IGZ ‘nauwelijks’ geinformeerd door OM over veroordelingen van zorgverleners waarbij het functioneren in geding is

Kinderpornopsychiater werkt door na veroordeling
Een psychiater die is veroordeeld voor het bezit van kinderporno, heeft daarna een tijd lang door kunnen werken. Hij behandelde veel patiënten die in hun jeugd seksueel misbruikt zijn. Omdat het Openbaar Ministerie de informatie over zijn veroordeling niet doorgaf aan zijn werkgever of de Inspectie voor de Gezondheidszorg, bleef de psychiater onder de radar. Dat meldt het KRO-NCRV-programma De Monitor komende zondag in de uitzending. Vandaag was Yme Drost in gesprek bij het radioprogramma “De Ochtend op NPO Radio 1. Yme Drost heeft inmiddels een tuchtzaak ingediend namens een gedupeerde patient. Het journalistieke onderzoek naar deze psychiater is gestart door Janine Budding van MedicalFacts.

justitiaPsychiater Van R. wordt in maart 2012 veroordeeld voor het bezit van ruim 66 duizend foto’s en filmpjes waarop te zien is hoe kinderen misbruikt en verkracht worden. Hij krijgt een taakstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 jaar. Zijn werkgever hoort niks over zijn straf. Psychiater Van R.  zegt tegen zijn collega’s dat hij op woensdagen voor zijn kinderen moet zorgen, terwijl in werkelijkheid hij die dag zijn taakstraf uitvoert.

De Monitor weet een intern rapport te bemachtigen van de GGZ-instelling waar Van R. ten tijde van zijn veroordeling werkt. Daarin staat: ‘De gangbare mening is dat het bezit van kinderpornografisch materiaal voor niemand goed te praten valt, zeker niet voor een professional die beroepshalve een vertrouwensrelatie heeft met zijn cliënten. Daarbij komt dat de psychiater in kwestie veel cliënten behandelde voor problemen van seksuele aard.’

Verschillende patiënten geven aan beschadigd te zijn door de kinderpornopsychiater. ‘Ik kwam er op een gegeven moment achter dat hij ontslagen was vanwege het bezit van kinderporno. Ja, toen was mijn vertrouwen totaal weg, Het leek gewoon een film. Totdat je beseft dat het geen film is en je je wéér beflikkerd voelt’, ’ zegt een anonieme patiënt van Van R. in de uitzending.
Patiënt Willeke, die ook na de veroordeling van de psychiater nog door hem werd behandeld, zegt: ‘Het is erg dat je te maken krijgt met iemand die in dezelfde scene rondhangt als de daders waar jij de meest vreselijke dingen mee hebt gemaakt. Voor hetzelfde geld had ik op één van die filmpjes gestaan die hij heeft bekeken.’

In het interne rapport, geschreven door een onafhankelijk adviesbureau, wordt onderstreept dat patiënten nogmaals slachtoffer zijn geworden: ‘Met het bekend worden van zijn vergrijp heeft Van R. een aanzienlijk aantal cliënten emotionele schade berokkend.’

Inspectie
Ook de Inspectie voor de Gezondheidszorg vindt een veroordeling voor kinderporno niet te rijmen met het vak als zorgverlener. In een officiële verklaring schrijft ze: ‘De inspectie vindt het verwerven, in bezit hebben, verspreiden of bekijken van kinderporno door zorgprofessionals een risico voor de zorg en dermate grensoverschrijdend, dat dit in strijd is met de professionaliteit en integriteit die van een zorgverlener mag worden verlangd. Dit soort strafrechtelijk handelen kan niet los worden gezien van het handelen als professional. Een patiënt verkeert per definitie in een afhankelijkheidsrelatie en daarmee in een kwetsbare positie ten opzichte van een beroepsbeoefenaar. Een patiënt moet vertrouwen kunnen hebben in de beroepsbeoefenaar.’

De inspectie kan alleen optreden in dit soort zaken als zij door het Openbaar Ministerie op de hoogte gebracht wordt van veroordelingen. IGZ laat in een reactie weten ‘nauwelijks’ door het Openbaar Ministerie te worden geïnformeerd over veroordelingen van zorgverleners, zoals voor kinderporno, waarbij het functioneren binnen het beroep in het geding is. ‘Wij krijgen incidenteel informatie van het Openbaar Ministerie over dit soort zaken. Wij willen graag structureel geïnformeerd worden en daarover zijn we met het OM in gesprek’, zegt Inspecteur Generaal Ronnie van Diemen van IGZ in de uitzending. ‘Wat we willen is dat we in alle situaties op de hoogte zijn van zaken rond kinderporno die hebben gespeeld bij zorgverleners. Want dan kunnen we goed beleid voeren voor alle patiënten in Nederland.’

Sinds 2013 vaart het IGZ een andere koers. ‘Wat ons betreft worden alle gevallen van een veroordeling voor kinderporno voorgelegd aan de tuchtrechter. Dat is nieuw beleid. ’ De tuchtrechter moet dan beoordelen of er een beroepsbeperking of –verbod opgelegd moet worden.

De Monitor van de KRO-NCRV, zondag 11 januari 22.35 uur,  NPO2. Het onderzoek naar dit dossier is mede tot stand gekomen in samenwerking met MedicalFacts

Recente artikelen