Nieuwe materialen voor een betere gezondheid

Array

Life sciences in Euregio Maas-Rijn krijgen injectie van 13 miljoen euro.
Nieuwe materialen staan als onderzoekstopic niet vaak in de focus. Nochtans kunnen de toepassingen waarin ze worden gebruikt tot de verbeelding spreken. Zo zullen biosensoren gebaseerd op nieuwe materialen in de nabije toekomst mee de ontwikkeling in de life sciences en in de geneeskunde bepalen, met heel nieuwe vormen van diagnostiek en therapie.

Met de projecten BioMiMedics en MICROBIOMED wordt een bedrag van 13 miljoen euro geïnvesteerd in de lifesciencessector in de Euregio Maas-Rijn. Beide projecten worden voor de helft gefinancierd vanuit EFRO-middelen. De provincie Limburg cofinanciert een bedrag van 413 354 euro.

De twee Interreg-projecten die op 7 januari, in aanwezigheid van gedeputeerde voor economie Marc Vandeput en rector Luc De Schepper, voorgesteld werden, zijn hiervan een duidelijk voorbeeld.

Prioriteit voor life sciences
Gedeputeerde voor economie en Europese zaken Marc Vandeput: “De provincie Limburg is momenteel voorzitter van het INTERREG IV-A Euregio Maas – Rijn programma. Bij het begin van de programmaperiode 2006-2013 was een programmabudget van 72 miljoen euro ter beschikking. De programma-uitvoering en de subsidietoekenning zitten op kruissnelheid. De Euregionale krachtenbundeling voor de verdere ontwikkeling van de sector van de life sciences is een prioriteit in het programma. De toekenning van 6,5 miljoen euro aan beide projecten of meer dan 9 procent van het totale programmabudget toont het enorme belang dat de Euregionale partners hechten aan de verdere ontwikkeling van de sector van de life sciences in de EMR.”

De Euregio kent een hoge concentratie van kennis en knowhow op wereldniveau wat betreft biomaterialen, biomedische technologie en klinisch onderzoek. Door grensoverschrijdend de krachten te bundelen kunnen nieuwe biomaterialen en toestellen worden ontwikkeld die een grote toegevoegde waarde opleveren ten aanzien van de behandeling van, en zorg voor, patienten. Ook zullen deze ontwikkelingen een impuls geven aan nieuwe spin-offs die structureel een hogere werkgelegenheid opleveren.

“Als voorzitter hebben wij belangrijke inspanningen geleverd die tot de goedkeuring van beide projecten hebben geleid. In de projectvoorbereiding hebben wij de Limburgse onderzoeksinstituten en in het bijzonder UHasselt betrokken. Door dit partnerschap kunnen de Interreg-subsidies in onze provincie worden ingezet voor innovatieve onderzoeksprojecten die ongetwijfeld bijdragen aan de verdere uitbouw van de biomedische sector in onze provincie,” aldus gedeputeerde Marc Vandeput.

Knowhow
De sector life sciences is één van de belangrijkste speerpuntsectoren voor Limburg, naast onder meer automotive, hightech, zorg en clean tech. De sector draagt niet enkel bij aan het versterken van het economische weefsel in Limburg, maar de kennis en producten die ontstaan door innovatie en technologische ontwikkeling komen de gezondheid van alle Limburgers ten goede. Gedeputeerde Marc Vandeput: “Om deze redenen hebben wij aan de deputatie voorgesteld om meer dan 400 000 euro provinciale cofinanciering vrij te maken voor de uitvoering van deze projecten.”

Rector Luc De Schepper is bijzonder verheugd met de extra middelen die in het biosensorenonderzoek zullen worden geïnvesteerd. “Dit biedt ons de ideale kans om verder vooruit te lopen in de sector van de life sciences. Onze instituten imo-imomec en BIOMED hebben al de nodige knowhow opgebouwd in het steeds kleiner maken van transistoren en in het ontwikkelen van kunststoffen zonder toxische eigenschappen. Deze extra financiele middelen laten ons toe dit onderzoek verder te verfijnen en een mogelijke stap naar commercialisering te maken.”

BioMiMedics
Het project BioMiMedics richt zich op de ontwikkeling van nieuwe biodegraderende kunststoffen voor klinisch gebruik. Professor Thomas Cleij (Instituut voor Materiaalonderzoek – UHasselt) legt uit: “Deze kunststoffen kunnen worden verwerkt in wondbedekkingsmaterialen en kunnen tevens gebruikt worden als weefselherstellende implantaten of als geïmplanteerde reservoirs voor gecontroleerde toediening van geneesmiddelen.”

Professor Luc Michiels (Biomedisch Onderzoeksinstituut – UHasselt) vult aan: “Het biologisch afbraakproces of de degradatie van deze kunststoffen in het lichaam dient zodanig te gebeuren dat het precieze verloop gekend is. Nadelige gevolgen van de afbraakproducten op omringende weefsels en cellen moet worden vermeden. Er mogen geen ontstekingen, stollingen of irritaties optreden. Dit onderzoek laat toe kunststoffen te kiezen zonder toxische eigenschappen, die voldoen aan de strikte voorwaarden voor gebruik in het lichaam. De ontwikkeling en commercialisering zorgen er uiteindelijk voor dat deze nieuwe materialen ingezet kunnen worden in de geneeskunde.”

MICROBIOMED
Binnen Europa treft borstkanker een op tien vrouwen. Omdat het opsporen ervan veel tijd in beslag neemt, stelt MICROBIOMED een nieuwe en snellere diagnostische test voor. MICROBIOMED maakt een vroegere diagnose van borstkanker mogelijk, wat de overlevingskansen van patienten kan verhogen.

Professor Marc D’Olieslaeger (Instituut voor Materiaalonderzoek – UHasselt) verduidelijkt: “De doelstelling van het project MICROBIOMED is de ontwikkeling van een nieuw diagnostisch systeem voor de opsporing van borstkanker. Binnen Europa treft borstkanker nog steeds één op de tien vrouwen en is daarbij verantwoordelijk voor ruim twintig procent van alle kankergevallen. Het stellen van de precieze diagnose behelst momenteel een mammografie en weefselonderzoek na een biopsie. Deze onderzoeken zijn vaak tijdrovend en dat komt de kans op genezing niet ten goede.”

Daarom richt MICROBIOMED zich op snelle tests die idealiter ook in de huisartsenpraktijk toegepast kunnen worden. Professor Patrick Wagner (Instituut voor Materiaalonderzoek – UHasselt) licht toe: “Het sleutelelement van de test is de opsporing van merkermoleculen in het bloed. Dit zijn eiwitten die aangeven of gezwellen in de borst of de eierstokken al dan niet aanwezig zijn. Het screenen van bloedstalen op deze ‘tumormerkers’ maakt gebruik van antistoffen die met deze tumormerkers binden. De nauwkeurige bepaling van de merkerconcentratie gebeurt vervolgens op optische manier. Qua werking is dit best te vergelijken met een geavanceerde zwangerschapspredictor, waarbij het diagnostisch systeem niet enkel ‘ja/neen’ antwoorden geeft en bovendien gevoelig is voor verschillende gezweltypes.”

Bron: Universiteit Hasselt

Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

Recente artikelen