Lichaamsnormen in sport werken sociale ongelijkheid in de hand
Voor haar proefschrift AbNormAll Bodies. Gender, dis/ability and health in sport, physical education and beyond heeft Noortje van Amsterdam onderzoek gedaan naar de normen over het lichaam die gelden in de Nederlandse sport en het bewegingsonderwijs. Deze lichaamsnormen blijken vaak impliciet aanwezig, maar werken wel sociale ongelijkheid in de hand. Van Amsterdam stelt dat ze in het onderwijs en de sport kritisch besproken en zichtbaar gemaakt moeten worden
‘Sporten moet je doen’ is een belangrijk motto in de huidige Nederlandse samenleving. Jongeren en volwassenen worden aangespoord om te sporten en bewegen ter bevordering van hun fysieke en emotionele welbevinden. Ook wordt sporten aangeraden om overgewicht en obesitas tegen te gaan. In zowel de sport als het bewegingsonderwijs leren mensen wat het lichaam zou moeten kunnen en hoe het eruit zou moeten zien. Er worden normen over het lichaam gevormd die doorwerken in de samenleving als geheel.
Noortje van Amsterdam interviewde Nederlandse jongeren en docenten bewegingsonderwijs over hun ervaringen en ideeën over sport en bewegen. Lichaamsnormen blijken vaak impliciet aanwezig te zijn, maar werken wel sociale ongelijkheid in de hand. Meisjes en vrouwen, mensen met een lichamelijke beperking, overgewicht of obesitas werden door de deelnemers vaak negatief bezien binnen de context van sport en bewegingsonderwijs omdat hun lichaam afwijkt van de heersende normen. Gevolg hiervan is dat deze (groepen) mensen zich minder welkom kunnen voelen in sport en bewegingsonderwijs. Dit kan hun participatie belemmeren.
De onderzoekster stelt dat de lichaamsnormen in onderwijs en sport kritisch besproken en zichtbaar gemaakt moeten worden.
Noortje van Amsterdam promoveert op 9 april.
Dit onderzoek is mogelijk gemaakt met een financiering uit de Vrije competitie van NWO.