Eerste Kamer: EPD niet controversieel
ArrayDe Eerste Kamer heeft gisteren besloten om de EPD-wet niet controversieel te verklaren. De behandeling van het wetsvoorstel wordt voortgezet met een rondetafelgesprek op 22 maart. Het onderwerp Elektronisch Patientendossier (EPD) is weliswaar niet als controversieel aangemerkt, maar het geplande AO op 24 maart gaat niet door. De commissie wil eerst afwachten wat de Eerste Kamer de komende maanden besluit rondom het EPD.
De Eerste Kamer heeft dinsdag 9 maart in haar plenaire vergadering gedebatteerd en beslist over het al dan niet controversieel verklaren van aanhangige wetsvoorstellen in verband met demissionaire status van een kabinet. Dit was aan de orde vanwege de demissionaire status van het kabinet Balkenende IV nadat de PvdA-ministers hun ontslag hadden ingediend en dit ontslag ook is verleend. Alleen ministers van CDA en ChristenUnie zijn aangebleven in het demissionaire kabinet dat op verzoek van de Koningin al datgene doet dat in het belang van het land wordt geacht.
Van de twintig wetsvoorstellen waarvoor wisselende minderheden een controversieel verklaring bepleitten, haalde er uiteindelijk niet één de status van controversieel. Een van de onderwerpen was het elektronisch patientendossier.
Het debat in de senaat wierp een wisselend licht op het begrip ‘controversieel’, afhankelijk van de politieke invalshoek van de afzonderlijke fracties. Senator Schuurman , fractievoorzitter van de ChristenUnie, belichtte de parlementaire geschiedenis. Ooit gold de regel dat een wetsvoorstel controversieel werd verklaard als 13 senatoren van mening waren dat de Eerste Kamer een onderwerp moest laten rusten tot er weer een volwaardig kabinet zou zijn aangetreden. Na de val van het vorige kabinet Balkende in december 2006 werd deze getalsmatige grens losgelaten, maar nog altijd gold als regel dat de meerderheid ‘uit hoffelijkheid’ de wens van een ‘substantiele minderheid’ zou respecteren.
De VVD, GroenLinks, de Partij voor de Dieren en de Fractie Yildirim hebben nog wel voorgesteld om het wetsvoorstel controversieel te verklaren maar hadden geen meerderheid. stenogram 9 maart 2010
Daarmee zal de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport/Jeugd en Gezin (VWS/JG) op 22 maart 2010 spreken met een tiental wetenschappers en vertegenwoordigers van beroepsorganisaties in de gezondheidszorg over de invoering van een landelijk Elektronisch Patientendossier (EPD) ( 31.466 ). Het rondetafelgesprek dient als voorbereiding op de behandeling van het wetsvoorstel en volgt op de expertbijeenkomst van 9 december 2009.
Op uitnodiging van de Eerste Kamer hebben diverse deskundigen hun visie op het EPD onderbouwd in position papers . Deze zijn inmiddels openbaar evenals de startnotitie ten behoeve van de expertbijeenkomst en het verslag van de uiteenzettingen op 9 december ( EK 31.466, E
).
In samenhang met de raadpleging van experts heeft het Rathenau Instituut in opdracht van de Eerste Kamer onderzoek gedaan naar opvattingen van burgers over de invoering van een landelijk Elektronisch Patientendossier (EPD). De resultaten van dit onderzoek zijn door Rathenau Instituut weergegeven in het rapport ‘Het EPD: opvattingen van burgers. Verslag van een focusgroeponderzoek’ . Het onderzoek schetst de opvattingen van burgers over het EPD en hun achterliggende redenen daarvoor. Hoewel de doelstelling van het EPD op veel instemming kan rekenen, roept de uitvoering ervan de nodige twijfels en zorgen op, onder meer over de beveiliging ervan. Ook wordt duidelijk dat burgers hechten aan een bepaalde vorm van regie over hun medische gegevens. Het burgeronderzoek vormt een aanvulling op het debat over een landelijk EPD zoals dat de afgelopen tijd door deskundigen en betrokken beroepsgroepen in de media is gevoerd.
Het rondetafelgesprek op 22 maart begint om 16.30 uur en vindt plaats in de vergaderzaal van de Eerste Kamer. De resultaten van de diverse consultaties worden door de leden van de Kamercommissie VWS/JG benut voor de tweede ronde in de schriftelijke voorbereiding van het wetsvoorstel. De inbreng voor het nader voorlopig verslag bij het wetsvoorstel is voorzien voor 13 april aanstaande.
In principe onderschrijven de meeste senatoren de doelstellingen van het EPD, mits een aantal angsten en risico’s worden erkend en naar behoren opgelost. Er is duidelijk gebleken dat kennis over het EPD ontbreekt, waardoor mensen gaan speculeren over mogelijke toepassingen en ongewenste scenario’s. Bij sommigen zorgt ingebrachte informatie voor een positievere houding tegenover het EPD, anderen daarentegen blijven nog met vragen zitten of worden zelfs wantrouwiger doordat de informatie nieuwe vragen oproept. De deelnemers willen weliswaar graag uitgaan van een integere omgang met het EPD, maar lijken daar niet altijd vertrouwen in te hebben.
Naast meer inzicht bieden in de inhoud en werking van het EPD zijn bepalende factoren voor het vertrouwen in het EPD:
– de registratie van inzage;
– als patient toestemming voor inzage kunnen geven;
– de mogelijkheid om het eigen dossier zelf in te zien.
One thought on "Eerste Kamer: EPD niet controversieel"
Comments are closed.
Goed het EPD zelf is niet controversieel, maar bijvoorbeeld de bekende kwalijke uitwassen rond letselschade zijn dat wel, en die gaan zich onherroepelijk ook in een EPD systeem nestelen, zolang hier niet eerst orde op zaken in is gesteld geworden. Ik benoem onvolledigheid van dossiers op significante punten om over causaal verband te kunnen spreken tussen oathologie, medische hinder, als wel het gegeven dat slachtoffers riskeren een psychologische aandoening ’toegedicht’ te krijgen ter compensatio Cultus Silentio.
Ook zo’n leuk onderwerp is het Elektronisch Kind Dossier, met BJZ met ongecontroleerde macht en vasthoudendheid aan miscalculaties.
Laten we eerst dat soort gaten goed dichten alvorens zo’n systeem operatief te hebben, anders bouwen we een ‘kafka-machine’