Concentratie van SEH’s: ja of nee en hoe nu verder?

Array

In het coalitie-akkoord pleit de regering voor de sluiting van veertig SEH-afdelingen in de komende jaren. In de recente Miljoenennota kon ondergetekende over dit belangrijke beleidsvoornemen niets vinden. Wel is inmiddels uit een RIVM rapport van 18 juli duidelijk geworden, dat 26 tot 34 ziekenhuizen in ieder geval hun SEH open moeten houden. Als die sluiten, moeten te veel Nederlanders langer dan 37 minuten in een ambulance rijden naar een SEH. Ik zeg dit hier kort door de bocht en verwijs voor een preciese omschrijving van de bereikbaarheidsnorm naar de beleidsbrief over bereikbaarheidsanalyse 2011 van Minister Schippers van 18 juli en het daarbij horende RIVM-rapport. Dit rapport trok massamediale aandacht door de ongelukkige aanduiding van ‘onvolledige’ SEH’s. De genoemde 24 tot 34 SEH’s liggen meestal in steden met maar één SEH, bijvoorbeeld Almaar, Terneuzen, Roermond en Leeuwarden. De andere dan de genoemde 26 tot 34 SEH’s zouden dicht kunnen, zonder grote problemen voor de bereikbaar van spoedeisende zorg. Men kan nog steeds binnen die 37 minuten terecht. Maar wel heeft men minder keuze. De vraag is nu of ziekenhuizen en zorgverzekeraars verder gaan met die concentratie van SEH’s of toch maar niet. Want als de regering niets zegt over die concentratie en toch wel genoeg geld beschikbaar stelt, wie is er dan Roomser dan de paus? Als de veldpartijen wel verder gaan met deze moeilijke concentratie, zouden zij kunnen leren van de wijze waarop Londen haar spoedzorgaanbod reorganiseerde. Men stelde voor dit aanbod eisen op voor 1. bereikbaarheid voor de bevolking zoals hierboven uitgewerkt en 2. minimumeisen voor de bedrijfsdrukte. Daarna konden ziekenhuizen solliciteren via open inschrijving voor diverse functies van spoedeisende zorg. Dit is gelukt. Thans is de kwaliteit van de Londense spoedzorg  sinds 2010 hoger dan in de jaren daarvoor en ook doelmatiger. Al deze informatie kwam naar voren in de inleiding van ondergetekende (over Nederlandse spoedzorg) en Hazel Gleed (over Londen) tijdens het  het elfde  nationale spoedzorg congres, dat op 23 september 2011 plaatsvond op de Universiteit Utrecht.  Je treft de Power Point presentatie van Gleed, mijzelf en andere sprekers over enkele dagen aan op www.unitzorginnovatie.nl doorklikken op ‘gehouden congressen’. Tot zover dit bericht. Op 4 oktober start het Julius Centrum met haar Masterclass Spoedzorg voor leidinggevenden, SEH-artsen en verpleegkundigen van ambulancediensten, huisartsenposten, Spoedeisende Hulpafdelingen en traumacentra. Daarin komen ook de traumacentra en het Regionale Overleg Acute Zorg aan de orde. De masterclass telt dertien bijeenkomsten op dinsdagen van 15.00 tot 19.00 uur. De  slotbijeenkomst valt op 3 april 2012. Wil jij deelnemen aan deze Masterclass? Wil jij uitstijgen boven het dagelijkse, operationele management?  Surf dan naar www.unitzorginnovatie.nl, klik door op ‘Masterclassen’, lees de prachtige brochure, meld je aan en doe nieuwe kennis(sen) op.

Guus Schrijvers, Oud-Hoogleraar Public Health & Gezondheidseconoom

Guus Schrijvers (getrouwd met Els Zwaan, drie kinderen) werd op 24 juni 1949 geboren in Amsterdam als zesde kind in een katholiek onderwijzersgezin. Na het gymnasium B diploma behaald te hebben(1967) ging hij in Amsterdam economie studeren. Hij studeerde cum laude af (1973) bij prof. Wim Duisenberg op de na-oorlogse conjunctuurgolven en bij prof. Joop Hattinga Verschure op zelfzorgafdelingen in ziekenhuizen. In 1980 promoveerde hij in Maastricht op het onderwerp regionalisatie en financiering van de Engelse, Zweedse en Nederlandse gezondheidszorg. Een stelling uit zijn proefschrift werd zijn levensmotto: wie de kleine structuren niet eert, maakt de grote structuren verkeerd.

