Antwoorden op de vragen van het Kamerlid Leijten (SP)
ArrayRijksoverheid
Datum 2 november 2010
Geachte voorzitter,
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Leijten (SP) over de situatie waarin een terminale patient geen zorg kreeg (Ingezonden 29 september 2010).
Hoogachtend,
de Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
mw. drs. M.L.L.E. Veldhuijzen van Zanten.Hyllner
Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Leijten over de situatie waarin een terminale patient geen zorg kreeg.
(Ingezonden 29 september 2010)
1
Bent u van mening dat iemand met een urgente vraag goed te woord gestaan moet worden door een zorgkantoor? Zo ja, bent u bereid na te gaan of dit is gebeurd? Zo nee, waarom niet? 1)
1
Ja, iemand moet altijd goed te woord worden gestaan. Ik ben dit nagegaan bij het zorgkantoor in kwestie.
2
Is u bekend dat de familie van de terminale patient meerdere malen contact heeft gezocht met het zorgkantoor, maar daar geen gehoor kreeg? Hoe luidt uw reactie hierop?
2
Uit navraag bij het betreffende zorgkantoor blijkt dat er op een dag tweemaal contact is geweest. Het zorgkantoor heeft in deze gesprekken de klant uitleg gegeven over de PGB.stop en het advies afgegeven om contact op te nemen met de afdeling Zorgtoewijzing van het Zorgkantoor.
3
Deelt u de mening dat het voor een individu ingewikkeld is wie verantwoordelijk is voor het verkrijgen van zorg en dat een zorgkantoor immer zorgvuldig dient om te gaan met signalen van patienten? Zo ja, bent u bereid de zorgkantoren hierop te wijzen? Zo nee, waarom niet?
3
Ja, het proces is ingewikkeld en met de signalen van de patient moet altijd zorgvuldig worden omgegaan. Ik zal dit agenderen in het periodieke overleg dat mijn medewerkers met de zorgkantoren hebben.
4
Verwijzend naar uw antwoord op vraag 3, dat het voor het zorgkantoor onvoldoende duidelijk was dat er urgentie was bij de aanvraag voor overbruggende zorg in natura 1), waar wijdt u dit aan?
4
Het zorgkantoor geeft aan dat de urgentie mogelijk is gebleken uit het klantcontact waarin de client is verwezen naar de afdeling Zorgtoewijzing. De urgentie is niet gebleken uit het later door de client ingestuurde reactieformulier. Dit betreft een formulier dat aan de clienten wordt opgestuurd als gevolg van de PGB.stop en waarin de client kan aangeven van welke van de mogelijkheden hij gebruik maakt.