UNIVE, VGZ, IZA en TRIAS starten eenzijdig preferentie systeem

zurichDe gevolgde procedure voor het preferentiebeleid van UNIVE, VGZ, IZA en TRIAS (hierna te noemen UNIVE) voor nog eens elf geneesmiddelen is onacceptabel volgens de Bond van de Generieke Geneesmiddelenindustrie Nederland (Bogin). De aanbesteding voor het UNIVE preferentiebeleid sloot op 20 april om 14.00 uur. De preferentieperiode loopt van 1 juni 2009 tot en met 1 juli 2010. In het UNIVE preferentiebeleid zijn de belangen van de geneesmiddelenproducenten onvoldoende gewaarborgd. Verder is er sprake van eenzijdige invulling van verplichtingen aan de kant van de geneesmiddelenleveranciers en vrijblijvendheid aan de kant van de zorgverzekeraars.

Het is ook opmerkelijk dat UNIVE zich voortdurend heeft beklaagd over het bestaan van kortingen in de geneesmiddelenmarkt, maar nu zelf kortingen bedingt. Het Lange Termijnplan van minister Klink van VWS is er op gericht om meer prijsconcurrentie te stimuleren en niet functionele kortingen uit de markt te halen. Bogin steunt dit beleid van de minister ten volle en heeft daartoe ook voorstellen bij het Ministerie van VWS neergelegd. Het preferentiebeleid en ook de vorm die nu is gekozen voor de elf geneesmiddelen door UNIVE, VGZ, IZA en TRIAS zijn een ernstige bedreiging voor de continuïteit van levering van generieke geneesmiddelen en het betaalbaar houden van de geneesmiddelenvoorziening in de toekomst. Generieke geneesmiddelen zorgen voor het betaalbaar houden van de geneesmiddelenvoorziening. Nu is al ruim 55% van de afgeleverde geneesmiddelen in Nederland een generiek geneesmiddel terwijl de kosten slechts ongeveer 10% van de totale geneesmiddelenkosten bedragen.
Bogin verklaring 20 April 2009Bogin standpunt preferentiebeleid van UNIVE, VGZ, IZA, TRIAS per 1 juni 2009

UNIVE, VGZ, IZA en TRIAS starten eenzijdig preferentie systeem

De Bogin heeft kennis genomen van de brief namens UNIVE, VGZ, IZA en TRIAS (hierna te noemen UNIVE) van 18 maart 2009 waarin zij bekend maakt gezamenlijk per 1 juni 2009 voor elf geneesmiddelen preferentiebeleid te willen gaan voeren op basis van een speciale overeenkomst tussen de zorgverzekeraars en de geneesmiddelenfabrikanten van de elf geneesmiddelen. De preferentie periode loopt van 1 juni 2009 tot en met 1 juli 2010. Voor inschrijvingen door geneesmiddelenfabrikanten is er een speciale procedure opgesteld en moet er gebruik gemaakt worden van een daartoe opgesteld inschrijfformulier. De inschrijving is gesloten per 20 april 2009, 14.00 uur.
De Bogin maakt zich ernstig zorgen over deze wijze van uitvoering geven aan de rol van de zorgverzekeraar. De Bogin baseert zich hierbij op de genoemde brief van UNIVE alsmede de vraag- en antwoordlijst die door UNIVE is gepubliceerd op 6 april 2009.

De Bogin moet het volgende constateren:
– De beschreven procedures zijn niet transparant en voldoen niet aan de gebruikelijke criteria voor het doen van dergelijke aanbestedingen. Objectieve controle is niet mogelijk en de geneesmiddelenfabrikant is geheel afhankelijk van de gegevens die de zorgverzekeraars zelf opstellen. Ook is er niet voorzien in enige vorm van rechtsbescherming in de aanbestedingsfase.

– De door de vier zorgverzekeraars gehanteerde procedure is eenzijdig opgesteld waarbij er feitelijk sprake is van een dubbele aanbesteding: een prijsopgave via de Taxe (de maandelijkse adviesprijslijst die wordt gehanteerd bij het bepalen van de vergoedingen voor de in Nederland beschikbare geneesmiddelen) en een prijsopgave onder couvert bij de vier zorgverzekeraars. De laagste couvertprijs voor een bepaald geneesmiddel is het voorkeursgeneesmiddel voor de bij de zorgverzekeraars aangesloten verzekerden voor de bepaalde periode.

