DBC-systeem psychiaters en psychotherapeuten van kracht
ArrayHet DBC-systeem blijft ook voor psychiaters en psychotherapeuten van kracht.De voorzieningenrechter van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBB) heeft dinsdag de eis van de Koepel DBC-vrije Praktijken en Kaspar Mengelberg van de Vrije Psych afgewezen om de Nederlandse Zorgautoriteit (NZA) voorlopig het recht te ontzeggen het systeem te handhaven. Dat zou moeten duren tot het college uitspraak heeft gedaan in de beroepsprocedure tegen de invoering van het DBC.
Secretaris Wietse Velthuys van de Koepel zegt dat psychiaters en psychotherapeuten nu voor de keuze staan hun praktijk te sluiten of hun beroepsgeheim en de privacy van hun patienten te schenden. Hoewel de uitspraak nog vers is, heeft hij al van sommigen medici gehoord dat zij met hun werk stoppen.
Eerder dit jaar hadden 148 behandelaars en beroepsverenigingen bij de NZa bezwaren ingediend tegen het dbc-systeem. Daarbij ging het zowel om de hoogte van de tarieven als om meer fundamentele bezwaren zoals de schending van de privacy van patienten. De meest zwaarstwegende kritiek richtte zich tegen de plicht van behandelaars om ook zelfbetalende patienten in een dbc onder te brengen.
Â
Begin augustus verklaarde de NZa, zoals bekend, alle bezwaren ongegrond. In haar afwijzing wijdde de NZa welgeteld één zin aan het door de criticasters bepleitte onderscheid tussen verzekerde zorg en de zorg die door patienten zelf betaald wordt. De NZa schreef namelijk dat zij ‘uit praktische overwegingen’ weigert daarmee rekening te houden. Navraag leerde dat de Zorgautoriteit er alles aan gelegen dat er gewerkt wordt met een ‘uniform systeem’.
In een reactie bevestigde minister Klink begin november de handelwijze van de NZa en liet hij weten dat het declareren van psychotherapie, zonder gebruik te maken van een dbc, een economisch delict is. Hij sloot zijn brief af met de waarschuwing dat hij ‘ervan uit gaat dat de NZa zonodig optreedt’.
Â
Psychiater Mengelberg en een drietal collega’s, plus de Koepel van DBC-vrije praktijken weigeren zich echter neer te leggen bij de afwijzing van de NZa. Zij zien het dbc-systeem als een aantasting van hun beroepsgeheim en als een schending van de ‘informationele privacy’ van de patient. Bovendien betwisten zij de wettige basis van de NZa-regels wat betreft de zelfbetalende patienten. ‘Er is geen enkele noodzaak dat zelfbetalers’, zegt Mengelberg, ‘in een dbc ondergebracht moeten worden, zoals de NZa beweert. Dat is absoluut in strijd met de Europese privacywetgeving.’
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft hen dus niet in het gelijk gesteld.
Â
Gedragscode is verlopen
In hun juridische strijd tegen de overheid werden Mengelberg en zijn collega’s bijgestaan door juriste Cindy Evers van de Universiteit Utrecht. Zij is nagegaan in hoeverre het dbc-systeem strookt met het medische beroepsgeheim en de Wet Bescherming Persoonsgegevens (WBP). Een van de argumenten van de overheid ten faveure van de dbc’s is dat de zorgverzekeraars aan een gedragscode gebonden zijn, zodat onbevoegden – bijvoorbeeld verzekeringmedewerkers die niets van doen hebben met de zorgverzekering – geen kennis kunnen nemen van de in de dbc opgenomen persoonsgegevens van patienten. Deze gedragscode – het Addendum Zorgverzekeraars – bleekal sinds 5 februari van dit jaar verlopen te zijn.