Oud worden in Nederland
Array
De langdurige zorg gaat op de schop. Het zal niemand zijn ontgaan. Patiëntenfederatie NPCF krijgt steeds meer vragen van mensen die willen weten wat er voor hen gaat veranderen. We merken de onzekerheid bij mensen over de nabije toekomst. Houd ik straks nog wel de zorg waar ik nu recht op heb? En bij wie kan ik terecht als ik vragen heb? Wie helpt me verder als ik in de knel kom?
Het zijn heel terechte vragen waarop de antwoorden lang niet altijd zijn te geven. Dat blijkt ook uit een boekje over oud worden in Nederland dat de patiëntenfederatie NPCF liet maken.
De wetgeving is grotendeels rond, maar gaat de uitvoering ook lukken? Dit kabinet legt veel verantwoordelijkheid bij gemeenten. Die krijgen er veel taken bij, ook als het gaat om langdurige zorg. Maar zijn zij wel op hun taak berekend? Of blijft het vooral bij hand en spandiensten van familie, vrienden en bekenden bij de verzorging van langdurig zieken en hulpbehoevenden.
Valt er niemand buiten de boot?
Patiëntenfederatie NPCF maakt zich zorgen over de komende veranderingen. Valt er niemand buiten de boot? Krijgt iedereen de zorg die hij of zij nodig heeft? Zijn de gemeenten wel klaar voor de taak die op hen afkomt? De veranderingen raken iedereen. NPCF bracht afgelopen maanden in kaart wat de gevolgen zijn van oud worden in Nederland. Met verhalen uit de praktijk schetst de patiëntenfederatie in een boekje de stand van zorgland Nederland. Het zijn soms trieste verhalen. Van een mevrouw die zich thuis tweemaal per dag doucht en die nu blij moet zijn als ze een keer per week onder de douche mag in het verpleeghuis. Tegelijk biedt het boekje een mooie inkijk van hoe ouderen zorg ervaren en benutten.
Mensen willen zelf de regie houden
Uit het boekje blijkt dat mensen heel graag zelf de regie houden. Neem het verhaal van Cees van Rij en Saskia van Rij-Toledo. Zij verruilden negen jaar geleden hun huis met tuin voor een appartement in het centrum van Doesburg. Zo kunnen ze drempelloos en met extra brede deuren de toekomst tegemoet zien. In hun complex denken twintig huishoudens samen na over wat er komende jaren, als iedereen een dagje ouder wordt aan zorg nodig is en kan worden geboden.
Anderen, zoals Bep en Joop Hoek kunnen thuis blijven wonen dankzij beeldschermzorg. Ze hebben een iPad van de thuiszorg gekregen en daarmee hebben ze elke week contact met de thuiszorg via Face Time. Joop: Misschien zijn veel ouderen nog niet toe aan beeldschermzorg, maar ik vind wel dat alle zorgverleners het moeten aanbieden voor mensen die dit willen, zoals ik.”
Digitale zorg steeds belangrijker
Hij heeft gelijk. Digitale zorg gaat komende jaren een grote vlucht nemen. Patiënten willen dat ook blijkt uit meldacties van patiëntenfederatie NPCF. Contact per mail met de huisarts wordt erg op prijs gesteld en twitterspreekuren bij ziekenhuizen doen het goed.
Het is het nieuwe oud worden. Sinds 2013 neemt het aantal ouderen versneld toe. Volgens de CBS Bevolkingsprognose stijgt het aantal 65-plussers van 2,7 miljoen in 2012 tot 4,7 miljoen in 2041.
Dat vraagt om grote veranderingen in de zorg maar ook in de woningmarkt. Veel ouderen kunnen niet of moeilijk traplopen. Huizen zijn daar nu nog niet op berekend. Bovendien neemt het aantal tachtigplussers ook snel toe. Verwacht wordt dat in 2040 ruim een kwart van de bevolking ouder is dan 65 jaar. Van hen is een derde deel zelfs ouder dan 80 jaar. Die groep zal veel zorg nodig hebben.
Bekijk hier de verhalen uit de praktijk in het boekje ‘Oud worden in Nederland’ of klik op het plaatje.
Bron: NPCF
