmiddel of geneesmiddel zijn. Het toezicht op deze sector houdt met name de behandeling van klachten en meldingen in.