Maak rekennormen minder bepalend in het risicobeleid

Array

rekenen-300x245Maak rekennormen in het veiligheidsbeleid minder bepalend, en doe meer recht aan de afzonderlijke beschrijving van de kansen en de gevolgen die spelen bij risico’s. In de samenleving is er regelmatig discussie over risico’s en veiligheid. Dit speelt op nationaal en op lokaal niveau en op een groot aantal terreinen, van waterveiligheid tot luchtkwaliteit en van vervoer van gevaarlijke stoffen tot de toepassing van technologische innovaties als nano-technologie. Er is behoefte aan een nieuw risicobeleid, met meer samenhang in de risicobeoordeling en –afweging. Vandaag heeft staatssecretaris Mansveld van Infrastructuur en Milieu het advies ‘Risico’s gewaardeerd, naar een transparant en adaptief risicobeleid’ in ontvangst genomen.

De Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) concludeert dat de klassieke cijfermatige berekeningen van risico’s op basis van kans maal effect te beperkt zijn en onvoldoende ruimte laat voor andere inzichten, voor een bredere afweging en voor maatwerk. De raad pleit ervoor de kansen en effecten afzonderlijk te beschrijven. In deze beschrijving dient onderscheid gemaakt te worden tussen risico’s voor individuele personen, voor het milieu en de economie en de samenleving. De raad verwacht dat hiermee het beleid transparanter wordt, beter navolgbaar en beter geaccepteerd. Dit maakt het beleid consistenter. Volledige consistentie is echter niet mogelijk. Beleidsmakers moeten in de maatschappelijke dialoog erkennen dat inconsistenties en tegengestelde belangen, bijvoorbeeld tussen maatschappelijk belang en individueel belang of tussen kosteneffectiviteit en rechtvaardigheid niet altijd weg te nemen zijn. Een verkenning van de mogelijkheden voor eerlijker verdeling van lusten en lasten van risicovolle activiteiten, inclusief compensatie, en een meer adaptief omgaan met strenge getalsmatige normen acht de raad onontbeerlijk.

 

De raad ziet in de discussie over het risicobeleid in Nederland een aantal terugkerende knelpunten. Wij leven in een relatief veilige samenleving, hoe kosteneffectief is extra overheidsbeleid gericht op minder risico’s? Een risicovolle activiteit die voor Nederland als geheel verstandig is, kan voor individueel betrokkenen onacceptabel zijn, bijvoorbeeld het vervoer van gevaarlijke stoffen. Een bijkomend dilemma is dat nieuwe risico’s, bijvoorbeeld omtrent nano-technologie en genetische manipulatie, lastig te kwantificeren zijn. Vaak zijn noch de effecten bekend, noch de kans dat er effecten optreden. Het klassieke risicobeleid is hierop niet berekend. Regering en parlement vragen een integraal afwegingskader voor risico’s in het fysieke domein.

Het risicobeleid roept heftige emoties op, deze zijn mede het gevolg van maatschappelijke risicopercepties en morele opvattingen over hoe de maatschappij in gericht zou moeten zijn. Er zijn verschillen in hoe we risico’s en effecten zien en waarderen, los van kans en effect. De raad wijst erop dat de emoties te vaak worden gezien als irrationeel, terwijl ze in de praktijk juist een belangrijke bron blijken te zijn van morele of rationele inzichten. De raad adviseert daarom om burgers meer en op een andere manier en in alle fasen van de besluitvorming mee te nemen.

 

Het advies van de Rli ‘Risico’s gewaardeerd, naar een transparant en adaptief risicobeleid’ is samen met het advies van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) ‘Consistent maatwerk, handreikingen voor dossieroverstijgend risico- en veiligheidsbeleid’ aangeboden.

Redactie Medicalfacts / Alida Budding - Hennink

Samen met mijn dochter Janine Budding verzorg ik dagelijks het online medisch nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant is. De rol en beleving van patiënt & Healthy Ageing, zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik heb jarenlang ervaring in diverse functies in thuiszorg.

One thought on "Maak rekennormen minder bepalend in het risicobeleid"

  1. Siegfried van Hoek

    Met het complexer worden van technologien wordt het adequaat toezicht kunnen houden op veiligheid ook minder effectief, vooral het kunden beschouwen van langetermijn risico’s kan moeilijk onderwerp worden. Een andere factor in veiligheidsnorm bepaling (want dat is staf van het bepalen van risico-beleid) is dat het specialisme van een kwestie, en dat maakt dat enkel de betrokken specialist zelf veelal bepalend is in het oordeel over toelaatbaarheid van risico’s. Maar daar komt nog een uitvoerende ’tak van sport’ bij.

    In het boek ‘Hier Onveilig? Onmogelijk!’ van Prof. mr. Pieter van Vollenhoven komt die problematiek naar voren, maar dan vooral in het kader dat de overheid haar grondwettelijke plicht op het toezicht voor veiligheid voor de burger heeft toegewezen aan de uitvoerende sector zelf, maar daarbij nalaat om er op toe te zien of die controle op veiligheid dan ook daaderkelijk wordt uitgevoerd. In alle gevallen van incidenten die in het boek besproken werden kwam naar voren, dat financiele motieven de boventoon voerden boven de bezorgdheid om veilgheid waardoor een onveilige situatie met desastreuse gevolgen ontstond. Beter gezegd: vele keren ging het goed maar en keer gaat het fout en dan bleek het niet zo hoog achten van de bezorgdheid om veiligheid verkeerd uit te pakken. Het (in de Rode Hoed Amsterdam) benoemde politieke theater van ‘Ach en Wee’ (tijdens de presentatie van het boek) wat daarna dan stelselmatig ontstaat laat ik hier maar even buiten beschouwing.

    Persoonlijk denk ik dat de overheid (ook op medisch vlak) zelf een eigen expertise centrum op veiligheid moet hebben, wat ontstane situaties kan analyseren, wat ook geschil-bemiddelend kan werken, maar wat ook preventief kan werken op basis van eerdere analyses. Hiermee houdt de overheid meer controle op het toezicht op veiligheid (incl bepaling risico-normen) voor zover de ontwikkelingen in technologien en het overzicht op lange termijn effecten dit toelaten.

Comments are closed.

Recente artikelen