Teek veroorzaakt vaker ziekte van Lyme

Het percentage teken dat is besmet met de Borrelia-bacterie is in de tweede helft van 2008 in Nederland uitgekomen op ruim 19 procent. In 2007 was de besmettingsgraad 10 procent; in 2006 24 procent. Besmette teken kunnen de ziekte van Lyme veroorzaken. De meeste tekenbeten vinden in het weekeinde plaats, met name op zondagen, wanneer meer mensen de natuteken beet teekur intrekken of in de tuin zijn. De temperatuur blijkt van grote invloed op het aantal tekenbeten. De lage temperaturen in het eerste kwartaal van 2009 leidden tot dertig procent minder tekenbeten dan vorig jaar. Dat blijkt uit nieuwe cijfers die onderzoekers van Wageningen Universiteit vandaag in de Week van de Teek bekendmaken. Dat blijkt uit onderzoek dat de Wageningen Universiteit vandaag heeft gepresenteerd in het kader van de Week van de Teek. Mensen lopen de meeste kans op een beet tussen mei en juli, met een piek in juni. Mensen tussen de 50 en 59 jaar worden het vaakst slachtoffer.

Cijfers 2008
Terwijl het gemiddelde besmettingspercentage van de in het onderzoek aangetroffen teken 19 procent (in de 2e helft 2008) bedraagt, blijkt het infectiepercentage sterk te varieren tussen de onderzochte maanden en locaties. Opmerkelijk is dat in 2007 en 2008 het percentage Borrelia-infecties van teken in het najaar ongeveer twee maal hoger was dan in de eerste helft van het jaar. Zo was de besmettingsgraad in de eerste helft van 2007 resp. 2008 5,1 en 8,9%  tegen 9,9 en 19,4% in de tweede jaarhelft.

Uit de maandelijkse tekenvangsten sinds juli 2006 blijkt dat de omvang van de actieve tekenpopulatie een sterk seizoensgebonden verloop vertoont. In de hele periode juli 2006 tot en met december 2008 zijn alleen in het begin van januari 2008 geen teken gevonden. Dit kwam door de paar koude weken die eraan vooraf gingen. Gedurende de zeer zachte winter 2006/2007 zijn in elke maand teken aangetroffen.

Opvallend is ook dat het gemiddeld aantal teken per locatie daalt van 27 in het laatste half jaar van 2006 tot zo’n 13 in de laatste half jaar van 2008. Het is nog onduidelijk waar de afname door wordt veroorzaakt.

Tekenbeten
Vrijwilligers van de Natuurkalender rapporteerden in 2008 het hele jaar tekenbeten; ook in de wintermaanden. De meeste tekenbeten werden opgelopen in de maanden mei, juni en juli met de absolute piek in juni. Veertig procent van alle tekenbeten werd opgelopen in het weekend, vooral op zondag.

In 2008 werd 42% van de tekenbeten opgelopen in het bos en 32% in de tuin. Deze cijfers zijn vergelijkbaar met de voorgaande twee jaren. De meeste tekenbeten werden opgelopen tijdens het wandelen (33%) of tuinieren of een andere activiteit zoals spelen of mountainbiken (beide 23%).

Mensen in de leeftijd 50 tot 59 jaar waren het vaakst door een teek gebeten. Een tekenbeet bij tieners (10 tot 19 jaar) en ouderen boven de 70 jaar werd het minst gemeld (elk 5% van het aantal meldingen). Daarentegen werden van kinderen in de leeftijd 1 tot 6 jaar juist opvallend veel tekenbeten doorgegeven.

De gemiddelde temperatuur in de periode januari t/m maart 2009 is 3,5 graden Celsius. Hiermee ligt deze 2,3 graden lager dan 2008 en zelfs 3,5 graden lager dan het extreem warme eerste kwartaal van 2007. Daardoor zijn in 2009 tot nu toe dertig procent minder tekenbeten gemeld dan in dezelfde periode vorig jaar en zelfs vijftig procent minder dan in 2007. Met de verwachte stijging van de temperatuur in de komende week neemt het risico op tekenbeten weer toe.

Zenuwstelsel aantasten
Uit het onderzoek blijkt verder dat het gemiddeld aantal teken per locatie daalt. Lag dat gemiddelde in het laatste halfjaar van 2006 nog op 27, in de laatste helft van 2008 was het gezakt tot dertien. Onduidelijk is waardoor deze afname wordt veroorzaakt.

Bron: WUR

Recente artikelen