Laboratorium voorspelt werking medicijnen

Hoe komt het dat de ene patiënt wel en de ander niet volgens verwachting reageert op medicijnen? Dit is één van de vragen waarop Prof. Dr. Jan Lindemans ingaat tijdens zijn inaugurele rede bij de aanvaarding van het ambt van gewoon hoogleraar in de Klinische Chemie aan het Erasmus MC op 9 september
In zijn rede zegt Lindemans dat erfelijke eigenschappen in hoge mate bepalend zijn voor de manier waarop het individu omgaat met lichaamsvreemde stoffen, zoals geneesmiddelen. Zo reageert een deel van de bevolking heel goed op een bepaalde dosis medicijnen en een ander deel bij dezelfde dosis helemaal niet of vertoont een toxische reactie. Dit heeft te maken met de individuele enzymwerking in de lever. Bij sommige personen breekt de lever stoffen snel af en is een hogere dosering noodzakelijk om effectief te zijn. Een lagere dosering kan noodzakelijk zijn bij patiënten waarvan de lever vrijwel geen enzymactiviteit vertoont. Via een DNA-test kan voorspeld worden hoe de enzymwerking bij een patiënt is en de wijze waarop hij vermoedelijk zal reageren op een bepaalde dosering van het medicijn. Lindemans pleit ervoor om een dergelijke test te laten doen voordat een behandeling wordt ingesteld, vooral als er een hoog risico op levensbedreigende toxiciteit bestaat of als de behandeling erg langdurig en kostbaar is. Als van te voren bekend is hoe een patiënt zal gaan reageren op een medicijn, kan de behandelaar meteen een dosering instellen die past bij de erfelijke eigenschappen. Het beoogde effect zal dan sneller intreden en met minder bijwerkingen voor de patiënt dan wanneer proefondervindelijk wekelijks of maandelijks de dosis moet worden aangepast. Met dit voorbeeld onderstreept Lindemans het belang van een goed op het zorgproces afgestemd laboratorium dat snel uitslagen levert, zodat patiënten zonder onnodig oponthoud en tijdverlies optimaal gediagnostiseerd en behandeld kunnen worden. Bron: Erasmus MC

Marjon, redactie Medicalfacts

Rob

Recente artikelen