Meetinstrument om sterftecijfers tussen ziekenhuizen onderling te vergelijken bevat nog veel onzekerheden

Op woensdag 2 november promoveert Wim van den Bosch, sr. adviseur kwaliteit en verantwoording in het St. Antonius Ziekenhuis, op zijn proefschrift met de titel: De HSMR beproefd: aard en invloed van meetfouten bij het bepalen van het gestandaardiseerde ziekenhuissterftecijfer. Hij concludeert hierin dat de huidige HSMR (Hospital Standarised Mortality Ratio), het ziekenhuissterftecijfer dat gecorrigeerd is voor patientkenmerken, nog teveel onzekerheden bevat waardoor ziekenhuizen onderling nog niet goed te vergelijken zijn. Van den Bosch voerde zijn onderzoek uit binnen de Santeon-ziekenhuizen en in samenwerking met het NIVEL. Hij promoveert aan het VU medisch centrum.

Santeon besloot de HSMR te gebruiken als meetinstrument bij het gezamenlijk werken aan verbetering van kwaliteit van zorg. Gaandeweg groeide de twijfel. Hadden meetfouten niet meer invloed op de HSMR-scores dan de kwaliteit van zorg? Promovendus Wim van den Bosch boog zich daarom over aard en invloed van meetfouten. Hij vergeleek data uit de databases van de Santeon-ziekenhuizen en de landelijke medische registratiedata (LMR) en sprak met artsen en medewerkers van de Santeon-ziekenhuizen om de mechanismen achter de cijfers helder te krijgen.

Uit zijn onderzoek bleek dat voor een aantal verschillen niet gecorrigeerd wordt. Aanmerkelijke verschillen in HSMR-scores bleken veroorzaakt te worden door variaties in ziekenhuisregistraties, heropnames, de ernst van de aandoening en risicovolle verrichtingen die maar in een beperkt aantal ziekenhuizen worden verricht. Bijvoorbeeld openhartoperaties. Factoren waarvoor de HSMR-sterftemaat niet corrigeert en die samenhangen met andere zaken dan kwaliteit.

Het ene ziekenhuis neemt bijvoorbeeld eenzelfde patient twee keer op, voor diagnose en therapie, terwijl een ander ziekenhuis dat in één opname doet. Ook krijgt eenzelfde patient in het ene ziekenhuis niet vanzelfsprekend dezelfde codering – de HSMR werkt met codes – als in een ander ziekenhuis. Opmerkelijk vond Van den Bosch ook het verschil tussen hartcentra en niet-hartcentra; het onderscheid daartussen komt niet naar voren in de HSMR. Ook het belangrijke verschil tussen acute en niet-acute patienten wordt niet eenduidig geregistreerd. Dergelijke factoren beïnvloeden de HSMR maar hangen samen met ándere zaken dan de kwaliteit die een ziekenhuis levert.

Conclusie van Van den Bosch: de huidige HSMR corrigeert onvoldoende; een aantal verbeteringen is nodig voordat het HSMR-instrument effectief kan worden ingezet voor het vergelijken van ziekenhuizen en het werken aan kwaliteit van zorg. De gestandaardiseerde sterftecijfers die de NVZ dit jaar eind november voor het eerst publiceert, bevatten volgens hem dus nog veel onzekerheid.

Bron: Santeon

Recente artikelen