Antwoorden op kamervragen over het opkopen van huisartsenpraktijken
ArrayAntwoorden op kamervragen van het Kamerlid Arib over het opkopen van huisartsenpraktijken (2040518580). Vraag 1.
Bent u bekend met bedrijven zoals Vitea en Independer die bezig zijn huisartsenpraktijken op te kopen? Antwoord 1.
Ja, het is mij bekend dat deze bedrijven huisartsenzorg (gaan) bieden. Vraag 2.
Om welke bedrijven gaat het en wie financiert ze? Op welke schaal komt dit voor? Antwoord 2.
Vitea is een arbodienst en adviesbureau. Independer is een onafhankelijke commerciële organisatie, die o.a. financiële dienstverlening biedt. Voor verdere informatie verwijs ik u naar www.independer.nl en www.meta-planning.nl/vitea. Mij is niet bekend op welke schaal dit voorkomt.
Vraag 3.
Is het waar dat deze bedrijven praktijken opkopen, de desbetreffende huisarts betalen en na zijn/haar vertrek deze in een HidHa-dienstverband (Huisarts in dienst van een huisarts) inzetten? Antwoord 3.
Voor zover mij bekend neemt bijvoorbeeld Vitea inderdaad praktijken van huisartsen over. Deze huisartsen treden bij Vitea in dienst. Vitea zorgt vervolgens voor de bedrijfsvoering cq. de facilitaire ondersteuning. De huisarts en het eventuele ondersteunende personeel blijven verantwoordelijk voor de zorginhoud cq. het verlenen van huisartsgeneeskundige zorg. Vraag 4.
Is het waar dat huisartsen die op deze wijze hun praktijk verkopen, hiervoor een forse gouden handdruk krijgen, of met andere woorden een verkapte goodwill? Antwoord 4.
Dat is mij niet bekend. Veel huisartsen zijn in principe vrije beroepsbeoefenaren. Welke privaatrechtelijke overeenkomsten deze huisartsen afsluiten is niet mijn verantwoordelijkheid. De tarieven die vervolgens voor de huisartsgeneeskundige zorg in rekening worden gebracht moeten voldoen aan de beleidsregels van het CTG.
Vraag 5.
Is het waar dat een aantal van de in vraag 1 genoemde bedrijven soms onderdeel is van zorgverzekeraars? Antwoord 5.
Zie mijn antwoord op vraag 2. Vraag 6.
Wat is uw oordeel over deze ontwikkeling? Deelt u de mening dat door deze praktijken van commerciële bedrijven de huisartsenzorg wordt uitgehold en dat veel jonge huisartsen in de toekomst moeite zullen krijgen zich te vestigen? Antwoord 6.
Nee, die mening deel ik niet. De primaire taak van huisartsen is het leveren van huisartsenzorg aan hun patiënten. De voornoemde bedrijven zorgen ervoor dat huisartsen zich met hun kerntaken bezig kunnen houden door de bedrijfsvoering cq. facilitaire dienstverlening van hen over te nemen. Dit komt de patiënt ten goede.
Het slimmer en doelmatiger organiseren van de eerstelijnszorg past goed in de integrale toekomstvisie op de eerstelijnszorg, zoals verwoord in de intentieverklaring die ik samen met partijen heb ondertekend. Een blauwdruk voor het organiseren van de eerste lijn wordt hierin niet gegeven. Een eventueel vestigingsprobleem voor jonge huisartsen zie ik vooralsnog niet.
Ik vind het wel belangrijk dat de huisartsen vanuit hun professionaliteit verantwoordelijk blijven voor de kwaliteit en continuïteit van de huisartsgeneeskundige zorg. Zolang deze niet in het gedrang is zie ik geen bezwaar tegen deze ontwikkeling.
Bron: VWS
