Getuigenis Gerda Schapers over inwendige radiotherapie ter bestrijding van colorectale kanker
ArrayGerda Schapers (67) kreeg in 2010 te horen dat ze een darmkanker had met 28 uitzaaiingen in de lever. De prognose was hoogstens twee jaar. Voor haar stond kwaliteit van leven voorop. Nadat haar darmtumor was verwijderd koos zij voor een lokale behandeling van de lever met radioactieve bolletjes. En dat werkte. Zij leeft nog steeds, werkt volop en is op dit moment kankervrij. Gerda vertelt haar eigen verhaal
Ik ga voor kwaliteit van leven
2010 kreeg ik de diagnose darmkanker stadium IV. Tumor in de dikke darm, 28 uitzaaiingen in de lever. Prognose maximaal 30 maanden. Vorige week mijn driemaandelijkse controle. Mijn oncoloog had goed nieuws voor me: nog steeds kankervrij (vanaf mijn laatste behandeling 7 maanden geleden). Dat werd dus een gezellige bijeenkomst want ik heb een alleraardigste oncoloog. Na zo’n consult heb ik dan een soort van feestelijk gevoel.Ik leef al zes jaar met kanker en ik heb een goed leven. Voel me
gezond, hoe gek dat ook klinkt. Terugkijkend naar behandelingen: zoals de meest patiënten startte ik met chemo. Misselijk werd ik, moe, belazerd, de bekende verschijnselen. En zware neuropathie. Kopjes vielen uit mijn handen en ik donderde regelmatig van de trap. Nog erger was de Chemobrein. Ik kon me niet meer concentreren, kon niet meer lezen. En laat dat nu mijn enige hobby zijn. Niemand had mij dat van tevoren verteld. Door de neuropathie en de chemobrein kon ik niet meer werken. Ik ben docent en als je geen stift meer in je handen kunt houden en je brein hapert lukt dat niet. En zonder mijn werk wilde ik niet meer leven ontdekte ik.
Dus ik koos ervoor, in overleg met mijn oncoloog om te stoppen met de chemo. Een klein wondertje volgde: mijn brein herstelde, ik kon weer aan het werk en mijn darmtumor kon verwijderd worden. ‘Het gaat goed, nu de lever’ zei mijn arts: Avastin en chemo stelde het MDO voor. Ik had een ander idee, de tumoren behandelen waar ze zaten, in mijn lever, en de rest van het lichaam met rust laten. Ik ging voor kwaliteit van leven. Liever iets korter leven met kwaliteit dan langer en als een ziek vogeltje achter de geraniums. Let wel: ik ben niet tegen chemobehandelingen, alleen koos ik zelf een ander pad.
Inwendige radiotherapie
Dit alles in overleg met mijn oncoloog die het niet altijd met me eens was maar mijn beslissingen met respect benaderde. Naar me luisterde, me adviseerde en soms waarschuwde. Ik koos voor TACE en Radio-embolisatie. Behandelingen van de lever waarbij via een slangetje, ingebracht in de liesslagader, kleine bolletjes met medicijn de lever in worden gebracht. Nauwelijks bijwerkingen, een nachtje ziekenhuis en de week erop weer aan het werk. In maart 2015 kon ik geopereerd worden: er werd een stuk van mijn lever afgehaald en ik was kankervrij. “Voorlopig” zei mijn oncoloog. Dat klopte. In november 2015 zat er weer een kleine uitzaaiing. Die is weggehaald met RFA. Een naald in de tumor en hij wordt als het ware stuk gekookt. Deze behandelingen vallen onder de noemer “ Opereren zonder snijden”. Minimaal invasieve behandelingen met weinig bijwerkingen.