“Bestrijd eenzaamheid met vrijwilligerswerk”

Array

oudereWebsites die vraag en aanbod van vrijwilligershulp met elkaar in contact brengen, kunnen een grote rol spelen in de toekomstige zorg voor mensen in en om het huis. En bij het bestrijden van eenzaamheid van ouderen. Maar dan is het wel zaak dat die sites snel beter bekend worden bij het grote publiek.

Dat blijkt uit onderzoek van patiëntenfederatie NPCF onder haar panel van 20.000 leden. Directeur Wilna Wind van de NPCF: “Mensen die hulp in en om het huis nodig hebben zijn in de toekomst steeds vaker aangewezen op hun netwerk, op mantelzorgers en andere vrijwilligers. Waar nu de gemeente nog soelaas biedt wordt dat na 1 januari allemaal anders. Dan moet er een ander vangnet komen. We weten allemaal dat mantelzorgers nu al overbelast zijn. Het is goed dat er op een andere manier hulp dicht bij huis wordt geboden.”

Eenzaamheid steeds groter probleem
Wilna Wind wijst er op dat eenzaamheid onder ouderen een steeds groter probleem wordt. “Daar moeten we als samenleving iets aan doen. En dat kan ook want er zijn legio mensen die graag een uurtje bij iemand willen bijspringen. Gewoon langs gaan voor een praatje, of om even mee te gaan wandelen.”

Nederland telt ruim vier miljoen 55-plussers. Hiervan voelt meer dan 1 miljoen zich eenzaam. Van hen zijn 200.000 extreem eenzaam, zij hebben slechts een keer in de maand een sociaal contact, blijkt uit onderzoek van TNS/NIPO. Dat aantal zal de komende jaren alleen nog maar toenemen.
Wind: “Alle reden dus om nu volop in te zetten op vrijwilligerswerk. Geen mantelzorg, want die mensen hebben het alleemaal al zo druk. Denk bijvoorbeeld aan gepensioneerden. Hoeveel van hen zitten niet thuis, maar zouden graag iets doen voor iemand uit de buurt? We moeten vraag en aanbod bij elkaar brengen. Want eenzaamheid is een heel groot maatschappelijk probleem.”


Internet kan helpen

Vraag en aanbod bij elkaar brengen kan heel goed via internet. Daar zijn tal van websites te vinden waarop mensen hulp kunnen aanvragen of aanbieden. Mensen die zulke websites gebruiken zijn doorgaans tevreden. Ze bevelen de site ook aan bij anderen. Dat geldt voor wie burenhulp aanbiedt en voor wie burenhulp vraagt. Maar veruit de meeste mensen kennen het bestaan van de sites niet. En dus komt de vrijwilligershulp via dit soort websites nog maar mondjesmaat op gang.


Ervaringen met websites

Patiëntenfederatie NPCF vroeg haar panel naar ervaringen met burenhulp, via websites die vraag en aanbod samenbrengen van mensen die hulp zoeken en mensen die hulp aanbieden. Denk aan sites als wehelpen, zorgvoorelkaar en buurthulp. Andere websites die vraag en aanbod van burenhulp koppelen zijn bijvoorbeeld makkie, beterthuis, vrijiwilligerscentrale, buuv, facebook en hulpindebuurt.

Uit het onderzoek van de NPCF blijkt dat het overgrote deel van de mensen zulke sites niet kennen. Ze weten niet van het bestaan en doen er dus ook geen beroep op. Mensen die de websites wel kennen, twijfelen geregeld aan de veiligheid. Zijn mijn persoonsgegevens wel in goede handen? Hoe weet ik wie er bij mij over de vloer komt? Is mijn huis wel veilig?


Iedereen tevreden

Wie die hobbels heeft genomen, is uiteindelijk tevreden. Dat geldt voor aanbieders van vrijwilligerswerk en voor vragers.
Wel is duidelijk dat het aanbod en de vraag nog niet goed op elkaar aansluiten. Veel mensen bieden bijvoorbeeld gezelschap aan of vervoer en boodschappenhulp, terwijl er veel vraag is naar iemand die klusjes in en om het huis kan doen. Dat zou verklaard kunnen worden uit het feit dat het meer vrouwen dan mannen zijn die hulp aanbieden en vragen.

Bovendien blijkt uit cijfers van website wehelpen dat er veel meer mensen hulp aanbieden dan er hulp vragen. Bij wehelpen staan ruim 15.000 mensen ingeschreven, van wie er 2400 expliciet om hulp vragen. In de overblijvende groep zit nog een deel mensen die via mantelzorgorganisaties hulp vragen, maar het merendeel wil hulp geven. Volgens deze website is dat niet alleen bij haar het geval. Het zou spelen bij alle websites die vraag naar en aanbod van vrijwilligerswerk combineren.


Betalen helpt, maar hoeft niet

Wie hulp zoekt , is doorgaans best bereid een kleine vergoeding te betalen. De meeste mensen willen tot vijf euro per uur betalen voor hand en spandiensten. Mensen denken dat een kleine vergoeding het ook gemakkelijker maakt om hulp te vragen. De meeste mensen die hulp aanbieden lijken niet zo te porren voor een vergoeding. Die zien het als vrijwilligerswerk waarvoor ze geen geld willen.

Directeur Wilna Wind van de NPCF: “Je hoeft niet over geld te praten, maar als mensen helpt omdat ze dan eerder een hulpvraag durven stellen, moet je het niet laten. Je ziet nu dat de vraag naar hulp en het aanbod er wel zijn, maar dat de mensen elkaar niet weten te vinden. Dat moet toch te regelen zijn. Let wel: het gaat hier niet om regulier werk, het gaat om iets wat er nu niet is. Wij willen hier over in gesprek met staatssecretaris Van Rijn. Hij legt grote delen van de zorg bij gemeenten en verzekeraars. Dan moet hij ook zorgen dat mensen die zorg nodig hebben, weten waar ze die vrijwilligers kunnen vinden. Daar moeten ze actief op worden gewezen als ze informatie krijgen over hoe hun zorg in de toekomst is geregeld. Zorg en eenzaamheidsbestrijding gaan dan hand in hand. Dat is toch winst voor iedereen.”

 

> Meldactie ‘Websites die mensen die hulp zoeken en vrijwilligers samenbrengen’, Augustus 2014 (pdf, 537kB)

Bron: NPCF

Redactie Medicalfacts / Alida Budding - Hennink

Samen met mijn dochter Janine Budding verzorg ik dagelijks het online medisch nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant is. De rol en beleving van patiënt & Healthy Ageing, zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik heb jarenlang ervaring in diverse functies in thuiszorg.

Recente artikelen