Afhandeling letselschade

Array

Martin KeesenbergLetselschade zijn er in allerlei soorten en maten: schade aan het lichaam als gevolg van een bedrijfsongeval, medische fout, geweldsmisdaad of verkeersongeval.Het kan hier gaan om een beroepsziekte als RSI of een whiplash als gevolg van een aanrijding. Ook kan een verwonding die door het ziekenhuis verkeerd behandeld is onder de noemer letselschade komen te vallen. Letsel van tijdelijke aard kan er eveneens voor zorgen dat het slachtoffer over een bepaalde periode niet in staat is om zijn of haar werkzaamheden uit te voeren. In dit geval is het mogelijk om inkomstenderving te verhalen.

Er zijn ook ernstigere gevallen bekend, een kind kan bijvoorbeeld het hele leven lang een substantieel bedrag ontvangen omdat het nooit mogelijk zal worden om te werken. Wanneer iemand slachtoffer wordt van een ongeval, zeker wanneer dit buiten de schuld van het slachtoffer gebeurd, kan dit voor veel emotionele schade zorgen. Wanneer het slachtoffer als klap op de vuurpijl ook nog een traject van in vele gevallen wel 5 jaar of langer voor de boeg heeft, kan de moedeloosheid toeslaan.

De ombudsman publiceert op 24 november 2003 een onderzoek over de letselschaderegeling getiteld: “Letselschaderegeling: onderhandelen met het mes op tafel of een zoektocht naar de redelijkheid”

In het rapport krijgen de rechtshulpverleners veel kritiek te verduren. Uit de 147 dossiers komt ondermeer naar voren dat de belangenbehartiger van het slachtoffer onvoldoende in contact staat met de gedupeerde. ‘Daardoor ontstaat al gauw een communicatiestoornis en dreigt het slachtoffer het vertrouwen in de belangenbehartiger te verliezen’, stelt de Ombudsman. Voor de totstandkoming van dit rapport zijn 2 jaar lang 150 verschillende zaken onderzocht.

De Ombudsman noemt het ‘merkwaardig’ dat verzekeraars vrijwel altijd dezelfde artsen inschakelen.

De dubieuze praktijken van verzekeraars zijn volgens dit rapport een structureel probleem.

,,Het is geen uitzondering dat de onderhandelingen zich jarenlang voortslepen. Ogenschijnlijk lijken inhoudelijke meningsverschillen centraal te staan, maar Stichting De Ombudsman merkt dat emoties een veel beslissender rol spelen. Dat is een aanslag op het uithoudingsvermogen van het slachtoffer.”

Op 6 juli 2006 presenteert een onderzoeksteam van de Universiteit van Tilburg de Gedragscode Behandeling Letselschade. De kernwaarden van deze gedragscode zijn: slachtoffer centraal, respectvol met elkaar omgaan, inzichtelijkheid, vertrouwen creeren en versterken, overleg in harmonie, een goed tempo, problemen samen oplossen, elkaar op het goede spoor houden.

Die Gedragscode stelt het slachtoffer in letselschadeprocedures centraal. Letselschade-advocaten klagen echter over het gebrek aan respect voor slachtoffers en nabestaanden en over het langdurig voortslepen van procedures door verzekeraars. Volgens de belangenbehartigers werkt de Gedragscode in de praktijk niet zoals deze bedoeld is, simpelweg omdat op het foutieve gedrag van verzekeraars geen sancties staan.

Volgens deze belangbehartigers zijn slachtoffers na een gevecht van meerdere jaren met de aansprakelijke verzekeraar meestal zo wanhopig opzoek naar een afsluiting en genoegen gaat nemen met minder.

De nationale ombudsman geeft aan dat er nog steeds dossiers binnen komen waaruit naar voren komt dat de gedragscode door verzekeraars aan de laars wordt gelapt.

Probleem is dat de Gedragscode geen wet is. De mensen en organisaties de code hebben gemaakt zien dit echter niet als een obstakel. Zij hopen dat de code gezien wordt als een duwtje in de goede richting. Eveneens wordt een oproep gedaan naar de moraal van de verzekeraars: ,,Goede praktijken zijn aantrekkelijk voor mensen die hun werk goed willen doen. En wie wil dat niet?”

Ondanks de goede bedoelingen van de mensen achter de gedragscode duiken nog te pas en te onpas verhalen op over slachtoffers die de wanhoop nabij zijn. Het probleem is dan ook verre van opgelost.

Waar de politiek op haar achterste poten stond toen De Ombudsman in 2003 de malafide praktijken van de verzekeraars aan de kaak stelde, blijft het nu angstvallig stil. Wil hier een structurele oplossing voor gevonden worden, dan dient te politiek strengere maatregelen te nemen.

De Ombudsman wil in het tweede kwartaal van 2010 een nieuw rapport publiceren. De stichting wil in kaart brengen of de gemaakte afspraken tot een verbetering hebben geleid.

Drs. D.M. Keesenberg (fysiotherapiewetenschapper), Corpus Mentis

Dhr. N. Oostrum (student journalistiek)

Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

Recente artikelen