Stand van zaken digitale gegevensuitwisseling in de zorg na aanvaarding van de motie-Mulder c.s.
Array
In de eerste plaats dient de reikwijdte van de voorziening zich te beperken tot digitaal gege- vensverkeer op regionaal niveau.
Dit vereist in de tweede plaats een voorziening met een wijze van gegevensuitwisseling die niet zondermeer uit gaat van de systematiek van het LSP. De commissie handhaaft haar bezwaar tegen het LSP, zoals opgenomen in het EPD-voorstel, vanwege de risico’s verbonden aan de organisatorische opzet daarvan.
In de derde plaats moet de voorziening zodanig functioneren dat een veilig gegevensverkeer mogelijk is, zowel voor push- als pullgegevens. Terzijde merkt de commissie op dat het gege- vensverkeer momenteel voor naar schatting 95% bestaat uit pushgegevens.
In de vierde plaats dient de juridische inkadering van de voorziening aan te sluiten bij de door u in juni 2011 geschetste juridische analyse4 elektronische gegevensuitwisseling in de zorg. De voorziening dient gebaseerd te zijn op een juridisch kader met duidelijke rechten en plichten voor zowel patiënt als zorgaanbieder.
Ten slotte ziet de commissie voor de minister een bijzondere taak weggelegd ten aanzien van de standaardisatie op het terrein van de gegevensuitwisseling in de zorg alsmede ten aanzien van de bewaking van eenheid in taal en terminologie op dit terrein.
Onder de hierboven geschetste voorwaarden ziet de commissie ruimte voor een stimulerende rol van de minister bij de afwikkeling van de huidige situatie. De commissie ziet uw reactie dan ook met belangstelling tegemoet en zou het op prijs stellen indien die reactie wordt gecombi- neerd met de voor het eind van het jaar aangekondigde5 brief over ICT en E-Health, waarin u ook zult reageren op het IGZ-rapport ‘Staat van de Gezondheidszorg 2011’.
Hoogachtend,
Drs. T.M. Slagter-Roukema
Voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bron: Eerste Kamer