– De zorgverzekeraars verbinden eenzijdig aan de selectie een aantal voorwaarden. De geneesmiddelenfabrikanten kunnen geen voorwaarden aan hun eventuele aanbod verbinden, zij moeten een onvoorwaardelijk aanbod doen.
– In geval van noodzakelijke prijsmutaties, door bijvoorbeeld stijging van grondstofprijzen, is er geen mogelijkheid deze door te berekenen.
– In geval van prijsdalingen in de Taxe onder de couvertprijs of andere prijsverlagingen in de Taxe, bijvoorbeeld door andere leveranciers van hetzelfde geneesmiddel dat niet is geselecteerd, moeten er nieuwe onderhandelingen plaatsvinden tussen de zorgverzekeraars en de preferente fabrikant zonder dat hiervoor een goede procedure is beschreven. Indien niet binnen tien dagen na publicatie van bewuste Taxe overeenstemming is bereikt, vervalt de overeenkomst ‘op een nader door de verzekeraar te bepalen datum’. Een dergelijke eenzijdige bepaling is onbehoorlijk.
– In de overeenkomst wordt een leveringsgarantie geeist voor de verzekerden van de zorgverzekeraars, zonder dat er ook een garantie is van afname van een overeengekomen volume van een betreffend geneesmiddel.
– Ook wordt een garantie voor een houdbaarheid van minstens vijftien maanden verlangd, die logistiek gezien niet realistisch is.
– In de overeenkomst wordt voorbijgegaan aan de logistieke processen en de kosten daarvan.
– Er is geen enkele zekerheid dat de opgave door de zorgverzekeraar van de verkoop van het betreffende geneesmiddel ook daadwerkelijk is afgeleverd door de apotheker aan de patient. Dit wordt ook toegegeven door de zorgverzekeraar waarbij dit volgens de zorgverzekeraar behoort tot het ondernemersrisico. Het is dus zeer goed mogelijk dat er moet worden afgerekend voor geneesmiddelen die niet door de preferente geneesmiddelenleverancier zijn geleverd.

De Bogin is van mening dat de door UNIVE, VGZ, IZA en TRIAS gevolgde procedure onacceptabel is. De belangen van de geneesmiddelenleveranciers zijn onvoldoende gewaarborgd en er is sprake van eenzijdige invulling van verplichtingen aan de zijde van de geneesmiddelenleverancier en vrijblijvendheid van de kant van de zorgverzekeraars. Het is ook opmerkelijk dat de zorgverzekeraars UNIVE, VGZ, IZA en TRIAS zich voortdurend hebben beklaagd over het bestaan van kortingen op apothekersniveau en gepleit hebben voor een markt zonder niet functionele kortingen, maar nu zelf kortingen bedingen. Het lijkt er op dat UNIVE, VGZ, IZA en TRIAS er nu belang bij hebben dat de Taxe prijs zo hoog mogelijk is (wordt) zodat er daadwerkelijk kortingen kunnen worden bedongen. Het Lange Termijnplan van minister Klink van VWS is er juist op gericht om meer prijsconcurrentie te stimuleren en ‘niet-functionele’ kortingen uit de markt te halen.
De Bogin steunt dit beleid van de minister ten volle en heeft daartoe ook voorstellen bij het ministerie neergelegd. Daarnaast is het niet duidelijk hoe de plannen van UNIVE, VGZ, IZA en TRIAS uitwerken op apotheekniveau en of dit, zoals in 2008, een verhoging van de afleverkosten (receptregel) voor de apotheker tot gevolg heeft.

Tot slot concludeert de Bogin dat deze ontwikkeling een normale marktdynamiek, zoals voorzien in de plannen van de minister, in de weg staat. Het preferentiebeleid en ook de vorm die nu is gekozen voor de elf geneesmiddelen door UNIVE, VGZ, IZA en TRIAS zijn een ernstige bedreiging voor de continuïteit van levering van generieke geneesmiddelen en het betaalbaar houden van de geneesmiddelenvoorziening in de toekomst. Generieke geneesmiddelen zorgen voor het betaalbaar houden van de geneesmiddelenvoorziening. Nu is al ruim 55% van de afgeleverde geneesmiddelen in Nederland een generiek geneesmiddel terwijl de kosten slechts ongeveer 10% van de totale geneesmiddelenkosten bedragen.

Bron: Bogin

Recente artikelen