V&VN: Verpleegkundigen moeten in de eerstelijnszorg blijven
Array
De keuze van diverse organisaties om lager geschoolde verpleegkundigen of verzorgenden in te zetten komt de kwaliteit van de eerstelijnszorg niet ten goede, zegt de beroepsvereniging V&VN. V&VN is van mening dat verpleegkundigen met een HBO-opleiding onmisbaar zijn in de eerstelijn.
Volgens V&VN zijn HBO-verpleegkundigen onmisbaar door recente ontwikkelingen onmisbaar geworden. Zo is er behoefte aan competente verpleegkundigen die zelfstandig zorgprogramma’s uitvoeren voor groepen patienten stijgt. Ook huisartsen hebben behoefte aan gelijkwaardige verpleegkundige gesprekspartners. Allemaal taken in de eerstelijn, door herschikking van het takenpakket van van huisartsen heel goed door verpleegkundigen kan worden gedaan. De vele ontwikkelingen en verschuivingen in de gezondheidszorg vragen om verpleegkundigen in de eerstelijn, die zijn opgeleid voor leiderschap, ondernemingszin en zelfstandigheid. De eerstelijn vraagt doelmatigheid, effectiviteit en het gebruik van evidence based kennis. Dit vraagt specifieke kennis van verpleegkundigen, die alleen HBO-opleidingen aanreiken.
Een wijkverpleegkundige is inzetbaar op alle facetten van het vak van HBO-verpleegkundige. Zij heeft bij uitstek de expertise om in complexe situaties de patientenzorg te coördineren, maar is gezien haar kennis en kunde meestal ook de aangewezen persoon om (een deel van) de zorgverlening zelf ter hand te nemen. In overige situaties kan zij als coach aan de andere niveaus een belangrijke bijdrage aan de zorgverlening leveren. V&VN pleit dan ook voor de inzet van HBO-verpleegkundigen in de directe patientenzorg, waarbij zij hun rol als coach en regisseur koppelen aan die van zorgverlener. Juist deze koppeling zorgt ervoor dat de competenties van de verpleegkundige optimaal tot hun recht komen.Â