Hij promoveerde bij de grondlegger van de Nederlandse gezondheidseconomie prof. Lou Groot en bij genoemde Hattinga Verschure. Van 1974 -1984 was Schrijvers lid van de Gemeenteraad van Utrecht voor de Partij van de Arbeid. Hij ‘deed’ daar portefeuilles zoals Volksgezondheid, Welzijn, Cultuur en Financiën. Op 1 juni 1987 werd Schrijvers samen met prof. Joop van Londen hoogleraar Public Health bij de Medische Faculteit Utrecht. Dat betekende voor hem een switch van macro onderwerpen zoals de inrichting van het verzekeringsstelsel naar kleinschalige projecten zoals educatie van diabetespatiënten.

Uit een interview uit 1987 komt het citaat: ‘als de faculteit mij vraagt voor deze leerstoel, wil ik wat betekenen voor de faculteit. Dan geef ik de macro-onderwerpen op.’ Samen met Van Londen richtte hij zich in 1987 op innovaties in de thuiszorg en op ketenzorg bij chronische zieken. Later zou het die activiteiten onder de vlag disease management bundelen. Tien jaar kwam de belangstelling voor ketens in de spoedzorg erbij. Zijn kennis op dit terrein bundelde hij in het boek Moderne Patiëntenzorg in Nederland, dat hij in 2002 samen met de plaatsvervangend hoofdinspecteur drs. Nico Oudendijk voor de gezondheidszorg schreef.

Vanaf het eerste begin had het bevorderen van het onderwijs in de Sociale Geneeskunde en de Volksgezondheid zijn grote aandacht. Toen Van Londen en hij begonnen was er helemaal niets op dit terrein. Schrijvers: ‘Een grote triomf ervoer ik op 2 april 1994 toen na zeven jaar trekken en duwen de eerste medische studenten bij een GGD en een Arbodienst een verplicht co-schap Sociale Geneeskunde liepen.’

In 1999 kwam een nieuw curriculum voor de medische studenten tot stand. Tropenjaren volgden tot 2006 voor hem en zijn collega dr. Gerdien de Weert om alle uitbreidingen van het sociaal geneeskundige onderwijs bij te benen. Zijn collegestof bundelde hij in 1997 en na verschillende drukken in 2002 in het boek Een kathedraal van Zorg en in de Engelse variant daarvan Health and Health Care in the Netherlands.

Per 1 juli 2007 gaan de onderzoeksactiviteiten van Schrijvers over in de Unit Innovaties in de Zorg binnen het Julius Centrum, dat hij in 1996 met collega prof. Rick Grobbee oprichtte. Zijn aandacht blijft liggen bij Disease Management en Spoedzorg. Schrijvers: ‘Ik begrijp nog steeds niet helemaal hoe die kleine structuren binnen Disease management en spoedzorg precies functioneren. Er is tegenwoordig ook veel uitwisseling met collega’s in Noord Amerika en elders in Europa. Dat verrijkt het inzicht in hoge mate. Elk land is op dit terrein een laboratorium voor een ander land..Voorlopig heb ik mijn handen vol aan de nieuwe Unit. Toch zou ik nog twee boeken willen schrijven.Het ene krijgt als titel, De gemoderniseerde kathedraal van zorg. Het tweede boek moet gaan over ondernemersschap en gelijke toegang tot de zorg. Beide zijn belangrijk maar o zo moeilijk te combineren. Hierbij zou ik de kennis van macro econoom weer kunnen gebruiken.’

Als oud hoogleraar Public Health en gezondheidseconoom bij het UMC Utrecht. geeft hij met zijn nieuwe boek ‘Zorginnovatie volgens het Cappuccinomodel.’ zijn visie hoe de gezondheidszorg eruit zou kunnen zien in een maatschappij met schaarste aan zorg. Het boek is bestemd voor het middenkader van zorgorganisaties. Naast schrijver van boeken en artikelen over de gezondheidszorg is Guus lid van enkele stuurgroepen en begeleidingscommissies en geef ik lezingen en workshops.

Guus Schrijvers is voor voordrachten, dagvoorzitterschappen, interviews en onderzoeksopdrachten te bereiken via [email protected] en telefonische via zijn secretaresse Annet Esser op telefoonnummer 030 250 9359.

Recente artikelen