
Uitbehandeld, maar niet uitgepraat
ArrayAls kanker niet meer te genezen is, staan patiënten er regelmatig alleen voor. Bijna iedereen vindt gesprekken in de laatste levensfase en over het sterven moeilijk. Patiënten, hun naasten en zorgprofessionals blijven daardoor vaak langer dan nodig in de ‘behandelmodus’ zitten. Door te blijven spreken over de (on)mogelijkheden van de behandeling van kanker, wordt het échte gesprek dikwijls onvoldoende of te laat gevoerd. Nog te vaak is er een taboe op het spreken over het levenseinde. Hiervoor vraagt NFK, de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties aandacht. Met een oproep om er bewust te zijn voor een ander. Met praktische handvatten om goed om te gaan met dit beladen onderwerp (zie: www.uitbehandeldmaarnietuitgepraat.nl).
Kwaliteit van leven voor patiënten
De patiënt wordt vaak op zichzelf terug geworpen en zoekt naar houvast, bij zichzelf en bij anderen. Angst om los te laten wordt vaak niet benoemd, waardoor een patiënt toch kiest voor dat kleine percentage hoop of die paar maanden levensverlenging, terwijl de kwaliteit van leven erg achteruit gaat. Voor de patiënt geldt het advies: denk wat belangrijk is voor het eigen leven en vraag naasten en zorgprofessionals hierbij te ondersteunen.
Hulp van naasten
Voor de omgeving gaan emoties een grote rol spelen, waarbij deze variëren van vaak onterechte strijdlust (opgeven is geen optie) tot angst en vermijding om het taboeonderwerp van sterven aan te snijden. Ook zijn er de verschillende verwachtingen en wensen die men kan hebben: de een wil vechten voor het leven en de ander wil zich voorbereiden op de dood. Het advies hier is: bespreek met elkaar wat belangrijk is in de tijd die je nog met elkaar kunt delen.
Zorgprofessionals
Eerder beginnen met palliatieve zorg leidt vaak tot een beter resterend leven. Proactief palliatief handelen betekent meer doen aan symptoombestrijding, psychosociale zorg en ondersteuning bij besluitvorming rond het levenseinde. Het is belangrijk dat zorgprofessionals op hun eigen handelen reflecteren en tijdig doorverwijzen naar een gespecialiseerde collega voor de palliatieve zorg. Het geven van onterechte hoop helpt de patiënt niet. Belangrijk is het bespreken van de behoefte van de patiënt aan wat hij of zij wil in het nog resterende leven. Het zorgaanbod moet daarop worden afgestemd.
Bron: NFK