Jonge moeders slapen niet beter na voorlichting
ArrayJonge moeders en hun pasgeborenen slapen de eerste 3 maanden na de bevalling niet langer of beter na een verpleegkundige interventie met evidence-based slaap- en verzorgingsadviezen en met steunende telefoongesprekken. Dat blijkt uit een Canadese RCT onder 246 primipara en hun kinderen (BMJ.2013;346:f1164). De 123 moeders in de interventiegroep spraken kort na de bevalling met een verpleegkundige. Ter sprake kwamen het slapen van moeder en kind, en strategieën om de nachtrust te optimaliseren. Moeders ontvingen een voorlichtingsboekje en werden 3 keer gebeld. In die telefoongesprekken werden slaapproblemen besproken en mogelijke oplossingen gezocht. Inhoudelijk gingen de adviezen bijvoorbeeld over slaap-waakpatronen bij baby’s, het bevorderen van een dag- en nachtritme, en over slaaphygiëne.
Hoewel de jonge moeders tevreden waren over het contact met verpleegkundigen, droeg de interventie niet meetbaar bij aan een betere slaap. Na 6 weken sliepen de moeders in de interventiegroep mediaan 6 h en 37 min, tegen 6 h en 27 min in de controlegroep. Na 12 weken sliepen beide groepen bijna 3 kwartier langer. Na correctie voor verstorende factoren bleef een niet-significant verschil over van 6 min, ten voordele van de interventiegroep. Ook op andere uitkomsten – zoals slaapduur van het kind, aantal nachtrustverstoringen en algemene schalen voor vermoeidheid en depressie – verschilden de groepen niet.
Als mogelijke verklaringen voor het teleurstellende resultaat opperen Robyn Stremler (University of Toronto) en collega’s dat de timing en dosering van de interventie wellicht beter kunnen. Selectiebias zou ook een rol kunnen spelen: 64% van de benaderde vrouwen weigerden deelname. Mogelijk namen dus alleen extra gemotiveerde moeders deel.
Bron: NTvG/Esther van Osselen