Complicaties bij borstreconstructie afhankelijk van operatiemethode
ArrayBij vrouwen die in één operatie een borstreconstructie ondergaan, treden vaker complicaties op dan bij vrouwen waarbij reconstructie in twee operaties gebeurt. Bij deze ‘één-staps-methode’ worden een implantaat en een collageen matrix geplaatst. Verder onderzoek is nodig om de precieze oorzaken van de complicaties te achterhalen. Op grond van recente ervaringen in Frankrijk heeft deze tussentijdse analyse van de onderzoeksgegevens plaatsgevonden. In de ‘Breast Reconstruction In One Stage’ studie (BRIOS) worden twee reconstructietechnieken vergeleken. Aan de studie, die gestart is in april 2013, doen acht ziekenhuizen en 140 vrouwen mee. VUmc coördineert de studie. De betrokken patiënten worden geïnformeerd over de eerste uitslagen.
In Groot Brittannië en de Verenigde Staten wordt borstreconstructie met een implantaat en een collageen matrix in één operatie vaak uitgevoerd. Tot op heden is er nog nooit systematisch een vergelijking gemaakt tussen verschillende methodes van borstreconstructie. In de BRIOS-studie worden nu twee reconstructietechnieken met elkaar vergeleken:
1. De methode in één stap: directe borstreconstructie, waarbij na de verwijdering van het borstklierweefsel een borstimplantaat in combinatie met een collageen matrix worden geplaatst in één procedure.
2. De methode in twee stappen: borstreconstructie met het implanteren van een tissue expander (een tijdelijk implantaat dat in meerdere stappen wordt opgevuld) na de verwijdering van het borstklierweefsel in een eerste operatie, en plaatsing van een borstimplantaat in een tweede operatie.
Deelnemende centra zijn Erasmus MC, Maastricht UMC+, OrbisMC, Haga Ziekenhuis, MeanderMC, UMCG, Alexander Monro Borstkankerziekenhuis en VUmc.
Resultaten
De eerste resultaten laten nu zien dat er in de groep met de één-staps-methode meer complicaties optreden direct na de operatie. Het percentage aan de behandeling gerelateerde medische complicaties bij de één-stap-methode was 38,5%, het percentage medische heroperaties 32,6% en het percentage operaties waarbij het implantaat werd verwijderd was 23,6% ten opzichte van respectievelijk 10,3%, 9,6% en 2.4% in de twee-stap groep. In de meeste gevallen gaat het om wondgenezingsproblemen. Mogelijk kan dit liggen aan verminderde doorbloeding van de huid of het optreden van een infectie direct na de operatie. De precieze oorzaken zijn nu nog niet bekend en worden momenteel nader uitgezocht. Inmiddels wordt deze één-staps-methode niet meer in VUmc uitgevoerd.
Informatie
VUmc plastisch chirurg en onderzoeker Hay Winters: “We verwachten wanneer alle metingen afgerond zijn in de loop van 2016 meer gedetailleerde resultaten te presenteren. Op dit moment zien we dat de één-stap-methode meer complicaties geeft. Hoe deze complicaties ontstaan, hopen we met ons vervolgonderzoek te achterhalen.”