Trombose bij type 2-diabetespatiënten
ArrayDiabetes wordt een epidemie; wereldwijd zijn er momenteel 246 miljoen diabetespatienten en de verwachting is dat er in 2025 in totaal 380 miljoen patienten zijn, een stijging van 7 miljoen patienten per jaar. In Nederland zijn er 740.000 mensen die diabetes hebben en met nog minstens 250.000 mensen bij wie diabetes nog niet is geconstateerd, komt het totale aantal diabetespatienten boven de miljoen uit. Type 2-diabetespatienten hebben een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Tachtig procent van alle patienten overlijdt aan de gevolgen van trombose. Dit kan verklaard worden door insuline-resistente bloedplaatjes en monocytes bij type 2-diabetespatienten die sneller actief worden. Een groot percentage van type 2-diabetespatienten heeft overgewicht of is obees. Vetweefsel produceert en geeft stoffen en hormonen af genaamd adipokines. Adipokines spelen een belangrijke rol bij het insuline resistent worden van bloedplaatjes en vermoedelijk ook van andere cellen. De resultaten van Janna Gerrits suggereren dat bij obese, type 2-diabetespatienten megakaryocyten (de cellen die bloedplaatjes produceren) verkeerde, insulineresistente bloedplaatjes produceren, die te snel actief worden. Bloedstolling komt op gang door weefselfactor, een eiwit dat op de buitenkant van witte bloedcellen, monocyten, zit of uit de vaatwand naar buiten lekt. Dit eiwit start de stolling en het eindproduct is fibrine, een polymeer dat door de bloedplaatjesprop geweven wordt voor versteviging. Insulineresistentie in bloedplaatjes en monocyten kan leiden tot hogere waarde van weefselfactor, waardoor er eerder stolling plaatsvindt bij type 2-diabetespatienten.
Bron: UU