Plaque te lijf met nieuwe imagingtechnieken
ArrayElke dag sterven in Nederland 65 mensen aan een hart- of herseninfarct. Honderden overleven, maar raken in meer of mindere mate gehandicapt. Op dit moment leven ongeveer een miljoen Nederlanders met de gevolgen van een infarct. “Infarcten worden veroorzaakt door zogenaamde plaques,” legt Mat Daemen uit, patholoog en directeur van CARIM. “Dat zijn vetophopingen aan de binnenkant van de grote bloedvaten. Die worden afgesloten door een kapje. Als dat kapje gaat ontsteken, wordt het gevaarlijk. De ophoping wordt groter en uiteindelijk scheurt het kapje. Vergelijk het met een puistje dat openbarst. De etter en het vet stromen in de slagader, het bloed in het vat stolt en het stolsel sluit de bloedtoevoer af: het infarct. Nu is het zo dat sommige plaques gaan ontsteken en dus gevaarlijk worden en sommige niet. Uiteraard willen we weten waarom, maar belangrijker nog is dat we de gevaarlijke plaques van de ongevaarlijke kunnen onderscheiden.”
Preventie
En voor dat onderzoek, PARISk gedoopt, heeft het Center for Translational Molecular Medicine (CTMM) een forse subsidie verstrekt. CTMM is een samenwerkingsverband van universiteiten, ziekenhuizen en bedrijfsleven op het gebied van nieuwe scantechnieken, imaging genoemd. PARISk-projectleider Mat Daemen: “De geneeskunde van de toekomst waarin het draait om preventie. In behandelen zijn we al goed, voorkomen is beter. Daarbij helpen ons nieuwe kijktechnieken. We kunnen nu met MRI-scans, ultrageluid en PET/CT-scans de menselijke cel zichtbaar maken tot op moleculair niveau. Ook slagaders dus. We zijn nu zover dat we met de verschillende kijkmethoden nekslagaders in beeld kunnen brengen. Van buiten en van binnen, dus ook de vaatwand waar de plaques zitten.”
Binnenkort wordt in Maastricht, Rotterdam en Utrecht gestart met een eerste klinische proef. Een klein aantal patienten met sterk dichtgeslibde slagaders in de nek wordt gescand. “We kijken hoe de plaque eruit ziet en of er sprake is van een ontsteking. We kijken uiteraard ook naar de spanning van het kapje en proberen in te schatten of een infarct mogelijk is.”
Non-invasief
De patienten worden daarna geopereerd en vervolgens worden de bevindingen vergeleken met de scanresultaten. Een tweede klinische proef met 300 patienten moet uiteindelijk leiden tot een betrouwbare diagnosetool of een plaque al dan niet gevaarlijk is. “We verwachten er heel veel van,” zegt Mat Daemen die in 1983 als een van de eersten afstudeerde aan de faculteit Geneeskunde in Maastricht en zich specialiseerde in en promoveerde op pathologie. “Het is voor het eerst dat we plaques in de slagaderen kunnen bekijken. Op een non-invasieve manier, dus zonder risico of vervelende behandelingen. Met traditionele onderzoeken zoals angiografie meet je alleen de bloeddoorstroming. Je ziet waar vernauwingen zitten. Maar dat zegt weinig tot niets over de staat van de vaatwand en de toestand van de plaques. Dat verklaart ook waarom iemand een hartinfarct kan krijgen terwijl hij een dag daarvoor nog een uitstekende hartfunctie liet zien.”
Voorlopig is het alleen mogelijk de nekslagaders te scannen. “De techniek is nog niet zover gevorderd dat we een betrouwbare scan kunnen maken van de kransslagaders, de aorta of de beenslagaders. Die liggen diep in het lichaam en een kransslagader beweegt voortdurend omdat het hart klopt. Dat kan de huidige apparatuur niet aan. Nóg niet, ik ben ervan overtuigd dat dat een kwestie van enkele jaren is. Wel kunnen we uit de resultaten van de ‘nekplaques’ ook conclusies trekken. Waarom zouden die verschillen van plaques in de kransslagaders?”
CTMM
Volgens Mat Daemen speelt het CTMM een grote rol in de snelle vorderingen. “Vanzelfsprekend. Zonder de subsidies zouden we nooit zo snel kunnen vorderen. Aan dit project werken vijftig tot honderd mensen, vijf jaar lang. Het mooie is dat hier bedrijfsleven en universiteit samenwerken met een academisch ziekenhuis met alle faciliteiten en mensen. Theorie en praktijk ontmoeten elkaar. De ingenieurs kunnen zien hoe de apparatuur gebruikt wordt en waar de knelpunten zitten. PARISk is trouwens beoordeeld door een onafhankelijke, internationale commissie en die was uitermate positief. Dat geldt ook voor de andere projecten. Voor ons hart- en vaatcentrum CARIM betekent het dat we onze expertise en ervaring verder uitbouwen. We krijgen meer en meer erkenning, wereldwijd. Maastricht wordt een excellent centrum op het gebied van vasculaire afbeeldingstechnieken.”
De faam van Maastricht als imagingcenter wordt verder versterkt door een nieuw te bouwen scaninstituut met de meest geavanceerde en sterkste scanners. Deze worden ook ingezet voor de vroegtijdige opsporing van tumoren. “Dat doen we nu ook al. Oncologie en hart- en vaatziekten gebruiken vaak dezelfde apparatuur. Moleculaire imaging is meer dan veelbelovend. Het gaat ons concreet helpen in de strijd tegen kanker en hart- en vaatziekten.”
Enorme winst
Het PARISk-onderzoek in Maastricht moet uiteindelijk leiden tot een snelle methode om gevaarlijke plaques per patient vast te stellen die vervolgens behandeld kunnen worden. “We kunnen voorspelen hoe de plaque zich ontwikkelt en wat het individuele risico op een herseninfarct is. Daardoor kan therapie persoonsgebonden zijn. Bovendien zal het helpen bij het ontwikkelen van nieuwe medicijnen. Op termijn zal dit leiden tot een beduidende afname van het infarcten. Een enorme winst, want behalve persoonlijk en maatschappelijk leed zijn met infarcten tientallen miljarden euro’s gemoeid. Alleen al in Nederland.”